Juridisch schrijven, werkcollege (werkstudenten) (B-KUL-C06X6A)

4 studiepuntenNederlands26 urenBeide semestersUitgesloten voor examencontract
OC Bachelor in de rechten Campus KULAK Kortrijk

Leerdoelen

Studenten vertrouwd maken met juridisch Nederlands, en hen het belang van correct en modern taalgebruik bijbrengen. Studenten inwijden in rechtstaal en juridische teksten, onder meer als voorbereiding op de redactie van juridische en rechtswetenschappelijke teksten alsook het helder communiceren aan een niet-juridisch publiek. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan het helder communiceren van juridische analyses aan mensen met een maatschappelijke kwetsbaarheid.
 

Dit opleidingsonderdeel draagt bij tot volgende leerresultaten en kerndoelen.

De student hanteert een systematische methode bij het oplossen van juridische casussen. Hij of zij is in staat om zelfstandig een synthese en analyse te maken van de juridisch relevante feiten en de noodzakelijke rechtsregels in verband te brengen met deze feiten. Hij of zij hanteert hierbij een logische en juridisch verantwoorde argumentatie.

De student
• begrijpt en analyseert juridische en/of andere vakdomein gerelateerde teksten
• selecteert juridisch relevante feiten uit een empirisch feitencomplex
• formuleert mogelijke rechtsvragen uit een empirisch feitencomplex
• identificeert rechtsregels en  rechtsproblemen uit concrete casussen
• brengt rechtsregels in verband met een concrete juridische casus om tot een juridisch verantwoorde oplossing te komen
• ontwikkelt een systematische aanpak bij het uitwerken van juridische en/of andere vakdomein-gerelateerde oplossingen
• beargumenteert op logische wijze een juridische redenering en is in staat zich hierbij aan te passen aan het doelpubliek

De student kan zelfstandig rapporteren over een beknopt rechtswetenschappelijk onderzoek en past hierbij op correcte wijze de noodzakelijke juridisch-wetenschappelijke onderzoeksmethoden toe en kan het gekozen onderzoeksdesign beargumenteren. Hij of zij verwijst steeds correct naar geraadpleegde juridische en rechtswetenschappelijke informatie. Hij of zij is zich steeds bewust van het onderscheid tussen een juridisch-wetenschappelijke en een juridisch-positiegebonden benadering.

De student
• selecteert de passende rechtswetenschappelijke onderzoeksmethode en kan deze toepassen op een voorliggende onderzoeksvraag
• geeft een methodologisch verantwoord overzicht van een juridisch probleem
• is zich bewust van het onderscheid tussen een juridisch-wetenschappelijke benadering van een rechtsvraag en een juridisch-positiegebonden benadering

De student kan helder en correct schriftelijk en mondeling communiceren in het academisch Nederlands en gebruikt hierbij steeds een correct taalregister. Hij of zij kan communiceren met vakgenoten en niet-vakgenoten, in het bijzonder met mensen met een maatschappelijke kwetsbaarheid.

De student
• beheerst schriftelijk en mondeling het academisch Nederlands
• communiceert schriftelijk met vakgenoten aan de hand van diverse teksttypes waaronder de zakelijke brief, conclusies of juridisch advies, annotatie, synthesenota, contract of regelgeving…
• communiceert schriftelijk met niet-vakgenoten aan de hand van diverse teksttypes waaronder brief, e-mail, juridisch advies, synthesenota…
• rapporteert op gestructureerde wijze (opbouw en argumentatie) onder de vorm van een  (juridisch-)wetenschappelijke tekst

De student kan eenvoudig zakelijk communiceren in het Nederlands, Frans en/of Engels en kan hierbij de correcte juridische en andere vakdomein-gerelateerde terminologie hanteren.

De student
• verwoordt juridische en/of andere vakdomein-gerelateerde begrippen en ideeën op een correcte en gestructureerde manier

De student kan juridische, rechtswetenschappelijke en algemeen vormende informatie verzamelen en kritisch verwerken.

De student
• gebruikt moderne informatietechnologieën en is bewust van de snelle veranderingen op het vlak van informatietechnologieën

Het volgen of gevolgd hebben van het werkcollege rechtsmethodiek strekt tot aanbeveling.

Je moet voldoen aan een volgtijdelijkheidsvoorwaarde om dit opleidingsonderdeel te mogen opnemen. Volgtijdelijkheid kan STRENG of SOEPEL zijn of een GELIJKTIJDIGHEID inhouden. Ook kan een diplomaNIVEAU als voorwaarde gesteld zijn.
Verklaring:
STRENG: Om dit opleidingsonderdeel op te nemen, moet je geslaagd zijn voor of een tolerantie ingezet hebben voor de opleidingsonderdelen waarvoor dit soort voorwaarde geldt.
SOEPEL: Om dit opleidingsonderdeel op te nemen, moet je de opleidingsonderdelen waarvoor dit soort voorwaarde geldt, gevolgd hebben.
GELIJKTIJDIG: Om dit opleidingsonderdeel op te nemen, moet je ook de opleidingsonderdelen waarvoor dit soort voorwaarde geldt, opnemen of al opgenomen hebben.
NIVEAU: Om dit opleidingsonderdeel op te nemen, moet je ten minste deze graad behaald hebben.


GELIJKTIJDIG( C03B8A ) OF GELIJKTIJDIG( C02X8B ) OF GELIJKTIJDIG( C06X5A ) OF GELIJKTIJDIG( HBR24A )OR GELIJKTIJDIG( HBR29C )

Bovenstaande codes van opleidingsonderdelen stemmen overeen met onderstaande omschrijvingen van die opleidingsonderdelen:
C03B8A : Rechtsmethodiek, werkcollege
C02X8B : Rechtsmethodiek, werkcollege
C06X5A : Rechtsmethodiek, werkcollege (werkstudenten)
HBR24A : Rechtsmethodiek (werkcollege met kennismakingsstage) (Niet meer aangeboden dit academiejaar)
HBR29C : Rechtsmethodiek (werkcollege met kennismakingsstage)

Dit opleidingsonderdeel is een voorwaarde voor het opnemen van volgende opleidingsonderdelen:
C03B8A : Rechtsmethodiek, werkcollege
C02X8B : Rechtsmethodiek, werkcollege
C06D5A : Verbintenissenrecht, werkcollege
C06D6A : Grondwettelijk recht, werkcollege
C06D7A : Bestuursrecht, werkcollege
C06D8A : Goederenrecht, werkcollege
C06D9A : Bijzondere overeenkomsten, werkcollege
C07D0A : Handels- en economisch recht, werkcollege
C07D1A : Vennootschapsrecht, werkcollege
C07D2A : Personen- en familierecht, werkcollege
C07D3A : Familiaal vermogensrecht, werkcollege
C07D5A : Rechtsgeschiedenis, seminarie A
C07D6A : Rechtsgeschiedenis, seminarie B
C07D7A : Verbintenissenrecht, seminarie
C07D8A : Grondwettelijk recht, seminarie
C07D9A : Bestuursrecht, seminarie
C08D0A : Goederenrecht, seminarie
C08D1A : Bijzondere overeenkomsten, seminarie
C08D2A : Handels- en economisch recht, seminarie
C08D3A : Personen- en familierecht, seminarie
C08D4A : Gezondheidsrecht, seminarie
C08D5A : Vennootschapsrecht, seminarie
C08D6A : Familiaal vermogensrecht, seminarie
C04F4A : Strafrecht, werkcollege
C04F5A : Strafprocesrecht, werkcollege
C04F8A : Jurisprudence, Tutorial
C05F4A : ICT-recht, seminarie
HBR24A : Rechtsmethodiek (werkcollege met kennismakingsstage) (Niet meer aangeboden dit academiejaar)
C06X5A : Rechtsmethodiek, werkcollege (werkstudenten)
C08X5A : Juridisch werkcollege A (werkstudenten)
C08X6A : Juridisch werkcollege B (werkstudenten)
C09X7A : Rechtsgeschiedenis, seminarie A (werkstudenten)
C09X8A : Rechtsgeschiedenis, seminarie B (werkstudenten)
C09X9A : Verbintenissenrecht, seminarie (werkstudenten)
C00Y0A : Grondwettelijk recht, seminarie (werkstudenten)
C00Y1A : Bestuursrecht, seminarie (werkstudenten)
C00Y2A : Goederenrecht, seminarie (werkstudenten)
C00Y3A : Bijzondere overeenkomsten, seminarie (werkstudenten)
C00Y4A : Handels- en economisch recht, seminarie (werkstudenten)
C00Y5A : Personen- en familierecht, seminarie (werkstudenten)
C00Y6A : Gezondheidsrecht, seminarie (werkstudenten)
C00Y7A : Vennootschapsrecht, seminarie (werkstudenten)
C00Y8A : Familiaal vermogensrecht, seminarie (werkstudenten)
C00Y9A : ICT- recht, seminarie (werkstudenten)
C00K8A : Vennootschapsrecht, werkcollege / Droit des sociétés, travaux pratiques
HBR29C : Rechtsmethodiek (werkcollege met kennismakingsstage)

Dit opleidingsonderdeel is identiek aan de volgende opleidingsonderdelen:
C04X0A : Juridisch schrijven, werkcollege
C07G7A : Juridisch schrijven, werkcollege
HBR22C : Juridisch schrijven, werkcollege

Onderwijsleeractiviteiten

4 sp. Juridisch schrijven, werkcollege (werkstudenten) (B-KUL-C06X6a)

4 studiepuntenNederlandsWerkvorm: Practicum26 urenBeide semesters
OC Bachelor in de rechten Campus KULAK Kortrijk

Het werkcollege valt uiteen in drie grote onderdelen:
• juridisch Nederlands;
• juridisch schrijven in de praktijk;
• rechtswetenschappelijk schrijven.

• SCHOUKENS, P., HENDRICKX, K. en TERRYN, E. (eds.), HENDRICKX, K. en DESCHAMPS, K., Juridisch Nederlands, Leuven, Acco.
• SCHOUKENS, P., HENDRICKX, K. en TERRYN, E. (eds.), Juridisch schrijven in de praktijk, Leuven, Acco.
• SCHOUKENS, P., HENDRICKX, K. en TERRYN, E. (eds.), KESTEMONT, L. en  SCHOUKENS, P., Rechtswetenschappelijk schrijven, Leuven, Acco.

Het vak bestaat uit een aantal hoorcolleges en werkcolleges. In de werkcolleges worden de theoretische basisbeginselen, zoals uiteengezet in de hoorcolleges, toegepast in een reeks oefensessies. Voor het onderdeel juridisch Nederlands zijn de studenten bovendien verplicht om online oefeningen te maken op een digitaal leerplatform.

Bij dit practicum horen schrijfopdrachten.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Juridisch schrijven, werkcollege (werkstudenten) (B-KUL-C26X6a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Paper/Werkstuk, Medewerking tijdens contactmomenten, Vaardigheidstoets
Vraagvormen : Meerkeuzevragen, Open vragen, Gesloten vragen
Leermateriaal : Cursusmateriaal


De quotering gebeurt op een drieledige manier, namelijk aan de hand van permanente evaluatie (4 punten), twee (open boek) testen (6 punten) en drie schrijfopdrachten (10 punten). In het eerste semester maakt de student een test over juridisch Nederlands en in het tweede semester over juridische teksten. De schrijfopdrachten omvatten een kort advies in mailvorm omtrent een juridisch geschil gericht aan een publiek met een maatschappelijke kwetsbaarheid, het schrijven van een syntheseconclusie en een opdracht in het kader van rechtswetenschappelijk schrijven. Aanwezigheid bij alle hoor- en werkcolleges is verplicht. Bij de meerkeuzevragen wordt geen giscorrectie toegepast.

Voor de tweede examenkans blijven de punten voor permanente evaluatie (o.a. medewerking) en de schrijfopdrachten behouden. Alleen de testen, die voor 6 van de 20 punten meetellen, kunnen opnieuw worden afgelegd.

Deelname aan alle sessies van het werkcollege op het ogenblik waarop de groep waartoe men behoort een lesbeurt heeft, is verplicht. Afwezigheid op een lesbeurt van de groep waartoe men behoort, wordt slechts bij overmacht toegestaan en wordt bij voorkeur opgevangen door deel te nemen aan een lesbeurt van dezelfde sessie bij een andere groep. Als dat niet lukt, wordt een vervangtaak opgelegd. Het niet deelnemen aan een sessie resulteert in een nul-quotering voor die sessie, wat neerkomt op de verhoudingsgewijze aftrek in het totaal van de punten. Behoudens overmacht leiden drie ongewettigde afwezigheden tot een nul-quotering voor het gehele opleidingsonderdeel. De ingeroepen overmacht wordt beoordeeld door de titularis, onverminderd de bevoegdheid van de ombuds om examens te verplaatsen omwille van zwaarwichtige redenen.

Een onvoldoende voor dit vak is niet tolereerbaar.

Voor de tweede examenkans blijven de punten voor permanente evaluatie (o.a. medewerking en resultaten k leine testjes tijdens werkcolleges) en de schrijfopdrachten behouden. Alleen de testen, die voor 6 van de 20 punten meetellen, kunnen opnieuw worden afgelegd. Bij de meerkeuzevragen wordt geen giscorrectie toegepast.