Alle opleidingen > Opleiding : Bachelor in de lichamelijke opvoeding en de bewegingswetenschappen (Leuven)

Bachelor in de lichamelijke opvoeding en de bewegingswetenschappen (Leuven)

Bachelor of Science

Je studieprogramma

Bachelor in de lichamelijke opvoeding en de bewegingswetenschappen (180 sp.)
Verkort programma (92 sp.)

Opleiding

Wat vind je op deze webpagina?

Op deze pagina’s kun je als (toekomstige) student o.a. het officieel studieprogramma raadplegen.

Je vindt ook alles over toelatingsvoorwaarden en aanvullende opleidingen, detailinformatie over de opleidingsonderdelen, je uurrooster per week …

Ben je toekomstig student?

Neem dan zeker eerst een kijkje op de pagina van de bachelor in de lichamelijke opvoeding en de bewegingswetenschappen.

Je leest er alles over

- Inhoud van de opleiding

- Beginprofiel

- Toekomstmogelijkheden

- Infomomenten & brochures

- Je campus

- ...

Doelstellingen

Academische competenties

1. Kennis en inzicht verwerven in de menselijke beweging en de bewegende mens
1.1 De student kent de algemene begrippen en heeft inzicht in de principes uit de basiswetenschappen (natuur- en biomedische wetenschappen, humane wetenschappen,…) om deze te kunnen toepassen in het domein van de Lichamelijke Opvoeding en de Bewegingswetenschappen.
1.2. De student kan het menselijk lichaam in het algemeen en het menselijk bewegingsapparaat in het bijzonder, beschrijven.
1.3. De student kent en begrijpt het functioneren van de bewegende mens vanuit multidisciplinair perspectief.
1.4. De student kent en begrijpt de veranderingen in het functioneren van de bewegende mens ten gevolge van onder meer leeftijd, geslacht, fysieke belasting, training en externe stimuli.
1.5 De student kent en begrijpt de algemene ontstaansmechanismen en symptomen van acute en chronische bewegingsgerelateerde gezondheidsproblemen en blessures.
1.6 De student kent, begrijpt en ervaart de rol van fysieke activiteit in de preventie van gezondheidsproblemen en blessures.
1.7. De student kan het functioneren van de bewegende mens vertalen naar de verschillende toepassingsdomeinen van de Lichamelijke Opvoeding en de Bewegingswetenschappen.
1.8. De student heeft kennis van het sportlandschap en kan lichamelijke opvoeding, sport, actieve vrijetijdsbesteding en diverse vormen van bewegingscultuur situeren in een historische en maatschappelijke context.

2. Wetenschappelijke vorming in het domein van de menselijke beweging en de bewegende mens
2.1. De student kent en begrijpt de methoden en technieken van het wetenschappelijk onderzoek.
2.2. De student kan bestaande vakliteratuur kritisch lezen, interpreteren en op basis daarvan een wetenschappelijk onderbouwd standpunt formuleren.
2.3. De student kan de methoden en technieken van het wetenschappelijk onderzoek toepassen via actieve participatie in het wetenschappelijk onderzoek binnen het domein van de Lichamelijke Opvoeding en de Bewegingswetenschappen en kan de resultaten hiervan wetenschappelijk rapporteren.

Professionele competenties:

3. Bewegingsagogisch handelen met verantwoordelijkheidsgevoel voor het fysieke, psychische en sociale welzijn van de mensen waarmee men werkt
3.1. De student kan de verschillende individuele, interactieve en ritmisch-expressieve bewegingsvaardigheden, voorzien in het curriculum, zelf correct uitvoeren.
3.2 De student kan de competenties verworven binnen de bewegingsactiviteiten in het curriculum transfereren naar andere bewegingsvormen.
3.3 Door integratie van de basis- en bewegingswetenschappen heeft de student inzicht in het leerproces en de prestatiebepalende factoren van de bewegingsvaardigheden en kan deze bij zichzelf en bij anderen identificeren.
3.4. De student kan de bewegingsvaardigheden aanleren aan derden vanuit een methodologisch-didactische benadering en kan hierover reflecteren.
3.5 De student kan vanuit een professionele ingesteldheid individuele en groepsopdrachten uitvoeren; hij/zij doet dit door nauwgezet te werken, plannen, organiseren, prioriteiten te stellen en deadlines te halen en toont hierbij een integere attitude.
3.6 De student kan leiding en begeleiding geven aan individuen en groepen binnen een methodologisch-didactische context in een toepassingsdomein voorzien in het curriculum en kan hierover reflecteren.
3.7. De student kent de principes van eerste hulp bij ongevallen (EHBO) en kan deze toepassen.
3.8. De student kan functioneren in teamverband.
3.9 De student getuigt van een bereidheid om vanuit de kennis van het wetenschapsdomein van de Lichamelijke Opvoeding en de Bewegingswetenschappen en de hieraan gekoppelde professionele velden te reflecteren over zijn/haar toekomstige ‘zelf’ als bewegingswetenschapper om zo weloverwogen (studie)keuzes te maken.

Bindende vormingsdoelen

De student lichamelijke opvoeding en bewegingswetenschappen is bereid om de professionele ontwikkeling zelf in handen te nemen, het eigen denken en handelen in vraag te stellen en te verantwoorden.

1. De student lichamelijke opvoeding en bewegingswetenschappen is alert voor de wisselwerking tussen de verworven wetenschappelijke inzichten en de professionele toepassing ervan.

2. De student erkent het belang van interactie met medestudenten, docenten en het werkveld en ontwikkelt hierbij kansen tot persoonsvorming.

3. De student lichamelijke opvoeding en bewegingswetenschappen is zich bewust van de eigen (fysieke) grenzen en erkent het belang van samenwerken met medestudenten en het ontwikkelen van sociale, communicatie- en coaching vaardigheden.

4. De student is alert voor actuele kwesties in het domein van de lichamelijke opvoeding en bewegingswetenschappen.

5. De student lichamelijke opvoeding en bewegingswetenschappen getuigt van een professionele ingesteldheid en empathisch vermogen t.a.v. verschillende doelgroepen zoals kinderen, ouderen, andere culturen of personen met een beperking.

6. De student lichamelijke opvoeding erkent het belang van aanwezigheid en actieve participatie tijdens de lessen en practica.

7. De student lichamelijke opvoeding en bewegingswetenschappen is bereid om een gezonde en actieve levensstijl uit te dragen.