Nederlandse letterkunde III: moderne poëzie (B-KUL-F0AN4A)

4 studiepuntenNederlands26 urenTweede semesterUitgesloten voor examencontract
POC Taal- en letterkunde

Het college is gewijd aan de moderne Nederlandstalige poëzie (van 1880 tot vandaag). Enerzijds komen uiteenlopende dichters, stromingen, tendensen aan bod en worden die geduid in hun bredere literair-historische en culturele context. Anderzijds staat de vraag centraal hoe we gedichten en dichtbundels kunnen lezen, analyseren, interpreteren en welke concepten, theorieën en interpretatiekaders we daarbij kunnen inzetten. We behandelen vragen als: hoe zit een gedicht in elkaar? Hoe werkt poëzie? Hoe kunnen we poëzie lezen? Welke functies en betekenissen worden er aan poëzie toegekend? Hoe kunnen we onze kennis van poëzie inzetten in uiteenlopende maatschappelijke contexten (onderwijs, erfgoedsector, cultureel werk, …)? Verschillende genres, thema’s, formele strategieën, poëtica’s, media en interpretatiemodellen worden belicht.

Elementaire kennis van de Nederlandse literatuurgeschiedenis en inzicht in de rol van poëticale opvattingen, institutionele factoren en de rol van de culturele context.

Elementaire kennis van de basisconcepten van de poëzieanalyse (zoals metrum, metafoor, enz.)

Onderwijsleeractiviteiten

4 sp. Nederlandse letterkunde III: moderne poëzie (B-KUL-F0AN4a)

4 studiepuntenNederlandsWerkvorm: College26 urenTweede semester
POC Taal- en letterkunde

Elk jaar staat een bepaald corpus van teksten of een bepaalde vraagstelling centraal. In het collegejaar 2024-2025 staan we stil bij de rol van ‘dingen’ in de poëzie: van typisch poëtische objecten (zoals bloemen of stillevens) tot alledaagse gebruiksvoorwerpen (zoals gymschoenen). Welk beeld schetst poëzie van de dingen en van de objectculturen waar ze deel van uitmaken? Welke rol spelen de dingen in de verbeeldingswereld van gedichten? We lezen onder meer gedichten van Paul van Ostaijen en de vijftigers, staan stil bij het neorealisme van Barbarber en bij de postmoderne poëzie.

Elke week staat een gedicht, een oeuvre, een stroming, een debat of een tijdschrift centraal. Naast gedichten en dichtbundels bestuderen we ook poëticale teksten, bloemlezingen, enz.

Een selectie van teksten (gedichten, literair-beschouwelijke teksten, secundaire literatuur) wordt ter beschikking gesteld via toledo.

Hoorcolleges worden afgewisseld met meer interactieve sessies rond afzonderlijke gedichten en bundels. Van de deelnemers wordt een actieve inbreng verwacht.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Nederlandse letterkunde III: moderne poëzie (B-KUL-F2AN4a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling, Paper/Werkstuk
Leermateriaal : Geen


Paper met bespreking op het mondeling examen.

Zelfde modaliteiten als eerste examenkans.