Modern Japans II: taalkunde (B-KUL-F0TE3B)
Doelstellingen
De doelstelling is:
- verwerving van de Japanse grammatica op intermediair niveau
- verwerving van een woordenschat van ca. 2500 woorden
- kunnen schrijven van 200 nieuwe kanji en deze toepassen in 1000 nieuwe woorden (samengestelde kanji, jukugo)
- toepassing van het honoratief taalgebruik en het sociaal aanvaarde taalregister
Ter referentie:
Common European Framework of Reference for Languages (Council of Europe) niveau B1
Begintermen
De student die Modern Japans II aanvat moet:
- een woordenschat kunnen hanteren van ca.1400 woorden
- hiragana en katakana kunnen lezen en schrijven
- ca.300 kanji kunnen lezen, schrijven en begrijpen
- ca.500 kanji kunnen lezen en begrijpen
- de basisgrammatica van het Japans kennen en toepassen
- vertrouwd zijn met de basisregels van het honoratieve taalgebruik en registergebruik.
Plaats in het onderwijsaanbod
Onderwijsleeractiviteiten
4 sp. Modern Japans II: taalkunde deel 1 (B-KUL-F0TE4a)
Inhoud
In dit opleidingsonderdeel wordt de kennis van de basisgrammatica opgefrist en uitgediept. Nieuwe grammaticale aspecten op intermediair niveau worden toegelicht en oefeningen voorbereid door de student worden klassikaal verbeterd .
Voor elke les kanji/woordenschat studeert de student nieuwe kanji in die thematisch gerelateerd zijn aan nieuwe woordenschat. Tijdens de les wordt hier verder op ingegaan en worden oefeningen klassikaal verbeterd.
De student wordt aangemoedigd intensief aan zelfstudie te doen. Er wordt verwacht
alle lessen grondig voorbereid bij te wonen, de taken uit te voeren en op regelmatige basis te herhalen.
Studiemateriaal
syllabi docenten
handboek kanji/woordenschat: Japanese for International/Graduate Students vol.5 Kanji and Vocabulary(大学・大学院留学生の日本語 漢字・語彙編)(Alc)
Online Japanse grammatica en oefeningen (https://ilt.kuleuven.be/jpgram/)
Toelichting werkvorm
Interactieve colleges met een variatie aan werkvormen.
2 sp. Modern Japans II: taalkunde deel 2 (B-KUL-F0TE5a)
Inhoud
In dit opleidingsonderdeel wordt de kennis van de basisgrammatica opgefrist en uitgediept. Nieuwe grammaticale aspecten op intermediair niveau worden toegelicht en oefeningen voorbereid door de student worden klassikaal verbeterd .
Voor elke les kanji/woordenschat studeert de student nieuwe kanji in die thematisch gerelateerd zijn aan nieuwe woordenschat. Tijdens de les wordt hier verder op ingegaan en worden oefeningen klassikaal verbeterd. Ook worden de specifieke kenmerken van Japanse woorden behandeld.
De student wordt aangemoedigd intensief aan zelfstudie te doen. Er wordt verwacht
alle lessen grondig voorbereid bij te wonen, de taken uit te voeren en op regelmatige basis te herhalen.
Studiemateriaal
syllabi docenten en handboek kanji/woordenschat: Japanese for International/Graduate Students vol.5 Kanji and Vocabulary(大学・大学院留学生の日本語 漢字・語彙編)(Alc)
Online Japanse grammatica en oefeningen (https://ilt.kuleuven.be/jpgram/)
Toelichting werkvorm
Interactieve colleges met een variatie aan werkvormen.
Evaluatieactiviteiten
Evaluatie: Modern Japans II: taalkunde (B-KUL-F2TE3b)
Toelichting
Sommige examens vallen buiten de examenperiode.
In het belang van de student worden de taalexamens zo veel mogelijk gegroepeerd in de blokperiode. Enkele taalexamens vallen mogelijk wel in de reguliere examenperiode.
De punten voor Japans II taalkunde: 14 punten voor grammatica en 6 punten voor kanji.
De uitslag van deel 1 (=1e semester) geldt voor 40% van het eindtotaal.
De uitslag van deel 2 (= 2e semester) geldt voor 60% van het eindtotaal.
Voor de berekening van het eindtotaal vertrekken we van de niet afgeronde cijfers.
Als resultaat voor dit OPO zien studenten enkel een totaalcijfer. Zij kunnen hun deelpunten van de verschillende onderdelen in toledo raadplegen nadat ze hun resultaten hebben ontvangen.
Voor dit opleidingsonderdeel geldt nultolerantie. U kunt dus geen tolerantiekrediet inzetten op een 8 of 9/20. Slagen op dit opleidingsonderdeel is m.a.w. een voorwaarde om te slagen voor de gehele opleiding.
Toelichting bij herkansen
De tweede examenkans omvat de leerstof van het hele academiejaar.