biag25 Expressie II (B-KUL-AG0099)

Doelstellingen
Dit opleidingsonderdeel draagt bij aan het ontwikkelen van een instrumentarium en methodes om de fundamentele werking van architectuur en interieurarchitectuur ontwerpmatig te exploreren.
- De student kan het kennisgenererend aspect in een ontwerp detecteren
- De student kan een ontwerp inzetten in (of als) een beeldend discours
- De student kan een ruimtelijk concept omzetten in een autonoom ervaringsmodel
- De student kan materialen kritisch evalueren naar hun ruimtelijke impact, expressiviteit en tactiliteit
Begintermen
Geen specifieke begintermen.
Volgtijdelijkheidsvoorwaarden
Dit opleidingsonderdeel is een voorwaarde voor het opnemen van volgende opleidingsonderdelen:
AB0008 : barb35 Expressie III
AB0040 : biab35 Expressie III
AG0008 : barg35 Expressie III
AG0040 : biag35 Expressie III
Identieke opleidingsonderdelen
Dit opleidingsonderdeel is identiek aan de volgende opleidingsonderdelen:
AB0003 : barb15 Expressie I (Niet meer aangeboden dit academiejaar)
AB0035 : biab15 Expressie I (Niet meer aangeboden dit academiejaar)
AG0003 : barg15 Expressie I (Niet meer aangeboden dit academiejaar)
AG0035 : biag15 Expressie I (Niet meer aangeboden dit academiejaar)
AB0093 : barb25 Expressie II
AG0093 : barg25 Expressie II
AB0099 : biab25 Expressie II
Plaats in het onderwijsaanbod
Onderwijsleeractiviteiten
3 sp. biag25 Expressie II: site - nonsite workshop (B-KUL-AG3099)




Inhoud
Thema’s Site – Nonsite:
- leren aan de hand van een maken
- in kaart brengen
- in zijn/uit zijn context
- schaal en verschaling
- site-nonsite
- extra thema gerelateerd aan een gekozen ruimtelijke praktijk: als aanvulling op de voorgaande punten verkennen de studenten een specifiek thema dat nauw verbonden is met de gekozen ruimtelijke praktijk. Dit thema fungeert als een extra uitdaging en inspiratiebron tijdens het ontwerpproces.
Tijdens de workshopweek richten we ons op het verkennen en ontwikkelen van een creatieve praktijk(en): het leren aan de hand van een maken, schaal en verschaling, en site-nonsite (aspecten van de fysieke ruimtelijkheid, het idee van origineel en kopie, ...) staan in de kijker. Tijdens deze hands-on workshop ontvangen de studenten instructies om verder te bouwen op de concepten van object-affect, maar dan op een collectievere schaal, en ook een concept(en) eigen aan een ruimtelijke praktijk als extra uitdaging die gekozen is voor de workshop. De workshop biedt de gelegenheid om praktische en ruimtelijke ervaring op te doen met het verkennen van de relatie tussen ruimte, objecten en hun impact op de omgeving. Door gezamenlijk aan projecten te werken en te verkennen hoe individuele ontwerpobjecten een collectieve ervaring kunnen creëren, zullen studenten worden uitgedaagd om hun creatieve proces te verbreden en te verdiepen. Studenten worden aangemoedigd om te experimenteren, te verkennen en hun eigen artistieke en architecturale stem te ontwikkelen binnen de context van een collectieve ruimtelijke praktijk in kunst en architectuur.
Studiemateriaal
Aanleggen van eigen bibliotheek en aangereikte voorbeelden door de docenten.
Toelichting werkvorm
- experiential learning : leren gebeurt in een cyclisch proces van maken, ervaren, reflecteren en concretiseren
- tijdens de 5-daagse workshop worden regelmatige feedbackmomenten voorzien, waarbij studenten advies krijgen om hun werk tussentijds bij te sturen en te laten evolueren. Deze begeleiding ondersteunt de studenten bij de ontwikkeling van hun werk in korte tijd.
- intensieve werkweek : lessen vinden plaats in gecondenseerde momenten van 5 volle dagen, met een focus op in situ productie
Evaluatieactiviteiten
Evaluatie: biag25 Expressie II (B-KUL-AG7099)
Toelichting
De beoordelingsschaal van dit opleidingsonderdeel is 'geslaagd/niet geslaagd'.
Dit opleidingsonderdeel wordt – ahv een geëngageerde participatie, het verwerken/uitvoeren van een ontwerp/product, een presentatie, en diens workshopverslag opgevraagd via TOLEDO - PASS/FAIL geëvalueerd.
Dit opleidingsonderdeel wordt afgesloten met het indienen van werkstukken en toonmoment(en). De opdrachtfiche vermeldt de vereiste werkstukken, de indienmomenten en de eraan gekoppelde toonmomenten.
De evaluatie wordt gebaseerd op het ontwerpproces, het geheel van de ingediende werkstukken en toonmoment(en) van de student.
Opmerkingen:
Indien een student een ondubbelzinnig vastgelegde en gecommuniceerde inleveringstermijn niet respecteert, worden de werkstukken als niet-ingeleverd beschouwd. Het niet indienen van een van de vereiste werkstukken of het niet deelnemen aan een van de voorziene toonmomenten leidt tot NA (niet afgelegd) voor het gehele opleidingsonderdeel. Deze regeling geldt voor alle vormen van in te dienen werkstukken. Alle werkstukken worden zoals bepaald in de opdrachtfiche, persoonlijk of via TOLEDO, overhandigd aan de examinator.
Indien de student door overmacht niet aanwezig kan zijn op een van in de opdrachtfiche opgenomen indienmomenten of toonmomenten, dient de student in elk geval de vereiste werkstukken in op het voorziene indienmoment en in de toestand waarin die zich dan bevinden. De student laat dan de werkstukken indienen door een derde tegen ontvangstbewijs of de student stuurt de werkstukken of foto's ervan tijdig digitaal via email naar de titularis. Het ingediende geldt als beeld van de toestand van het werk op dat moment.
De student dient per onderwijsleeractiviteit ten minste 80% van de contacturen aanwezig te zijn en actief deel te nemen aan de onderwijsactiviteiten. Wordt hieraan niet voldaan, dan wordt de onderwijsleeractiviteit beschouwd als niet afgelegd, wat tot gevolg heeft dat de student voor het hele vak met NA beoordeeld wordt.
Toelichting bij herkansen
Er is geen tweede examenkans.
Door de aard van het opleidingsonderdeel is er geen tweede examenkans mogelijk.