Doelstellingen

Dit opleidingsonderdeel evalueert de volgende leerresultaten:

De student

1.1 (HRM) analyseert HR-gerelateerde operationele problemen en vragen rekening houdend met de specifieke bedrijfscontext.

1.2 (HRM) formuleert op basis van wetenschappelijke kennis over en inzicht in HRM een onderbouwde oplossing voor operationele HR-problemen en vragen, en houdt bij deze formulering rekening met de specifieke bedrijfscontext.

1.4 (HRM) reflecteert kritisch over de interne context van de organisatie en over hoe het HRM de interne context kan beïnvloeden om de organisatie beter te laten functioneren en/of het algemeen welzijn van de werknemers te verhogen.

2.4 (HRM) neemt op basis van wetenschappelijke kennis over en inzicht in HRM een onderbouwd standpunt in over actuele maatschappelijke HR-problemen.

3.1 (HRM) plant, organiseert, evalueert en optimaliseert processen m.b.t. instroom (functiestudie, personeelsplanning, werving, selectie), doorstroom (opleiding, beoordeling, beloning) en uitstroom (ontslag, outplacement) van personeel en houdt bij de planning, organisatie en evaluatie van de bedrijfsprocessen m.b.t. instroom, doorstroom en uitstroom van personeel rekening met de specifieke bedrijfscontext en de integratie van de verschillende processen.

4.2 (HRM) volgt het arbeidsmarktdebat en de actuele berichtgeving over juridische en actuele HR-thema’s.

6.2 reflecteert kritisch over bestaand onderzoek en stelt wetenschappelijke bevindingen uit voorgaand onderzoek in vraag.

6.8 refereert op een correcte en consistente manier aan wetenschappelijke en populariserende bronnen gegeven het gekozen referentiesysteem.

7.2 bespreekt de sociale, ethische en duurzaamheidsaspecten van bedrijfsvoering, analyseert een beleid op basis van deze aspecten en formuleert suggesties ter bijsturing.

8.1 formuleert in teamverband het interdisciplinaire probleem dat aan de basis ligt van het project, analyseert de inhoud van het project, de omstandigheden rondom het project en factoren die een invloed zullen hebben op het verloop van het project, en formuleert op basis daarvan (algemene) doelstellingen voor het project.

9.1 informeert specialisten en niet-specialisten schriftelijk en mondeling op correcte en gestructureerde wijze over zijn/haar algemene en/of gespecialiseerde kennis.

9.2 kiest en gebruikt gepaste communicatievormen en –middelen en stemt de inhoud en stijl van de communicatie af op het publiek en het doel van de communicatie.

10.1 (HRM) houdt zijn/haar kennis omtrent HR thema’s en de arbeidsmarkt up to date, en dit zowel op basis van praktijkgerichte, beleidsgerichte, juridische als wetenschappelijke informatie.

10.2 (HRM) integreert beleidsgerichte, juridische, wetenschappelijke en praktijkgerichte informatie over specifieke HR- of arbeidsmarktgerelateerde thema’s, en neemt een onderbouwd standpunt in over de relevantie van het specifieke thema voor de organisatie.

10.3 (HRM) reflecteert kritisch over de wijze waarop belangrijke evoluties en innovaties in HRM vertaald kunnen worden naar het HR-beleid in de organisatie, rekening houdend met de specifieke bedrijfscontext.

11.1 is zich ervan bewust terecht te komen in een snel evoluerende kennissamenleving en ziet op basis daarvan de noodzaak van het onderhouden en verbeteren van de verworven kennis, vaardigheden en competenties in het vakgebied en het verwerven van nieuwe kennis, vaardigheden en competenties in. 

Toelichting

Het opleidingsonderdeel personeelstechnieken gaat in op de essentiële operationele technieken binnen HRM. De cursus beoogt niet enkel de ontwikkeling van kennis, maar heeft ook tot doelstelling het vermogen tot kritisch reflecteren te ontwikkelen en de student aan te leren de kennis opgebouwd in het opleidingsonderdeel toe te passen. Bij het voltooien van het opleidingsonderdeel kan de student:
1. Theoretische concepten, instrumenten en bevindingen uit wetenschappelijk onderzoek in verband met functiestudie & competentiemanagement, instroom, doorstroom, beoordeling, beloning en uitstroom van personeel benoemen, uit leggen en integreren.
2. Een praktijkprobleem m.b.t. personeelstechnieken op een kritische en systematische wijze analyseren en een voorstel tot oplossing formuleren.
3. Kritisch reflecteren over de thema's uit de leerstof  en over wetenschappelijke artikels in het domein.
4. Zelfstandig een logische, duidelijke, intern consistente en inhoudelijk verantwoorde redenering op bouwen n.a.v. specifieke vragen over thema's die aan bod gekomen zijn.
 

Begintermen

Y00621: Psychologie

Y00928 : Personeel en organisatie
Y05072 : Personeel en organisatie (S)

Plaats in het onderwijsaanbod

• Master in de handelswetenschappen (Antwerpen) (Specialisatie: Human resources management) 60 sp.