Doelstellingen

Dit opleidingsonderdeel evalueert de volgende leerresultaten:

De student

1.1 (IZ) analyseert strategische operationele problemen en vragen binnen de internationale bedrijfsomgeving, rekening houdend met de specifieke bedrijfscontext.

1.2 (IZ) formuleert op basis van wetenschappelijke kennis over en inzicht in de internationale bedrijfscontext een onderbouwde oplossing voor strategische en operationele managementproblemen en -vragen, en houdt bij deze formulering rekening met de specifieke bedrijfscontext.

1.3 (IZ)  formuleert op basis van kennis van en inzicht in het internationaal recht en de internationale politieke omgeving een sluitende oplossing voor internationale juridische en strategische vragen, en houdt bij deze formulering rekening met de specifieke bedrijfscontext.

1.4 (IZ) reflecteert kritisch over de interne context van de internationale organisatie en over hoe internationale strategie en management de interne context kan beïnvloeden om de organisatie beter te laten functioneren in een internationale / globale omgeving

2.1 (IZ) analyseert internationale strategische problemen en vragen rekening houdend met de specifieke bedrijfscontext, de betrokken internationale stakeholders (managers, werknemers, vakbonden, adviseurs, beleid, …) en de ruimere internationale omgeving waarin de organisatie actief is.

2.2 (IZ) formuleert op basis van wetenschappelijke kennis over en inzicht in internationaal zakenwezen een onderbouwde oplossing voor internationale strategische problemen en vragen, en houdt bij deze formulering rekening met de specifieke internationale bedrijfscontext, de betrokken internationale stakeholders en de globale omgeving waarin de organisatie actief is.

2.3 (IZ) formuleert op basis van kennis en inzicht in het internationale juridische, politieke en culturele kader een sluitende oplossing voor internationaal strategische problemen en vragen, en houdt bij deze formulering rekening met de specifieke internationale bedrijfscontext, de betrokken stakeholders en de ruimere globale omgeving waarin de organisatie actief is.

2.4 (IZ)  neemt op basis van wetenschappelijke kennis over en inzicht in ‘International Business’ een onderbouwd standpunt in over actuele maatschappelijke globale problemen en over de globaliseringsproblematiek in het algemeen.

2.5 (IZ) reflecteert kritisch over de externe internationale context van de organisatie en stemt de strategie, het management en de organisatie van de internationale onderneming hierop af om de organisatie beter te laten functioneren en/of het algemeen welzijn van mensen in een globale marktomgeving te verhogen. 

3.1 (IZ) plant, organiseert, evalueert en optimaliseert financiële, operationele, logistieke, strategische, juridische, marketing gerelateerde en personeelsgebonden  processen m.b.t. internationale bedrijfsvoering en houdt bij de planning, organisatie en evaluatie van de bedrijfsprocessen rekening met de specifieke internationale / globale bedrijfscontext en de integratie van de verschillende processen.

4.1 (IZ) reflecteert kritisch over de krachten die spelen in de internationale / globale omgeving en die invloed hebben op de economie. 

4.2 (IZ) interpreteert en analyseert trends op de internationale markt, en kan een kritisch onderbouwd standpunt innemen over maatschappelijke globale thema’s, daarbij rekening houdend met (gevolgen voor) de betrokken internationale stakeholders.

4.3 (IZ) ontwikkelt een visie die hem of haar in staat stelt zich op de internationale markt te bewegen en empathie en begrip op te brengen voor ondernemers en zakenlui uit andere culturen met een andere culturele, politieke en historische achtergronden.

4.4 (IZ)  volgt het globaliseringsdebat en de actuele berichtgeving hieromtrent.

4.5 (IZ) heeft een ruime kijk  op de ‘toestand van de wereld’ zoals die zich ontwikkeld heeft in een tijdperk van de globalisering en hoe die  verder zal evolueren. 

7.1 Stelt zich diplomatisch en integer op en kan via onderhandeling en bemiddeling komen tot een consensus die rekening houdt met de belangen van de verschillende betrokkenen. 

7.2 Bespreekt de sociale, ethische en duurzaamheidsaspecten van bedrijfsvoering, analyseert een beleid op basis van deze aspecten en formuleert suggesties ter bijsturing.

7.3 Neemt initiatief, stelt zich flexibel op, neemt verantwoordelijkheid op en kan zelfstandig werken in complexe en onvoorspelbare contexten.

7.5 Bezit een kritische ingesteldheid en durft zichzelf en zijn omgeving in vraag te stellen. 

8.1 Formuleert in teamverband het interdisciplinaire probleem dat aan de basis ligt van het project, analyseert de inhoud van het project, de omstandigheden rondom het project en factoren die een invloed zullen hebben op het verloop van het project, en formuleert op basis daarvan (algemene) doelstellingen voor het project.

8.2 Organiseert in teamverband het project en stelt een gedetailleerde en realistische planning op rekening houdend met de context van de vraag, het bereik van het project, de randvoorwaarden, de beperkingen, de kwaliteitsverwachtingen en de beschikbare middelen.

8.3 Volgt zowel individueel als in team de opgestelde planningen en past timemanagement toe. 

8.4 Neemt verantwoordelijkheid voor zijn/haar rol in het team en voert tijdig zijn/haar deel van het project uit.

8.6 Neemt op een constructieve manier deel aan overleg binnen het team en met andere betrokkenen bij het project.

8.7 Evalueert de eigen inbreng kritisch en evalueert in team het verloop en het resultaat van het project. 

9.1 Informeert specialisten en niet-specialisten schriftelijk en mondeling op correcte en gestructureerde wijze over zijn/haar algemene en/of gespecialiseerde kennis.

9.2 Kiest en gebruikt gepaste communicatievormen en –middelen en stemt de inhoud en stijl van de communicatie af op het publiek en het doel van de communicatie.

9.3 Communiceert op overtuigende wijze kort en kernachtig over zijn/haar visie en handelen in verschillende contexten en verantwoordt gemaakte keuzes, zowel mondeling als schriftelijk. 

9.4 Argumenteert duidelijk en met overtuigingskracht.

10.1 (IZ) houdt zijn/haar kennis omtrent internationale economische en bedrijfsgerelateerde thema’s up to date, en dit zowel op basis van praktijkgerichte, beleidsgerichte, juridische  als wetenschappelijke informatie.

10.2 (IZ) integreert beleidsgerichte, juridische, wetenschappelijke en praktijkgerichte informatie over specifieke internationale thema’s, en neemt een onderbouwd standpunt in over de relevantie van het specifieke thema voor het bedrijfsleven.

10.3 (IZ) reflecteert kritisch over de wijze waarop belangrijke evoluties en innovaties op  de internationale markt vertaald kunnen worden naar het beleid van de internationaal georiënteerde organisatie, rekening houdend met de specifieke bedrijfscontext

11.1 Is zich ervan bewust terecht te komen in een snel evoluerende kennissamenleving en ziet op basis daarvan de noodzaak van het onderhouden en verbeteren van de verworven kennis, vaardigheden en competenties in het vakgebied en het verwerven van nieuwe kennis, vaardigheden en competenties in. 

Begintermen

Internationale Bedrijfsomgeving (Schakel of OF3)

Plaats in het onderwijsaanbod

• Master in de handelswetenschappen (Antwerpen) 60 sp.
• Master in de handelswetenschappen (Antwerpen) (Specialisatie: Internationaal zakenwezen) 60 sp.