Verplicht in fase
Optioneel in fase
Eerste semester
Tweede semester
Beide semesters
Niet ingericht
Dit jaar
Volgend jaar
Wisselende jaren
Extern
Voorwaarden
Docenten
Onderwijstaal
Duur
Identieke opleidingsonderdelenDoelstellingen
Opgelet!
Voor dit opleidingsonderdeel geldt een contingentering. Raadpleeg de concrete voorwaarden en inschrijvingsmodaliteiten op deze facultaire webpagina.
Leerdoelen
Dit opleidingsonderdeel heeft als doel om studenten vertrouwd te maken met de rechtsregels die betrekking hebben op sport. Aan het einde van de cursus kan de student de complexe wereld van de sport en de juridische normering ervan benoemen en begrijpen, zowel in een Belgische als in een Europese en internationale context; op een algemene wijze de structuur, het begrippenkader, de technieken en de betekenis van het sportrecht als niet-traditioneel rechtsgebied uitleggen alsook bijzondere sportjuridische problematieken in dit licht situeren; de rol van de overheid en verschillende stakeholders in de totstandkoming en werking van het sportrecht benoemen en begrijpen; fragmentarische kennis over sport-juridische problemen tot een groter kennisgeheel verwerken; het belang inschatten en weergeven van een sportjuridische problematiek voor de sportwereld of voor de algemene rechtsontwikkeling; theoretische en toepassingsgerichte rechtsvragen met betrekking tot de sport beantwoorden;rechtsregels met betrekking tot sport kaderen in een historische-, maatschappelijke- of beleidscontext.
Dit opleidingsonderdeel draagt bij tot volgende leerresultaten en kerndoelen:
De student bezit naast een basiskennis van het recht, ook een grondige, geïntegreerde kennis van het Belgische, Europese en internationale recht van bepaalde samenhangende basisrechtsdomeinen (in onze instelling gedefinieerd als privaatrecht, publiekrecht, strafrecht, sociaalrecht, economisch recht, fiscaal recht, internationaal- en Europees recht) en heeft een duidelijk inzicht in de wisselwerking van deze drie rechtsordes, waarbij de kennis van het positieve recht samengaat met inzicht in grondslagen en beginselen van het recht.
De student
• kan de huidige stand met betrekking tot een juridische kwestie, zowel bondig als diepgaand, accuraat beschrijven
• kan de juridische aspecten van een maatschappelijk probleem identificeren
• kan een juridisch probleem analyseren en beoordelen en hierover een onderbouwde stelling of oplossing formuleren
• kan de in de respectieve (nationale, Europese, internationale) rechtsordes verworven kennis en inzichten integreren tegen de achtergrond van de meergelaagdheid van het recht
De student bezit zowel gespecialiseerde (ten aanzien van basiskennis verbredende en verdiepende) kennis en inzicht in een aantal samenhangende basisrechtsdomeinen (in onze instelling gedefinieerd als privaatrecht, publiekrecht, strafrecht, sociaalrecht, economisch recht, fiscaal recht, internationaal- en Europees recht) alsook diepgaande kennis in transversale rechtsdomeinen die uitdrukking geven aan de samenhang en/of wisselwerking tussen de verschillende basisrechtsgebieden dan wel aan vernieuwing en dynamiek in het recht.
De student
• kan kennis en inzicht aanwenden op gespecialiseerd en gedetailleerd niveau bij vakinhoudelijke discussies en vragen
• kan kritisch positie innemen ten aanzien van maatschappelijke en/of juridische vernieuwing in transversale rechtsdomeinen en zich positioneren ten aanzien van out-of-the-box redeneringen of oplossingen in het recht
• kan de wisselwerking tussen verschillende samenhangende basisrechtsdomeinen duiden en operationaliseren
De student hanteert een systematische methode in zijn benadering van complexe juridische en maatschappelijke vraagstukken. Hij is in staat om zelfstandig een juridische analyse en synthese te maken van problemen met het oog op de beantwoording van vragen met een juridisch of maatschappelijk karakter. De student beschikt over het methodologische en argumentatieve vermogen om aanvaardbare oplossingen aan te dragen en te legitimeren en is in staat om op kritische wijze verklarende, evaluatieve en probleemoplossende standpunten in te nemen.
De student
• kan zijn/haar analytisch vermogen aanwenden om complexe juridische of maatschappelijke vraagstukken te verklaren, te evalueren of op te lossen.
• kan zijn/haar synthetisch vermogen aanwenden om complexe juridische of maatschappelijke vraagstukken te verklaren, te evalueren of op te lossen
• kan een afweging en een beargumenteerde keuze maken tussen verschillende juridische mogelijkheden
• kan creatieve of nieuwe juridische verklaringen of oplossingen aanreiken
• kan een eigen juridisch verantwoorde stelling formuleren over een juridisch of maatschappelijk probleem
De student kan zowel voor leken als voor juristen heldere teksten opstellen en uiteenzettingen brengen.
De student
• beheerst schriftelijk en mondeling het academisch Nederlands
• kan op gestructureerde (opbouw en argumentatie) wijze een juridisch-wetenschappelijke tekst opstellen over een complexe juridische materie
De student is een ervaren gebruiker van de vakeigen bronnen.
De student
• kan op omvattende en doelgerichte wijze informatie verzamelen uit Belgische juridische (digitale) bibliotheken en databanken
• kan op omvattende en doelgerichte wijze informatie verzamelen uit internationale of buitenlandse juridische (digitale) bibliotheken en databanken
Plaats in het onderwijsaanbod
- Master in de rechten (Leuven) (Afstudeerrichting rechten) 120 sp.
Onderwijsleeractiviteiten
3 sp. Sportrecht (B-KUL-C05I6a)
Inhoud
Algemene situering
Sport krijgt als maatschappelijk fenomeen steeds meer aandacht, niet alleen in economische zin. Dit houdt verband met de verschillende functies die aan sport worden toegekend zoals, naast de economische dimensie, ook een opvoedkundige, een gezondheidsbevorderende, een sociale, een culturele en een recreationele. In het Europese sportbeleid krijgt dit vertaling in de specificiteit van de sport waarvan de Europese dimensie verankerd is in artikel 165 VWEU. De groeiende economische en commerciële weerklank van sport creëert tal van uitdagingen, onder meer op het vlak van het statuut van sporters, de rol van de overheid en de media in de sport, gezondheid en doping, aansprakelijkheid, misbruik en geweld, organisatorische en disciplinaire aangelegenheden, en zo meer. Hierbij wordt het bestaan van het sportrecht als een zelfstandig rechtsgebied steeds meer erkend. In het sportrecht gaat het om het tegelijkertijd handhaven van realiteiten met een economische, sociale en culturele dimensie, waarin diverse private en publieke waarden op een subtiele manier met elkaar interageren. Bovendien impliceert sportrecht het samengaan, minstens het samen bestaan, van enerzijds overheidsregulering en anderzijds private of autonome regulering vanwege sportorganisaties en bonden (zoals het IOC, de FIFA, het WADA, …) met eigen, interne mechanismen van normgeving, handhaving en rechtspraak (zoals het TAS, …), voor een belangrijk deel voortvloeiend uit eigen initiatief en verenigingsrecht.
Inhoud
De cursus biedt een grondige bestudering van de werking en de beginselen van het Belgische, Europese en internationale sportrecht in samenhang met onderwerpen die van belang zijn voor het interne en externe sportbeleid. De cursus behandelt de belangrijkste sportrechtelijke onderwerpen en sportbeleidsthema’s, zoals:
• de bepaling van het sportrecht als rechtsgebied in de rechtsorde
• de organisatie van de sport
• de rol van de overheid in de sport
• de rol van Europa in de sport
• het Europese sportmodel
• sportwetgeving en sportrechtspraak
• de ‘lex sportiva’ en de specificiteit van de sport
• fundamentele rechten in de sport
• het statuut van de sportbeoefenaar
• transfers en makelaars in de sport
• sporttuchtrecht
• gezondheid, doping en ethisch verantwoord sporten
• aansprakelijkheid in de sport
• geweld, veiligheid en grensoverschrijdend gedrag in de sport.
Studiemateriaal
• Syllabus met primaire en secundaire literatuur.
• Aanvullend materiaal wordt via toledo verspreid.
Toelichting werkvorm
Dit opo maakt gebruik van blended learning, bestaande uit een combinatie van kennisclips, een reader en fysieke klasmomenten, gevoegd met tussentijdse vragen, discussies of opdrachten. Kennisclips worden aangeboden via Toledo. Het zijn korte kennisclips waarbij ingegaan wordt op systematiek en structuur van de leerstof, concepten en definities, juridische bronnen, voorbeelden en cases. Het gaat om zaken die doorgaans op een meer klassieke manier worden aangeboden in een hoorcollege.
Bij de kennisclips worden een aantal opdrachten meegegeven ‘als brandstof’ om het lopende leerproces op gang te houden en de activering en het verwerkingsproces van de studenten aan te wakkeren.
Evaluatieactiviteiten
Evaluatie: Sportrecht (B-KUL-C25I6a)
Toelichting
De evaluatie geschiedt op basis van een combinatie van een paper en een mondeling examen. De student schrijft voor dit vak een bondige paper over een juridisch probleem in het vakgebied. Het vak wordt afgesloten met een mondeling examen. Dit examen betreft een mix van theoretische vragen en vragen betreffende praktische toepassingsgevallen in het vakgebied, alsook een bondige toelichting bij de door de student opgestelde paper.
Enkele modelvragen zijn beschikbaar op Toledo.