Onderhandelen en bemiddelen (B-KUL-C01M5A)
Doelstellingen
Leerresultaten
De student
- kan de wisselwerking tussen recht, mens maatschappij en de daarmee verband houdende normen en waarden, identificeren en operationaliseren in een juridische context
- kan een aan mens en maatschappij gerelateerd referentiekader ontwikkelen en er kritisch afstand van nemen
- beheerst schriftelijk en mondeling het academisch Nederlands
- kan schriftelijk communiceren met (niet-)vakgenoten aan de hand van diverse teksttypes
- kan in teamverband werken
Leerdoelen
De student
- kan op een ethische wijze omgaan met tegengestelde belangen tussen adviseur en cliënt
- kan actief luisteren en empathie tonen voor een andere partij zonder de eigen visie en belangen te negeren
- kan de verschillende concepten van onderhandelingstheorie duiden en toepassen
- kan de verschillende vormen van bemiddeling duiden en daartussen naargelang het geval een gepaste keuze maken
- kan de verschillende fases in een bemiddelingsproces duiden en de Bemiddelingswetgeving correct interpreteren en toepassen
- kan de grondhouding en methodiek van de contextuele conflictbenadering duiden en toepassen in eenvoudige gevallen
- kan de basisinterventies van een bemiddelaar duiden en toepassen in eenvoudige gevallen
Volgtijdelijkheidsvoorwaarden
Dit opleidingsonderdeel is een voorwaarde voor het opnemen van volgende opleidingsonderdelen:
C03K5B : Advanced Negotiation
Plaats in het onderwijsaanbod
- Master in de rechten (Leuven) 120 sp.
Onderwijsleeractiviteiten
3 sp. Onderhandelen en bemiddelen (B-KUL-C01M5a)
Inhoud
Het vak is multidisciplinair: waar het recht het kader bepaalt, biedt de psychologie inzicht in het gedrag van mensen en groepen, theorie over gespreksvoering en counseling. Het vak is ook bij uitstek interactief en skills gericht. Louter theorie bereikt het doel niet. Vaardigheden zijn essentieel. Echter, zonder theoretische inbedding missen we de wetenschappelijke onderbouwing die nodig is voor een kwalitatief hoogstaande aanpak.
In het vak onderhandelen en bemiddelen staan zes thema’s centraal:
1. De relatie tussen de jurist en zijn cliënt in het algemeen en in een onderhandeling of bemiddeling
Welke vuistregels moet een goede adviseur naleven? Hoe omgaan met de spanning tussen zijn eigen belang en het belang van de cliënt bij het geschil, in een onderhandeling of in een bemiddeling?
2. Basisgespreksvaardigheden: actief luisteren en empathie, en confrontatie
Wat is luisteren, wat is empathie? Hoe functioneert dit bij een onderhandeling en wat is het belang daarvan? Hoe moet men zijn eigen belangen formuleren? Hoe omgaan met de spanning tussen empathie en assertief claimen?
3. Basisinzichten van probleem oplossend onderhandelen
Belangen vs. posities, criteria, alternatieven, BATNA en reservation value, anchoring en first offer, mogelijkheden om waarde te creëren. Hoe omgaan met de spanning tussen de taart verdelen en waarde creëren?
4. De verschillende vormen van bemiddeling, bemiddelingswet en bemiddelingsproces
Wat is bemiddelen? Faciliterend, evaluerend, case settlement, med-arb. Verhouding tot onderhandelen, collaborative law, tot andere rollen van “betrokken buitenstaanders”? Hoe een keuze maken (guided choice)?
Wat zijn de krachtlijnen van de Belgische bemiddelingswet, EU Richtlijnen? Juridische vragen en knelpunten in de bemiddelingspraktijk? Verschillende rol van de advocaat als bemiddelaar en van de advocaat die een cliënt bijstaat bij een bemiddeling?
Fases in het bemiddelingsproces: voorbereidende fase (met intake en bemiddelingsprotocol), onderhandelingsfase, akkoordfase
5. Het positioneringsmodel en de meerzijdige partijdigheid van de bemiddelaar
Basisposities (communicatieroos van Leary: geven) en hulpposities (houden, feedback). Meerzijdige partijdigheid als grondhouding en methodiek binnen een contextuele conflictbenadering.
6. Technieken en interventies van de bemiddelaar
Conflictstijlen, erkenning, empowerment, actief luisteren (parafraseren, gevoelens erkennen, spiegelen), herframen, confronteren, caucus.
Elk van deze thema’s wordt op een dubbele manier uitgewerkt:
PLENAIRE SESSIES
Enerzijds, 7 plenaire sessies van 2 u gedoceerd door beide titularissen samen
OEFENSESSIES
en anderzijds, 6 oefensessies van 2 u gedoceerd door een praktijklector.
In een oefensessie wordt actief en interactief gewerkt rond cases of oefeningen, in vaste werkgroepen van circa 30-35 studenten. De werkgroepen worden gefaciliteerd door praktijklectoren. De titularissen zorgen ervoor dat de facilitering in alle werkgroepen dezelfde methode volgt en dezelfde teaching points nastreeft. Het moet één uniform vak zijn met een duidelijke lijn.
De methode in de werkgroepen is Tell – Do – Review. Er wordt kort teruggekoppeld naar de theorie en het conceptuele kader, waarna een concrete oefening of case wordt gegeven. Soms wordt eerst in de groep een fish bowl gedaan of een video getoond, met nadere uitleg en bespreking. In elke oefensessie moeten de studenten zelf aan het werk. Dat kan een onderhandeling of een bemiddeling zijn, of een groepsoefening rond conflictstijlen of actief luisteren.
Daarna wordt de case of de oefening in de werkgroep collectief gereviewd en gedebrieft. De review is proces georiënteerd. De nadruk ligt niet op het bekomen resultaat, of op wie beter deed of won. Het doel is inzicht te verwerven in de aanpak van verschillende studenten, wat daar goed of minder goed aan is. Wat werkt en wat niet werkt, wat met andere woorden de dialoog tussen partijen terug op gang brengt, faciliteert of in de weg staat. Wat je anders en beter kan doen, etc. Daarbij wordt de commentaar en de analyse telkens ingebed in het conceptuele kader. Gepoogd wordt om de studenten te leren inzicht te verwerven in een feedback loop waardoor ze de volgende keer beter kunnen doen en zichzelf stimuleren in een groei- en ontwikkelingsproces. Opnieuw is het niet relevant om beter te worden dan een ander, maar enkel om zelf beter te worden en zich te ontwikkelen. De claim van het vak is dat op het einde elke student een betere onderhandelaar en bemiddelaar is dan bij de aanvang. De onderwijsmethode sluit aan bij de “high impact learning that lasts” zoals besproken door collega Filip Dochy.
Na elke oefensessie moet de student een “journal” schrijven, in te dienen tegen de volgende oefensessie. Dit is een korte memo waarbij hij ten gronde reflecteert over 1 of 2 elementen in het onderhandelings- of bemiddelingsproces waaraan hij deelnam. De reflectie betreft zowel de intra- als interpersoonlijke interactie en moet reflectie bevatten over het proces (bv. door gebruik van de ‘ladder of inference’). De focus ligt op wat beter kan teneinde een feedback loop tot stand te brengen en te groeien.
Studiemateriaal
VERBEKE, A.-L. en VERVAEKE, G., Constructief omgaan met conflicten en geschillen, Antwerpen, Boomjuridisch, 2023, 2de editie, 236 p.
VERBEKE, A.-L., VERVAEKE, G. en MICHAUX, E., Onderhandelen & Bemiddelen, KULeuven, 2002.
Toelichting werkvorm
Oefensessie
Online
Dit vak wordt deels online gedoceerd.
De online vorm is de meest praktische vorm voor dit vak, maar ook noodzakelijk om het vak aan 450 tot 500 studenten op een efficiënte manier te kunnen geven.
Er zijn 13 colleges van 2 u op maandag van 9 – 11 u. Er zijn 7 plenaire sessies voor alle studenten samen. Deze vinden in persoon plaats of studenten kunnen deze via livestream volgen. Daarnaast zijn er 6 oefensessies in kleinere groepen.
De online vorm de beste mogelijkheden biedt voor een goed verloop, onder meer om de volgende redenen:
Ten eerste, voor de 6 oefensessies in groepjes van 30 – 35 studenten, voor 14 werkgroepen:
Hierin worden tijdens het eerste uur oefeningen gedaan, cases onderhandeld of bemiddeld, met 2 tot 4 studenten in een break out room.
Daarna worden deze collectief in de werkgroep debriefed en een interactieve discussie gefaciliteerd door de praktijklector.
Tijdens de live versie van het vak in 2018 en 2019 voor een kleinere groep van ca 300 studenten is gebleken dat een live uitvoering van de oefensessies quasi onmogelijk is en aanleiding geeft tot vele logistieke problemen, chaos en verwarring en een suboptimaal leerproces.
Vooreerst moeten 14 voldoende ruime lokalen worden gevonden; wat niet mogelijk blijkt.
Daarnaast moet er dicht in de buurt van die lokalen voldoende comfortabele ruimte zijn om 15 tot 18 groepen van studenten in een voldoende rustige omgeving te laten onderhandelen of oefenen.
Bovendien is het in zelfs de meest comfortabele live omgeving niet mogelijk voor een praktijklector om de diverse groepjes te bezoeken en begeleiden; wat in online break outs zeer gemakkelijk gaat.
Daarnaast geeft elke live omgeving aanleiding tot vrij substantieel tijdverlies, studenten moeten een plek zoeken, terugkeren etc. Sommige studenten komen te laat terug wat de debrief verstoort. Al deze “transition costs” zijn er totaal niet in de online versie waar men vanuit de break out binnen de seconde terug in de groep meeting room “terugvliegt”.
Ook de controle van aanwezigheid gebeurt vlotter in de online versie, via het saven van de participants list, zonder dat daarvoor enige andere handeling en tijdverlies vereist is zoals in een live setting het geval is.
De online versie komt ook de interactie ten goede omdat studenten niet enkel in interactie kunnen gaan door te spreken maar daar bovenop ook via de chat.
Ten tweede, voor de 7 plenaire sessies voor 450 – 500 studenten:
Deze bestaan uit het behandelen van door de studenten opgeladen vragen over de voorbereide leerstof, gevolgd door een of meerdere kennistoetsen op het einde van elk college.
In dit vak is een volledig 100% verplichte aanwezigheid vereist.
Tijdens een plenaire live sessie is het moeilijk haalbaar om de verplichte aanwezigheid op te volgen en is het tevens praktisch bijzonder problematisch om de kennistoets te organiseren.
Bovenal menen wij dat het in de huidige post corona wereld niet meer wordt geaccepteerd om in een live omgeving van 500 studenten een verplichte aanwezigheid te vereisen. Daarnaast is het bijzonder omslachtig en tijdrovend om dan die aanwezigheid te controleren, een kennistoets te organiseren en dit alles op een efficiënte manier en binnen het tijdsbestek van 2 uur.
Bijkomend vergt de live versie meer administratieve ondersteuning vergt, hetgeen niet beschikbaar is.
Aanwezigheidsvereiste
Voor dit vak geldt een absolute en 100% aanwezigheidsvereiste. Er wordt op voorhand een matrix uitgewerkt om te zorgen dat studenten zoveel mogelijk met verschillende andere studenten kunnen oefenen. Een afwezigheid doet de matrix volledig in het honderd lopen. De onderwijsmethode is ook een give and take interactie, waarbij de studenten veel leren van elkaars ervaringen. In elke sessie wordt verder gebouwd op eerdere ervaringen en inzichten. In die zin is het vak een steeds verder verdiepend proces waarbij men geen enkele fase of stapsteen kan missen.
Een afwezigheid is verontschuldigd in geval van ziekte of overmacht. Een enkele verontschuldigde afwezigheid tijdens een plenaire sessie heeft geen gevolgen. Een verontschuldigde afwezigheid tijdens een oefensessie leidt tot een vervangtaak in te dienen tegen de volgende plenaire sessies. Een structurele verontschuldigde afwezigheid moet ad hoc worden bekeken maar leidt er in principe toe dat het vak een ander moment zal moeten worden opgenomen.
Een enkele niet verontschuldigde afwezigheid tijdens een plenaire sessie leidt tot een vervangtaak die moet worden ingediend tegen de volgende oefensessie. Meer dan één niet verontschuldigde afwezigheid tijdens een plenaire sessie leidt er automatisch toe dat men het vak niet verder kan volgen en onontvankelijk is om aan het examen deel te nemen. Hetzelfde geldt voor zelfs één enkele niet verontschuldigde afwezigheid tijdens een oefensessie.
Voorbereidingsvereisten
Voorafgaand aan bepaalde plenaire sessies kan een reading assignment worden gegeven, of moet een vraag of korte oefening worden voorbereid. Voorafgaand aan de oefensessie moet een case of een oefening grondig worden voorbereid. Bij cases krijgen de studenten een bepaalde rol met vertrouwelijke instructies. Het is essentieel dat studenten dit grondig voorbereiden omdat het leerproces anders negatief wordt beïnvloed: de onderhandeling of bemiddeling zal dan immers niet realistisch kunnen verlopen.
Voor de cases geldt een strikte vertrouwelijkheid. Studenten mogen de inhoud van de case niet met andere studenten bespreken, noch voor noch na de oefensessie.
Evaluatieactiviteiten
Evaluatie: Onderhandelen en bemiddelen (B-KUL-C21M5a)
Toelichting
De beoordelingsschaal van dit opleidingsonderdeel is 'geslaagd/niet geslaagd'.
- grondige zelfstudie en tests: Tijdens de eerste week of fase van elk deel wordt van de studenten verwacht dat zij het desbetreffende hoofdstuk in de cursus grondig lezen en dat zij de in de cursus vermelde kennisclips (met links) allemaal beluisteren/bekijken. Aan het einde van de plenaire sessie in de twee fase zal een link naar een test worden geplaatst op Toledo (6 tests in totaal). Alle studenten dienen deze test in te vullen. De test bestaat uit een aantal vragen met betrekking tot de theorie die via zelfstudie moest worden verwerkt door de student. De studenten kunnen deze test slechts één maal invullen. Wanneer zij de test indienen, ontvangen zij automatisch hun score. Om te slagen dient de student 6/10 te behalen. Er wordt geen giscorrectie toegepast. Tijdens de laatste plenaire sessie, wordt een afsluitende test met vragen van alle geziene theorie georganiseerd. De laatste test bevat 20 vragen en de studenten hebben hiervoor 20 minuten de tijd. Om te slagen, dient de student minstens 60% te behalen. Ook voor de test Quiz wordt er geen giscorrectie toegepast.
- verplichte voorbereiding van de oefensessie via de Case Prep Forms: In het geval dat de studenten een casus moeten voorbereiden voor een oefensessie, zullen zij via een Case Prep Form enkele vragen moeten beantwoorden op basis van hun voorbereiding. De deadline om de Case Prep Form in te dienen is steeds de zondag voorafgaand aan de oefensessie (steeds op een maandag) om 21u.
- feedbackformulieren voor medestudenten oefening via Google Form: Behoudens voor de eerste twee oefensessies, zullen studenten na de vier daaropvolgende oefensessies steeds één of meerdere (afhankelijk van het type oefening) korte feedbackformulieren moeten invullen voor de medestudenten met wie zij de oefening hebben uitgevoerd. Deze feedback moet steeds ten laatste op de woensdag na de oefensessie om 12u worden doorgestuurd.
- journals: ca. 800 tot 1000 woorden per journal (behalve de eerste journal: 500 woorden). Studenten schrijven 6 journals, voor elk oefencollege. De journal wordt tijdig opgeladen via ‘Assignments’ op Toledo. De deadline is steeds maandag 9u van de week volgend op de desbetreffende oefensessie. Het niet tijdig indienen van de voornoemde journals leidt tot een onmiddellijke Fail voor het vak. Als hulpmiddelen voor het schrijven van de journal ontvangt elke student van zijn gesprekspartner in de betrokken oefening een feedbackformulier (cfr. supra), ingevuld volgens een standaard format. Tevens is het nuttig om ook de eigen voorbereiding in de Case Prep Form (cfr. supra) er opnieuw bij te nemen.
De beoordelingsschaal van dit vak is 'geslaagd/niet geslaagd'.
Het examen omvat:
- de aanwezigheid op alle plenaire sessies (zes plenaire sessies) die wordt getoetst aan de hand van quizzes (zonder giscorrectie) na afloop van de plenaire sessies. Studenten dienen minstens 6/10 te behalen op de quiz. Indien studenten niet deelnemen aan de quiz of een lagere score behalen dan 6/10, dienen zij een vervangtaak te maken. Indien deze vervangtaak niet (tijdig) wordt ingeleverd of onvoldoende wordt uitgewerkt, behalen de studenten een FAIL voor het vak. Herkansing is niet mogelijk;
- de aanwezigheid op alle oefensessies (zes oefensessies). Een niet verontschuldigde afwezigheid voor een oefensessie wordt automatisch gevolgd door een FAIL voor het vak. Herkansing is niet mogelijk;
- de actieve voorbereiding van alle cases en oefeningen (getoetst aan de hand van vijf prep forms) en de nazorg van de cases en oefeningen (getoetst aan de hand van vier feedbackformulieren). Studenten die de prep forms of feedbackformulieren niet (tijdig) of onvoldoende uitgewerkt invullen, behalen een FAIL voor het vak. Herkansing is niet mogelijk;
- Zes journals waarin studenten kritisch reflecteren over hun vaardigheden inzake onderhandelen en bemiddelen. In elke journal analyseren studenten in ca 800 à 1000 woorden hun sterktes en werkpunten aan de hand van hun ervaringen tijdens de oefensessies. Het niet (tijdig) inleveren van de journals wordt gevolgd door een FAIL voor het vak. Herkansing is niet mogelijk. Indien de journals niet voldoende zijn uitgewerkt, leidt dit tot een FAIL voor dit vak. Dit wordt beoordeeld door de titularissen. Een herkansing is wel mogelijk.
!! Opgelet !! Indien men niet geslaagd is op alle onderdelen in éénzelfde academiejaar (eerste + tweede zittijd), dan moet het vak volledig opnieuw gevolgd worden !!
Toelichting bij herkansen
Reflectie via voetnoten of comments op alle 7 journals van de workshop en schrijven van een nieuwe final paper van 4000 woorden
Indien journals ontbreken, schrijven van bijkomende korte paper over opgelegde topic, 1 paper per ontbrekende journal, 1500 woorden