De hiërarchische inrichting van de kerk (B-KUL-B0C50A)
Doelstellingen
De student verwerft inzicht in het administratieve systeem van de Katholieke Kerk door middel van een studie van de codex van 1983 alsook een overzicht van de historische ontwikkeling van de instellingen. De student begrijpt canones 330 - 514 en is in staat deze canones te interpreteren. De student kent de verschillende organen, instellingen en colleges van de Katholieke Kerk en begrijpt de werking hiervan zowel op een universeel als een lokaal niveau. Tenslotte is de student in staat de veranderingen die door het Tweede Vaticaans concilie te weeg zijn gebracht te vatten en heeft ook kennis van de theologische en theoretische achtergrond van deze veranderingen.
Identieke opleidingsonderdelen
Dit opleidingsonderdeel is identiek aan de volgende opleidingsonderdelen:
B0B57A : Organisation of the Church
Plaats in het onderwijsaanbod
- Master in het kerkelijk recht (Iuris Canonici Licentiatus) (Leuven) 120 sp.
- Master in de theologie en de religiewetenschappen (Leuven) 60 sp.
- Postgraduaat advisor in het parochierecht en kerkelijk bestuur (Leuven) 20 sp.
- Postgraduaat consultor in het kerkelijk huwelijks- en procesrecht (Leuven) (Consultor kerkelijk huwelijks- en procesrecht) 60 sp.
Onderwijsleeractiviteiten
4 sp. De hiërarchische inrichting van de kerk (B-KUL-B0C50a)
Inhoud
Tijdens de colleges worden de canones van boek II van het wetboek bediscussieerd alsook de relatie tussen deze organen en instellingen. De hieruitvolgende wetgeving wordt geanalyseerd en de historische ontwikkeling binnen de hiërarchische inrichting van de kerk wordt toegelicht. Tenslotte wordt er zorgvuldig aandacht besteed aan het belang van de recente ontwikkelingen binnen het administratieve systeem van de Katholieke Kerk en de gevolgen die de reeds bestaande organen en instellingen ondervinden.
Studiemateriaal
The studiemateriaal wordt aan het begin van het academiejaar meegedeeld.