Master in de specialistische geneeskunde (180 sp.) (Leuven)

Master of Medicine

Wat vind je op deze webpagina?

Op deze pagina’s kun je als (toekomstige) student o.a. het officieel studieprogramma raadplegen. 

Je vindt ook alles over toelatingsvoorwaarden en aanvullende opleidingen, detailinformatie over de opleidingsonderdelen, je uurrooster per week …

Ben je toekomstig student?

Neem dan zeker eerst een kijkje op de pagina van de master in de specialistische geneeskunde.

Je leest er alles over

- Inhoud van de opleiding

- Voorbereiding

- Stages

- ...

Overkoepelende vormingsdoelen: De student in de master in de specialistische geneeskunde …

Niet-bindend:
-  Heeft een open houding ten aanzien van diversiteit op alle vlakken, wat zich uit in respect voor de ethische en culturele waarden en normen van patiënten en collega’s.
-  Kan een persoonlijk, beredeneerd en wetenschappelijk gefundeerd standpunt innemen in (maatschappelijke) discussies over zorgverstrekking.

Bindend:
-  Toont een kritische en reflectieve houding tegenover onderzoeksresultaten en t.a.v. nieuwe wetenschappelijke ontwikkelingen.
-  Ontwikkelt een zelfreflectieve houding gekenmerkt door een bereidheid om rekening te houden met feedback en om eigen leerbehoeftes te identificeren en op basis daarvan de professionele ontwikkeling in handen te nemen.


LAGERE OPLEIDING:
De student in de lagere opleiding van de master in de specialistische geneeskunde …  

OLR 1  verwerft diepgaande kennis van en inzicht in de meest voorkomende ziektebeelden van het specialisme en is in staat om op basis daarvan onder supervisie preventiebeleid uit te tekenen, diagnoses vast te stellen, een met de patiënt en hun naasten overlegd behandelbeleid op te stellen en/of behandelbeleid uit te voeren, met inachtneming van de grenzen van de eigen deskundigheid en bekwaamheid.  
OLR 2  kan de verworven kennis en inzichten met betrekking tot de meest voorkomende ziektebeelden van het specialisme in de medische praktijk integreren om zo probleemoplossend vermogen toe te passen, rekening houdend met de huidige stand van de medische wetenschap.  
OLR 3  ontwikkelt en verfijnt de voor het specialisme relevante medisch-technische basisvaardigheden in een oefensituatie, die voldoende regelmatig gesuperviseerd wordt door experts en integreert deze, met in achtneming van de grenzen van de eigen vaardigheid, stapsgewijs en onder supervisie in de klinische praktijk.  
OLR 4  heeft diepgaand inzicht in de methodologie en ethische en wettelijke aspecten van wetenschappelijk onderzoek en is in staat om de hieruit verworven inzichten en bevindingen te vertalen naar en te implementeren in de klinische context.  
OLR 5  kan met betrekking tot de meest voorkomende ziektebeelden van het specialisme doeltreffend en begrijpelijk communiceren met patiënten en hun naasten, past daarbij een patiëntgeoriënteerde benaderingswijze toe en is in staat om, zo nodig, wetenschappelijk onderbouwde alternatieve behandelmethoden voor te stellen.  
OLR 6   documenteert medische informatie op een begrijpelijke, complete en consistente manier die in overeenstemming is met de wettelijke vereisten en die de privacy van patiënten en de vertrouwelijkheid van de informatie in acht neemt, weet de daarvoor bestemde digitale technologie efficiënt te benutten en is in staat om deze informatie op een effectieve wijze mondeling toe te lichten aan medici en andere zorgverleners.  
OLR 7   vertaalt zijn kennis over de vigerende gezondheidszorgsystemen en financieel-economische implicaties van zorgverstrekking voor de maatschappij en de patiënt in zijn concrete dagelijkse praktijk en weet zijn werkzaamheden in functie van prioriteiten te organiseren en te plannen.  
OLR 8   analyseert de eigen leiderschapsstijl, met inbegrip van sterktes en zwaktes op basis van feedback van patiënten, medici en andere zorgverleners.  
OLR 9   heeft kennis over de wettelijke en ethische/deontologische aspecten van het uitoefenen van het specialisme, integreert deze kennis in zijn klinische praktijk en is in staat te reflecteren over het persoonlijk welbevinden.  
HOGERE OPLEIDING: De student in de lagere opleiding van de master in de specialistische geneeskunde …  

OLR 10  verwerft diepgaande kennis van en inzicht in de complexe ziektebeelden van het specialisme en is in staat om op basis daarvan zelfstandig preventiebeleid uit te tekenen, diagnoses vast te stellen, met de patiënt en zijn naasten overlegd behandelbeleid op te stellen en/of behandelbeleid uit te voeren, met inachtneming van de grenzen van de eigen deskundigheid en bekwaamheid.  
OLR 11   kan de verworven kennis en inzichten met betrekking tot de complexe ziektebeelden van het specialisme in de medische praktijk integreren om zo probleemoplossend vermogen toe te passen, rekening houdend met de huidige stand van de medische wetenschap.  
OLR 12  ontwikkelt en verfijnt de voor het specialisme relevante gevorderde medisch-technische vaardigheden in een oefensituatie die voldoende regelmatig gesuperviseerd wordt door experts en integreert deze, met in achtneming van de grenzen van de eigen vaardigheid, stapsgewijs en onder supervisie in de klinische praktijk.  
OLR 13  wijst patiënten en hun naasten op de oorzaken en risicofactoren van de ziektebeelden van het specialisme, tekent op basis van een analyse van de zorgbehoeften van patiënten individueel preventiebeleid uit en toont hen daarbij de toegankelijkheid van verschillende zorgdiensten en – middelen.  
OLR 14  bevordert de verspreiding van wetenschappelijk onderbouwde medisch-klinische informatie over de oorzaken, risicofactoren en preventiemaatregelen ten aanzien van de ziektebeelden van het specialisme, kan deze informatie op een correcte manier overdragen aan medici en andere zorgverleners en neemt het initiatief om studenten, patiënten en een breder publiek hierop te attenderen.  
OLR 15  kan binnen het domein van het specialisme een bijdrage leveren aan onderzoeksprojecten en is in staat om onder begeleiding degelijk wetenschappelijk onderzoek op te zetten, uit te voeren en hierover zowel schriftelijk als mondeling te rapporteren, rekening houdend met de ethische en wettelijke aspecten van wetenschappelijk onderzoek.  
OLR 16   fungeert vanwege zijn in het specialisme verworven expertise als aanspreekpunt voor masterstudenten geneeskunde, lagerejaars ASO’s, medici en/of andere zorgverleners en bevordert op een constructieve manier hun kennis en/of vaardigheden in het specialisme.  
OLR 17   kan met betrekking tot de complexe ziektebeelden van het specialisme doeltreffend en begrijpelijk communiceren met patiënten en hun naasten, past daarbij een patiëntgeoriënteerde benaderingswijze toe en is in staat om, zo nodig, wetenschappelijk onderbouwde alternatieve behandelmethoden voor te stellen.  
OLR 18   onderhoudt positief contact met andere medici en zorgverleners, stemt overlappende en gedeelde verantwoordelijkheden met hen af, participeert op een professionele manier in de gedeelde klinische besluitvorming en weet daarbij op een gepaste manier om te gaan met meningsverschillen en verschillen in professionele achtergrond.
OLR 19  is bekend met de expertise van andere medici en zorgverleners, is in staat om te beslissen wanneer de zorg voor een patiënt dient te worden overgedragen en kan de zorg voor een patiënt op een veilige manier overdragen, gebruik makend van zowel schriftelijke als mondelinge communicatie.  
OLR 20   stelt op eigen initiatief activiteiten voor die de financieel-economische impact op zorgverstrekking van het zorgteam en de ziekenhuisorganisatie kunnen optimaliseren.  
OLR 21   ontwikkelt strategieën om in samenspraak met medici en andere zorgverleners veranderingen in de gezondheidszorg te implementeren.  

Kwaliteit van de opleiding

Hier vind je een overzicht van de resultaten van de interne kwaliteitszorgmethode COBRA.

Onderwijskwaliteit op het niveau van de opleiding

Blauwdruk
Blauwdruk_MNM_specialistische geneeskunde.pdf

COBRA 2019-2023
COBRA-fiche_MNM_Specialistische geneeskunde.pdf

Onderwijskwaliteit op het niveau van de universiteit


Meer info?
Rechtstreeks: