Kritische maatschappijtheorie (B-KUL-W0AJ1A)

Doelstellingen
Dit opleidingsonderdeel biedt een grondige inleiding in de de kritische maatschappijtheorie. Strikt genomen wordt deze term vaak geïdentificeerd met een omlijnde en coherente denkschool, de zogenaamde Frankfurter Schule (Horkheimer, Adorno, Marcuse, Pollock, enz.) die vooral in het interbellum en naoorlogse periode actief was. Vandaag omhelst de term echter ook ook een bredere verzameling aan neo- en postmarxistische tradities, socialistische theorieën, en poststructuralistische benaderingen. Die ‘nieuwe’ kritische theorie wordt in dit vak in zowel de breedte en diepte belicht. Daarnaast wordt in dit college stilgestaan bij denkers en evoluties die de tegenstelling tussen marxisme en liberalisme, links en rechts, overstijgen, steeds met terugkoppelingen naar het politieke heden.
De benadering is zowel auteursgericht als thematisch. Enerzijds focust dit vak op een aantal representatieve stemmen uit de bredere traditie van de kritische maatschappijtheorie (denkvaders als Lukacs, Adorno, Pollock, Horkheimer, Du Bois, maar ook recentere stemmen als Fields, Laclau, Postone…). Ook de hedendaagse relevantie van deze auteurs wordt van nabij bekeken, met bijzondere aandacht voor de politieke vertaalslagen van deze theoriën . Anderzijds omvat het een reeks thematische colleges, waarin telkens een belangrijk discussieveld binnen de traditie wordt besproken, zoals de betekenis van ‘kritiek’, het klassenconcept, vraagstukken van tijd en historiciteit, natuurconcepten, ideologie- en fetisjismekritiek, en raciale onderdrukking. Dit gebeurt steeds in dialoog met de filosofische grondleggers van deze traditie (Marx, Hegel) en met alternatieve, vaak contrasterende posities (o.m. conservatisme, nieuwrechts, liberalisme, neoliberalisme).
Aan het einde van dit opleidingsonderdeel is de student in staat om
- belangrijke begrippen te definiëren;
- de interne structuur van een theorie uiteen te zetten;
- discussies tussen theoretici uiteen te zetten;
- een persoonlijke kritiek of standpunt t.a.v. een bepaalde theorie te formuleren;
- actuele thema’s kritisch te benaderen vanuit de theoretische kaders;
- een tekstfragment toe te lichten en te verklaren.
Begintermen
De student moet een basisinzicht bezitten van:
- de filosofische terminologie en filosofische problemen
- de geschiedenis van de wijsbegeerte
Plaats in het onderwijsaanbod
- Schakelprogramma: Master in de sociale en culturele antropologie (Leuven) 61 sp.
- Bachelor in de wijsbegeerte: ethiek (verkort programma van 62 sp.) (geen nieuwe inschrijvingen vanaf 2023-2024) (Leuven) 62 sp.
- Schakelprogramma: Master in de sociologie (programma voor studenten gestart vóór 2024-2025) (Leuven) 48 sp.
- Master in de wijsbegeerte (Leuven) 60 sp.
- Bachelor in de politieke wetenschappen en de sociologie (programma voor studenten gestart vóór 2022-2023) (Leuven) (Afstudeerrichting sociologie) 180 sp.
- Research Master of Philosophy (Abridged Programme) (Leuven) 60 sp.
- Research Master of Philosophy (Leuven) 120 sp.
- Microcredential filosofische propedeuse (Leuven) 50 sp.
- Voorbereidingsprogramma: Master in de sociologie voor bachelors wijsbegeerte, optie sociologie (programma voor studenten die in het voorbereidingsprogramma gestart zijn vóór 2020-2021) (programma voor studenten die in het voorbereidingsprogramma master in de sociologie gestart zijn vóór 2024-2025) (Leuven) 14 sp.
- Voorbereidingsprogramma: Master in de sociologie voor bachelors en masters psychologische wetenschappen, pedagogische wetenschappen en criminologische wetenschappen en voor masters in sociaal werk en sociaal beleid (programma voor studenten gestart vóór 2024-2025) (Leuven) 12 sp.
- Voorbereidingsprogramma: Master in de sociologie voor bachelors en masters economische wetenschappen, toegepaste economische wetenschappen en sociaal-economische wetenschappen (programma voor studenten gestart vóór 2024-2025) (Leuven) 18 sp.
- Voorbereidingsprogramma: Master in de sociologie voor bachelors in de rechten, optie politieke wetenschappen, bachelors en masters in de agogische wetenschappen (programma voor studenten gestart vóór 2024-2025) (Leuven) 24 sp.
- Voorbereidingsprogramma: Master in de sociologie voor bachelors en masters geschiedenis, wijsbegeerte en rechten en overige academische bachelors en masters na toelating (programma voor studenten gestart vóór 2024-2025) (Leuven) 40 sp.
- Bachelor in de wijsbegeerte (Leuven) 180 sp.
- Bachelor in de wijsbegeerte (Leuven) (Optie Liberal Arts met taaltraject Duits) 180 sp.
- Bachelor in de wijsbegeerte (Leuven) (Optie Liberal Arts met taaltraject Frans) 180 sp.
- Bachelor in de politieke wetenschappen en de sociologie (programma voor studenten gestart in 2022-2023 of later) (Leuven) (Afstudeerrichting sociologie) 180 sp.
- Voorbereidingsprogramma: Master in de sociologie voor bachelors in de wijsbegeerte, optie politieke wetenschappen en sociologie (programma voor studenten die in de bachelor wijsbegeerte gestart zijn in 2020-2021 of later) (programma voor studenten die in het voorbereidingsprogramma master in de sociologie gestart zijn vóór 2024-2025) (Leuven) 14 sp.
- Courses for Exchange Students Institute of Philosophy (Leuven)
Onderwijsleeractiviteiten
4 sp. Kritische maatschappijtheorie (B-KUL-W0AJ1a)
Inhoud
1. De grote debatten
Thema’s: de betekenis van ‘kritiek’, het probleem van tijd en historiciteit, natuurconcepten, conflict en sociale verandering, ideologiekritiek, klassenconcepten, raciale onderdrukking…
2. Belangrijke stemmen
Kautsky, Lukacs, Adorno, Pollock, Horkheimer, Neumann, Schmidt, Du Bois, Fanon, Fields, Laclau, Postone.
3. Actuele thema’s
De precieze inhoud van dit vak kan elk jaar licht variëren.
Studiemateriaal
- Reader met primaire teksten, ter beschikking gesteld door de docent via NFK cursusdienst en/of Toledo.
- PowerPoint-slides van de colleges, ter beschikking gesteld via Toledo.
Evaluatieactiviteiten
Evaluatie: Kritische maatschappijtheorie (B-KUL-W2AJ1a)
Toelichting
De evaluatie bestaat uit een mondeling open boek examen met twee open vragen. Dit kunnen zowel toepassingsgerichte vragen zijn, waarbij een actueel thema geanalyseerd wordt vanuit de besproken theoretische kaders, als meer conceptueel gerichte vergelijkingsvragen, waarbij de student een vergelijking maakt tussen auteurs of theoretische benaderingen. Eén vraag wordt door de docent gesteld, de tweede vraag wordt door de student zelf geformuleerd en op voorhand voorbereid.
De studenten mogen op het mondeling examen de reader met tekstmateriaal meebrengen. Collegeaantekeningen of powerpoint slides mogen niet gebruikt worden tijdens het examen. De op het examen gebruikte reader mag actief bewerkt zijn (onderstrepingen, markeringen met fluostift, pijltjes en eigen nummeringen…), maar de toegelaten bijgeschreven tekst blijft beperkt tot inhoudstafels en (lijsten van) trefwoorden.