Masterproef (B-KUL-S0C99A)

18 studiepuntenNederlands10 urenBeide semestersUitgesloten voor creditcontract
N.
POC Sociologie

Bij het voltooien van dit opleidingsonderdeel hebben de studenten de volgende leerresultaten bereikt:

  • Studenten kunnen zelfstandig relevante sociologische bronnen opzoeken, selecteren, kritisch beoordelen en inzetten voor het formuleren en beantwoorden van een onderzoeksvraag.
  • Studenten kunnen een geschikt proces selecteren om data te verzamelen, ze kunnen deze keuze op een wetenschappelijke manier onderbouwen, en ze kunnen de beperkingen van hun keuze toelichten.
  • Studenten kunnen zelf een sociologische probleemstelling omzetten in sociologische onderzoeksvragen, een onderzoeksontwerp opstellen en een volledige (empirische) cyclus doorlopen om deze onderzoeksvragen te beantwoorden.
  • Studenten reflecteren over de wetenschappelijke waarde van hun onderzoeksbevindingen.
  • Studenten kunnen nauwgezet en op een wetenschappelijke manier zelfstandig een sociologisch onderzoek uitvoeren en hierover schriftelijk en mondeling rapporteren.

Deze doelstellingen worden bij aanvang van het academiejaar aan de studenten gecommuniceerd.

Het tijdig indienen van een startnota geldt als voorwaarde om de masterproef te mogen indienen en tot de verdediging te worden toegelaten. Meer informatie over de deadline en vereiste omvang van de startnota vind je in het masterproefreglement

Bij aanvang van dit opleidingsonderdeel wordt verondersteld dat de student in staat is de eerder verworven sociologische kennis betreffende (de analyse van) maatschappelijke en culturele structuren en processen zelfstandig te kunnen toepassen.

Aan studenten die nog meer dan 12 studiepunten van de vooropleiding (bachelor, voorbereidingsprogramma of schakelprogramma) moeten behalen, wordt aangeraden om slechts in zeer bijzondere omstandigheden de volledige master te combineren met de vooropleiding. Concreet wordt geadviseerd om de masterproef nog niet op te nemen in het studieprogramma. Studenten kunnen dit bespreken met hun ISP-verantwoordelijke of de studietrajectbegeleider.

Onderwijsleeractiviteiten

18 sp. Masterproef (B-KUL-S0C99a)

18 studiepuntenNederlandsWerkvorm: Masterproef10 urenBeide semesters
N.
POC Sociologie

De masterproef is het individuele werkstuk waarmee de Masteropleiding wordt voltooid. Het werkstuk is de neerslag van eigen onderzoek naar een zelf gekozen sociologisch thema. Het werkstuk weerspiegelt de algemeen kritisch-reflecterende ingesteldheid en de wetenschappelijke onderzoeksvaardigheden van de student.

Bij de keuze van het thema van de masterproef is de student vrij, maar het onderwerp sluit bij voorkeur aan bij het lopend onderzoek van de leden van de Centrum voor Sociologisch Onderzoek. Een lijst met beschikbare thema's wordt ten laatste bij het begin van elk academiejaar ter beschikking gesteld via het Studentenportaal van de Faculteit Sociale Wetenschappen. Studenten kunnen een onderwerp uit deze lijst kiezen of opteren voor een verderzetting van hun bachelorproef. Bij de start van het academiejaar kunnen studenten langsgaan bij de promotoren om zich te informeren over de verschillende onderwerpen. Vervolgens dienen ze de verplichte masterproefaanvraag in via de website waar ze minstens 2 onderwerpen doorgeven, bij 2 verschillende promotoren. Studenten mogen - op eigen verantwoordelijkheid - een onderwerp kiezen buiten deze lijst. In dat geval zoekt de student zelf een promotor (ZAP-lid van het CeSO) die bereid is om de masterproef te begeleiden.

De masterproef kan de vorm aannemen van een literatuurstudie, de analyse van secundair bronnenmateriaal of van een zelf opgezet kwalitatief of kwantitatief onderzoek (bv. a.d.h.v. diepte-interviews, focusgroepen, survey-onderzoek, documentenanalyse). Beslissingen over de inhoudelijke oriëntatie en de eigenlijke uitwerking van het werkstuk worden genomen in overleg met de promotor en - indien van toepassing - de assessor.

De deadline voor het indienen van de masterproef wordt gecommuniceerd via de studentenkalender op het studentenportaal van de Faculteit Sociale Wetenschappen.

Om deze leeractiviteit vorm te geven maken de studenten gebruik van alle kennis en vaardigheden uit andere opleidingsonderdelen.

De volgende documenten worden verspreid via het studentenportaal van de Faculteit Sociale Wetenschappen:
-Lijst met onderwerpen
-Formulier “Aanvraag goedkeuring onderwerp masterproef”
-Sjabloon voorblad
-Masterproefreglement
-Huisstijl en vormvereisten
-Agenda met een overzicht van de belangrijkste deadlines

Zie artikel 11 van het Reglement Masterproef Faculteit Sociale Wetenschappen

Het schrijven van de masterproef omvat verscheidene aspecten (niet noodzakelijk in volgorde van verrichten en niet-exhaustief):

  • het uitwerken/herwerken van een probleemstelling en onderzoeksvraag, (her)afbakenen van het onderzoeksdomein
  • verrichten van literatuuronderzoek (studenten verrichten opzoekwerk in de bibliotheek, in databanken,...)
  • (her)ontwikkelen en uitvoeren van een methodologisch onderzoeksopzet (zowel zelfstandig als in overleg met promotor/assessor)
  • dataverzameling en –analyse
  • kritisch reflecteren op methodologie, deontologie en data
  • rapportering/presentatie van onderzoeksgegevens en bevindingen.

Studenten kiezen uit de beschikbaar gestelde lijst een onderwerp waarover zij de masterproef willen schrijven. Zij nemen ter overleg contact op met de promotor die het gekozen onderwerp begeleidt. Hierna dienen zij een aanvraag voor de begeleiding in via het 'aanvraagformulier masterproefbegeleiding', beschikbaar gesteld via de masterproefpagina op het Studentenportaal van de Faculteit Sociale Wetenschappen. Daarbij worden ze verplicht om twee onderwerpen aan te vragen. De deadline voor het indienen van het formulier wordt gecommuniceerd via de studentenkalender op het Studentenportaal.

Studenten dienen tussentijds een startnota in. In deze korte paper beschrijven de studenten het onderzoeksplan, op basis van het (literatuur)onderzoek dat ze reeds hebben uitgevoerd. Het tijdig indienen van een startnota geldt als voorwaarde om de masterproef te mogen indienen en tot de verdediging te worden toegelaten. De inhoud van deze startnota kan op maat van het masterproefthema worden toegesneden, maar moet een minimumomvang van 3000 woorden hebben. De concrete deadlines vindt men via de studentenkalender op het studentenportaal van Faculteit Sociale Wetenschappen.

Van de studenten wordt verwacht dat ze bij het verwerken van de materie hun eigen ideeën aanbrengen en getuigen van een eigen visie. Studenten nemen een proactieve houding aan in de contacten met hun promotor of assessor. Er wordt verwacht dat ze zelf regelmatig een afspraak maken met hun promotor of assessor voor feedback en advies.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Masterproef (B-KUL-S2C99a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Paper/Werkstuk, Presentatie


Evaluatiekenmerken
De evaluatie bestaat uit het schrijven van een werkstuk, dat een reflectie is van het doorlopen onderzoek. Dit werkstuk wordt mondeling verdedigd ten aanzien van een beoordelingscommissie, die bestaat uit de promotor (en eventueel de assessor), de verslaggever en de voorzitter. De verdediging van de masterproef is een fundamenteel onderdeel van de evaluatie van de masterproef. Niet deelnemen aan de verdediging leidt tot een ‘NA’ (=niet afgelegd) als resultaat voor het opleidingsonderdeel masterproef.

De deadline voor het indienen van de schriftelijke versie van de masterproef wordt gecommuniceerd via de studentenkalender op het studentenportaal van de Faculteit Sociale Wetenschappen. Studenten moeten zich vooraf online registeren via het studentenportaal indien ze hun masterproef willen verdedigen. De planning van de mondelinge verdediging van de masterproef wordt in de maand mei gecommuniceerd via het studentenportaal van de Faculteit Sociale Wetenschappen. De richtlijnen voor de verdediging zijn eveneens terug te vinden op het studentenportaal. 

Bepaling eindresultaat
Het opleidingsonderdeel wordt beoordeeld door de beoordelingscommissie, zoals meegedeeld via de examenregeling en het facultaire masterproefreglement. Het resultaat wordt berekend en uitgedrukt met een geheel getal op 20.

De volgende evaluatiecriteria worden in acht genomen bij het bepalen van het eindresultaat van de masterproef: kwaliteit van de onderzoeksvraag, gepastheid van de methodologie, structurering van de tekstopbouw, wetenschappelijk bronnenmateriaal, academische attitude en eigen inbreng, relevantie en correctheid van de conclusies, vorm en taal, procesverloop, en de verdediging. Het eigenlijke evaluatieformulier wordt ter beschikking gesteld via het studentenportaal.

Indien de vastgelegde inleveringstermijn niet wordt gerespecteerd, krijgt de student NA (niet afgelegd) voor het gehele opleidingsonderdeel.

Het tijdig indienen van een startnota geldt als voorwaarde om de masterproef te mogen indienen en tot de verdediging te worden toegelaten. Meer informatie over de deadline en verieste omvang van de startnota vind je in het masterproefreglement

Studenten die in het betrokken academiejaar de masterproef voor het eerst in hun ISP opnemen, en de masterproef tijdens de juni-examenperiode wensen te verdedigen, dienen uiterlijk op de donderdag voor de kerstvakantie een startnota in bij de facultaire studentenadministratie. Studenten die in het betrokken academiejaar de masterproef voor het eerst in hun ISP opnemen, en de masterproef tijdens de september-examenperiode wensen te verdedigen, dienen uiterlijk op de donderdag voor de paasvakantie een startnota in bij de facultaire studentenadministratie. Studenten die reeds uiterlijk op de donderdag voor de kerstvakantie een startnota indienden, hoeven geen nieuwe startnota in te dienen.

Studenten die in het betrokken academiejaar de masterproef voor een tweede of derde keer in hun ISP opnemen, moeten, ook als zij reeds in een vorig academiejaar een startnota indienden, een startnota indienen bij de facultaire studentenadministratie, uiterlijk op:

  • de ISP-deadline van het eerste semester wanneer zij de masterproef wensen te verdedigen tijdens de januari-examenperiode 
  • de ISP-deadline van het tweede semester wanneer zij de masterproef wensen te verdedigen tijdens de juni-examenperiode of de september-examenperiode

 

Herkansen
De evaluatiekenmerken en de bepaling van het eindresultaat van de tweede examenkans zijn identiek aan die van de eerste examenkans zoals hierboven beschreven. De concrete deadlines van de tweede examenkans worden gecommuniceerd via het studentenportaal van de Faculteit Sociale Wetenschappen.

 

Passage Masterproefreglement

Artikel 7

Ter voorbereiding van de masterproef hernieuwen studenten hun kennis en vaardigheden inzake plagiaatpreventie. Zij nemen hiertoe deel aan het facultaire plagiaatpreventietraject, dat bestaat uit het doorlopen van een online opfrissingscursus die door de universiteitsbibliotheek binnen de Toledo-omgeving wordt aangeboden en het deelnemen aan een aan deze cursus gekoppelde toets. Een elektronisch certificaat wordt uitgereikt aan studenten die voor deze toets slagen.

Dit certificaat geldt als vormvereiste voor het indienen van de startnota (bij initiële masteropleidingen) of de masterproef (bij master-na-masteropleidingen). Studenten die een initiële masteropleiding volgen, hechten dit certificaat aan de startnota en dienen beide gelijktijdig in conform art. 8. Studenten die een master-na-masteropleiding volgen, hechten dit certificaat aan de masterproef en dienen beide gelijktijdig in conform art. 13.

Artikel 8

* Studenten in de initiële masteropleidingen van 60 studiepunten maken een startnota, die conform onderstaande bepalingen bij de facultaire studentenadministratie wordt ingediend. Het tijdig indienen van een startnota geldt als voorwaarde om de masterproef te mogen indienen en tot de verdediging te worden toegelaten.

De geldigheid van de startnota is beperkt tot de duur van het lopende academiejaar. Studenten die zich in een volgend academiejaar herinschrijven voor het opleidingsonderdeel masterproef, dienen opnieuw een startnota, in conform het onderstaande tijdschema.

a. Studenten die de masterproef tijdens de januari-zittijd wensen te verdedigen, dienen uiterlijk op de ISP-deadline van het eerste semester een startnota in bij de facultaire studentenadministratie.

b. Studenten die de masterproef tijdens de juni-examenperiode wensen te verdedigen, dienen uiterlijk op de donderdag voor de kerstvakantie een startnota in bij de facultaire studentenadministratie.

c. Studenten die de masterproef tijdens de september-examenperiode wensen te verdedigen, dienen uiterlijk op de donderdag voor de paasvakantie een startnota in bij de facultaire studentenadministratie. Studenten die reeds uiterlijk op de donderdag voor de kerstvakantie van het lopende academiejaar een startnota indienden, hoeven geen nieuwe startnota in te dienen.

De minimale omvang van de startnota bedraagt:

* Master in de communicatiewetenschappen: 1.500 woorden

* Master in de sociologie: 3.000 woorden

* Master in de vergelijkende en internationale politiek: 3.000 woorden

* Master in het overheidsmanagement en –beleid: 3.000 woorden

* Master in het sociaal werk en sociaal beleid: 3.000 woorden

* Master en médiation interculturelle: identités, mobilités, conflits (MITRA) : 3.000

woorden

* Studenten in de Master in de sociale en culturele antropologie en Master of Social and Cultural Anthropology maken een startrapport in het kader van het opleidingsonderdeel S0D45C (Nederlands) en S0D86C (Engels), conform de vereisten zoals beschreven in de overeenkomstige ECTS-fiches. Zij dienen hun startrapport in bij de facultaire studentenadministratie, ten laatste op de eerste maandag van de tweede examenperiode.

Artikel 9

De minimale en maximale omvang van de masterproef bedraagt:

Initiële masteropleidingen

* Master in de communicatiewetenschappen: minimum 10.000 en maximum 15.000 woorden

* Master in de sociale en culturele antropologie: minimum 15.000 en maximum 25.000 woorden

* Master in de sociologie: minimum 15.000 en maximum 25.000 woorden

* Master in de vergelijkende en internationale politiek: minimaal 10.000 en maximum 15.000 woorden

* Master in het overheidsmanagement en –beleid: minimum 10.000 en maximum 15.000 woorden

* Master in het sociaal werk en sociaal beleid: minimum 15.000 en maximum 25.000 woorden

* Master of Social and Cultural Anthropology: minimum 15.000 en maximum 25.000 woorden

* Master en médiation interculturelle: identités, mobilités, conflits (MITRA) : minimum 10.000 en maximum 15.000 woorden

Master-na-master opleidingen

* Master of Cultures and Development Studies (CADES): minimum 10.000 en maximum 15.000 woorden

* Master of European Politics and Policies (MEPP): minimum 10.000 en maximum 15.000 woorden

De inhoudsopgave, het eventuele dankwoord, de eventuele bijlagen en de bibliografie zijn niet begrepen in deze quota, maar wel de inleiding.

Het aantal woorden wordt vermeld op de titelbladzijde van de masterproef.

Artikel 11

De exemplaren moeten voldoen aan de vormvereisten zoals bepaald in bijlage II van dit reglement. Een voorbeeld ligt ter raadpleging op de facultaire studentenadministratie.

Artikel 18

De masterproef wordt beoordeeld door een masterproefcommissie. Die bestaat uit de promotor, de verslaggever en de voorzitter. Minstens twee leden behoren tot de staf van de opleiding. Om specifieke redenen kan de POC afwijken van deze regel.

Artikel 22

De verdediging van de masterproef is openbaar en gebeurt in de taal van de opleiding.

Het geheel van de verdediging van de masterproef neemt maximum 30 minuten in beslag en omvat een presentatie door de student, het stellen van vragen door de beoordelaars en een deliberatie in afwezigheid van de student.

De student krijgt maximum 8 minuten om een presentatie te geven waarvan hij de inhoud zelf bepaalt. De student gebruikt hierbij geen technische hulpmiddelen (power point, video, transparanten,…). Het gebruik van een hand-out is toegestaan.

De beoordelaars stellen vragen over de afbakening van het onderwerp, de gebruikte onderzoeksmethodes, het verwerkte studiemateriaal en alle andere aspecten van het werk die hen belangrijk lijken. Na de presentatie van de student is het de promotor die als eerste het woord krijgt. De verslaggever volgt. De verdediging moet de student voldoende feedback bezorgen over de sterktes en de zwaktes van de masterproef. De verdediging bepaalt mee de eindbeoordeling.

Artikel 24

De beoordeling gebeurt op basis van het eindproduct, het doorlopen proces en de verdediging.

De criteria zijn opgenomen in bijlage III.

Additionele criteria voor masterproeven waarbij een etnografische film is opgenomen (uitsluitend voor de Master in de sociale en culturele antropologie / Master of Social and Cultural Anthropology), zijn opgenomen in bijlage IV.