Wetgeving van de gezondheidszorg (B-KUL-E00Z9A)

6 studiepuntenNederlands36 urenTweede semesterUitgesloten voor examencontract
POC Management en beleid van de gezondheidszorg

Aan het einde van dit opleidingsonderdeel kunnen de studenten de wetgeving voor gezondheidszorg begrijpen en toepassen binnen relevante managements- en beleidsvragen (al dan niet in een Europees kader).

De student kent de zorgactoren die werkzaam zijn in de gezondheidszorg.

 

Er moet voldaan zijn aan de toelatingsvoorwaarden van de opleiding om dit vak op te kunnen nemen.

Onderwijsleeractiviteiten

6 sp. Wetgeving van de gezondheidszorg (B-KUL-E00Z9a)

6 studiepuntenNederlandsWerkvorm: College36 urenTweede semester
POC Management en beleid van de gezondheidszorg

Thema I. Wie is de bevoegde wetgever bij het uitwerken van gezondheidswetgeving?
De rol van de WGO, de EU, de nationale en communautaire wetgever voor wat betreft de gezondheidszorgsector komt aan bod. De analyse is nog ruim en gericht op allerlei actoren in de zorg, inclusief de woonzorgcentra en zij die diensten van algemeen economisch belang uitbaten.

Thema II: Wat is de inhoud van wetgeving die de rechten en plichten van de gezondheidsactoren vastlegt? 
Dit specifieker thema analyseert de wettelijke bepalingen inzake de erkenning en financiering van
- Woonzorgcentra
- Ziekenhuizen en privé-praktijken
- Beroepsbeoefenaars
- RIZIV en ziekenfondsen

In thema II wordt tevens stilgestaan bij de algemene beginselen die aan de grondslag liggen van de besproken wetgeving en van elk Europees (sociale) gezondheidszorgsysteem. De bouwstenen van die systemen (administratie, financiering, personeel toepassingsgebied, prestaties en de relatie van gezondheidszorgverstrekkers tot het systeem) worden hierbij behandeld, alsook de manier waarop zij worden ingevuld in diverse Europese gezondheidszorgsystemen.

Thema II behandelt ten slotte de wetgeving omtrent de volgende gezondheidsactoren:

  • Fabrikanten en distributeurs van geneesmiddelen en medische hulpmiddelen: waarbij er aandacht is voor: het op de markt brengen van geneesmiddelen en medische hulpmiddelen, de distributie, publiciteit en promotie van geneesmiddelen en medische hulpmiddelen, de terugbetaling van kosten  i.v.m. geneesmiddelen en medische hulpmiddelen.
  • Patiënten: waarbij er aandacht is voor de rechten en plichten van patiënten, de  bio-ethiek, de aansprakelijkheidsregelingen.


Thema III: Wie ziet toe op de naleving van de wetgeving?
Dit thema besteedt aandacht aan de vraag wie op de gezondheidsactoren toezicht en controle uitoefent op communautair, nationaal en Europees vlak.

Thema IV. Welke algemene wetgeving is van belang voor de gezondheidszorg?
In dit laatste thema komen wetteksten aan bod die  actueel en belangrijk zijn voor de gezondheidszorgactoren, ook al staat de gezondheidszorg niet direct centraal in die wetteksten.  Het betreft in het bijzonder  vzw- wetgeving, ocmw-wetgeving, btw-wetgeving, overheidsopdrachtenregelgeving, mededingingsrecht, enz.

Verplicht studiemateriaal: Themawetboek, powerpoint presentatie, artikels.

De eerste lessen zijn algemeen. Via verwijzing naar wetteksten geeft de docent uitleg over de soort wetteksten en de bevoegde regelgever op Europees en nationaal vlak voor wat betreft de gezondheidszorg. Nadien komen de specifieke regels voor zorgactoren aan bod. Tijdens die specifiekere lessen illustreert de docent indien mogelijk de principes aan de hand van concrete gebeurtenissen of beleidsproblemen in de gezondheidszorg die op het moment van de lessen media aandacht krijgen. Van de studenten wordt verwacht dat ze de gezondheidsthema’s die in de media komen tijdens de lessenreeks volgen en er tijdens de lessen kritisch over reflecteren.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Wetgeving van de gezondheidszorg (B-KUL-E20Z9a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk, Paper/Werkstuk
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen


De evaluatie bestaat uit 2 delen:

- Individueel schriftelijk examen  (15 van de 20 punten)
- Groepswerk (paper) tijdens het semester (5 van de 20 punten)

Wanneer de paper niet (tijdig) wordt ingediend, dan wordt een nul gegeven op dit gedeelte.

Bij herkansen wordt een andere examenvorm gehanteerd. Er wordt enkel via een schriftelijk examen geëvalueerd.

Het punt van de paper kan niet meegenomen worden naar de herexamens.