Inhoud

Het OLA 'Architectuurgeschiedenis II' behandelt de opkomst en doorbraak van, en de kritiek op het modernisme in de architectuurcultuur in de twintigste eeuw. Centraal staat daarbij het zoeken naar een eigentijds architecturaal paradigma. Dit onderwerp wordt belicht vanuit het standpunt van ontwerpers, opdrachtgevers en critici. Er wordt zowel thematisch als monografisch te werk gegaan: nu eens wordt een college opgebouwd rond het werk van één ontwerper, dan weer vormt een bepaalde thematiek de rode draad doorheen de les. De student leert niet alleen de belangrijkste stromingen en ontwerpers kennen maar krijgt ook inzicht in de esthetische, structurele of constructieve kwaliteiten van bepaalde belangwekkende gebouwen. Het zwaartepunt ligt bij de West-Europese en Noord-Amerikaanse ontwikkelingen. De cursus besluit met een kort overzicht van de actuele tendensen op de internationale architectuurscène. Waar mogelijk wordt ook ingespeeld op de lokale actualiteit (bv. tentoonstellingen, nieuwe gebouwen, lezingen of andere evenementen). 

Studiemateriaal

Voor dit onderdeel is volgend studiemateriaal ter beschikking

• Een uitgeschreven syllabus met de volledige cursustekst (aan te kopen via ACCO).
• Op Toledo zijn daarnaast slides met beeldmateriaal en een overzicht van de besproken gebouwen beschikbaar.
• Per college wordt ook een bibliografie van specifieke bronnen meegegeven ter verdere verdieping.

Let op: het leermateriaal wordt jaarlijks aangepast; studenten die het vak hernemen moeten dus steeds de meest recente versie gebruiken!

Toelichting onderwijstaal

De onderwijstaal is het Nederlands, maar de student wordt verondersteld teksten in het Frans en Engels te kunnen begrijpen. Een gastcollege,  documentaire of rondleiding in een andere taal (Frans, Engels) kan voorkomen.

Toelichting werkvorm

De colleges bieden een kennismaking met de materiae; alles wat daarin besproken wordt behoort tot de leerstof.

Inhoud

Deze cursus behandelt de evolutie in het stedenbouwkundige denken en handelen sinds de Oudheid. Daarbij ligt de nadruk op de intieme relatie tussen de stad als ruimtelijk fenomeen en de culturele, politieke, maatschappelijke en economische context waarin ze tot stand komt. De stad als nederzettingsvorm, en ook het denken erover, is daarenboven in voortdurende ontwikkeling. Om dit te illustreren biedt de cursus een chronologisch overzicht van het denken over stad en stedenbouw sinds de klassieke Oudheid tot vandaag, met een zwaartepunt bij de 19e en 20e eeuws ontwikkelingen. De aandacht gaat zowel naar stedenbouwkundige gehelen in hun materiële en morfologische dimensie, als naar de sociale, economische en culturele processen waarvan ze de neerslag vormen. Het gaat daarom in deze cursus niet alleen om ontwerpers en hun realisaties, maar in belangrijke mate ook om de ideeën die ze via hun creaties of projecten trachtten te realiseren. 

Studiemateriaal

Het cursusmateriaal bestaat uit: 

• Een verplicht handboek: Sergio M. Figueiredo, Sven Sterken, Kees Doevendans, A History of Urbanism in Europe (Leuven: ACCO, 2021). Dit handboek heb je nodig bij het open boek examen (fotocopies zijn niet toegelaten).
• Slides met met beeldmateriaal en een schematisch overzicht van het college, bronteksten in verband met de leerstof, en een overzicht van besproken gehelen en concepten, worden ter beschikking gesteld via Toledo (jaarlijks bijgewerkt).

Toelichting onderwijstaal

De onderwijstaal is het Nederlands, maar de student wordt verondersteld teksten in het Frans en Engels te kunnen begrijpen. Een gastcollege, documentaire of rondleiding in een andere taal (Frans, Engels) kan voorkomen.

Toelichting werkvorm

Werkcollege

Elke student moet, naast de colleges, ook minstens 1 keer verplicht een werkcollege voorbereiden en bijwonen. Aanwezigheid en positieve evaluatie van het bijhorende werkstuk (score A of B) geven recht op een bonuspunt op het examen.