Alle opleidingen > Opleiding : Master in het sociaal werk en sociaal beleid (Leuven e.a.)

Master in het sociaal werk en sociaal beleid (Leuven e.a.)

Master of Science

Je studieprogramma

Master in het sociaal werk en sociaal beleid (60 sp.)

Master in het sociaal werk en sociaal beleid (60 sp.)

Opleiding

Wat vind je op deze webpagina?

Op deze pagina’s kun je als (toekomstige) student o.a. het officieel studieprogramma raadplegen.

Je vindt ook alles over toelatingsvoorwaarden en aanvullende opleidingen, detailinformatie over de opleidingsonderdelen, je uurrooster per week …

Ben je toekomstig student?

Neem dan zeker eerst een kijkje op de pagina van de master in het sociaal werk en sociaal beleid.

Je leest er alles over

- Inhoud van de opleiding

- Beginprofiel

- Toekomstmogelijkheden

- Infomomenten & brochures

- Je campus

- ...

Doelstellingen

Opleidingspecifieke leerresultaten (OLR)

Cluster 1: Sociaal Werk
- Studenten hebben gespecialiseerde en verdiepende kennis van en inzicht in de analysekaders
die relevant zijn voor het sociaal werk zoals de sociologie, sociaal beleid, organisatiesociologie,
sociaal recht en ethiek.
- Studenten hebben gespecialiseerde en verdiepende kennis in het sociaal werk als een zich (in
een internationaal verband) ontwikkelende academische discipline en het veelvoud aan
wetenschappelijke en praktijktheoretische paradigma’s hierin.

Cluster 2: Sociaal Beleid
- Studenten hebben verdiepende kennis en inzicht in de basisprincipes van het sociaal beleid,
recente ontwikkelingen, uitdagingen en debatten over het sociaal beleid en dit vanuit een
internationaal-vergelijkend perspectief.
- Studenten hebben een verdiepende kennis en inzicht in de voorbereiding, ontwikkeling,
implementatie en evaluatie van sociaal beleid.

Cluster 3: Wisselwerking Sociaal Werk en Sociaal Beleid
- Studenten zijn in staat om de verwevenheid en de wisselwerking tussen de ruimere
maatschappelijke context enerzijds en het sociaal werk en sociaal beleid anderzijds in kaart te
brengen en kritisch te analyseren.
- Studenten kunnen in gevestigde praktijken de wisselwerking tussen het sociaal werk en het
sociaal beleid duiden, bevragen en analyseren.

Cluster 4: Sociale Voorzieningen en Organisaties
- Studenten hebben kennis van en inzicht in het intra- en interorganisationeel functioneren van
sociale voorzieningen en in de mogelijkheden en beperkingen van veranderingsprocessen in deze
organisaties.
- Studenten zijn in staat om actief bij te dragen aan het opzetten en evalueren van
veranderingsprocessen in organisaties.

Cluster 5: Wetenschappelijk Onderzoek beoordelen, opzetten en uitvoeren
- Studenten zijn in staat om zelfstandig empirisch onderzoek op te zetten, een gepast
onderzoeksdesign te concipiëren en uit te voeren, gebruikmakend van primaire en/of secundaire
databronnen, en dit omtrent relevante thema’s uit het sociaal werk en het sociaal beleid.
- Studenten zijn in staat empirisch onderzoek omtrent sociaal werk en sociaal beleid te beoordelen
op zijn geldigheid en betrouwbaarheid en onderzoeksresultaten in te zetten ter ontwikkeling van
sociaal werk en sociaal beleid.
- Studenten hebben kennis van en houden rekening met ethische en deontologische regels van
het wetenschappelijke onderzoek. Zij voeren onderzoek nauwgezet uit, onthouden zich van
plagiaat, communiceren de resultaten genuanceerd en waarheidsgetrouw en beschrijven de
onderzoeksmethoden en -resultaten op zo’n manier dat ze geverifieerd kunnen worden.

Cluster 6: Algemene Academische Vaardigheden
- Studenten kunnen op een wetenschappelijk verantwoorde wijze, zowel schriftelijk als mondeling,
synthetiseren, presenteren en rapporteren over onderzoeksresultaten, theoretische
probleemduidingen en beleids- en praktijkgerichte probleemoplossingen.
- Studenten kunnen binnen een complex project zelfstandig effectief en efficiënt werken; door
nauwgezet te werken, plannen, organiseren, prioriteiten te stellen en deadlines te halen.

Vormingsdoelen
- Studenten hanteren inzichten op basis van de verworven interdisciplinaire kennis uit hun
masteropleiding in hun handelen als professional.
- Studenten tonen interesse in en dragen bij tot het (sociale) beleidskader waarin hun organisatie
werkzaam is en zijn bereid op een constructieve en kritische manier bij te dragen aan verbetering
en aanpassing van dit beleidskader.
- Studenten zijn bereid tot levenslang leren: ze tonen een blijvende interesse in de hedendaagse
trends en wetenschappelijke ontwikkelingen in de sociaal werk en sociaal beleid disciplines. De
studenten volgen evoluties in deze domeinen op, ook na hun afstuderen.
- Studenten hanteren een kritische en reflexieve houding tegenover berichtgeving over de
samenleving, tegenover wetenschappelijk onderzoek en tegenover theoretische duidingen van
sociale feiten, problemen en ontwikkelingen.
- Studenten tonen een oprechte interesse in de wisselwerking tussen sociaal werk en sociaal beleid
in de organisatie en in de ruimere maatschappelijke context waarin zij werkzaam zijn. Zij zijn in
staat een kritische reflectie te maken over deze wisselwerking en kunnen hierop creatief inspelen.
- Studenten tonen de bereidheid om in samenspraak met collega’s (uit multidisciplinaire teams)
complexe, interdisciplinaire vraagstukken op een wetenschappelijke en onderbouwde wijze te
benaderen.
- Studenten ontwikkelen een onderzoeksgerichte attitude waardoor zij gemotiveerd zijn om
wetenschappelijk onderzoek te implementeren in en te toetsen aan hun professionele handelen.
- Studenten engageren zich om in alle omstandigheden te handelen vanuit een integere
basishouding en overeenkomstig de geldende professionele deontologische codes.
- Studenten zijn bereid bij te dragen aan de verdere ontwikkeling van de sociaal werk en sociaal
beleid disciplines, daarbij voortbouwend op centrale kernwaarden van de professie.