Biotechnologie in arbeidsomgeving en leefwereld (B-KUL-I0P54B)
Doelstellingen
Dit OPO kan uitsluitend worden opgenomen door studenten uit de Master in de bio-ingenieurswetenschappen: cel- en gentechnologie.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
De studenten vertrouwd maken met filosofische, ethische, juridische, maatschappelijke, bedrijfskundige en veiligheidsaspecten van biotechnologie. Dit gebeurt aan de hand van confrontaties met experten uit diverse andere vakgebieden (management, bedrijfsspin-off's, patentproblematiek, e.a.) waar cel- en genbiotechnologie aan bod komen. Hen hierbij helpen zich bekwamen tot het goed verwoorden van ermee gerelateerde vraagstellingen en tot het duiden van maatschappelijke opinievorming terzake.
Begintermen
Algemene kennis van genoomtechnologie & bioinformatica, genetica, immunologie en fysiologie van planten en dieren is vereist.
Diepgaande kennis van minstens twee van de toepassingsdomeinen in de biotechnologie zoals voorzien in de masteropleiding bio-ingenieur cel- en gentechnologie is vereist.
Ervaring met voorbereiding en presentatie van seminaries.
Volgtijdelijkheidsvoorwaarden
Je mag dit opleidingsonderdeel enkel opnemen als je nog maximaal 72 studiepunten moet verwerven om het diploma te behalen.
Identieke opleidingsonderdelen
Dit opleidingsonderdeel is identiek aan de volgende opleidingsonderdelen:
I0P54A : Biotechnologie in arbeidsomgeving en leefwereld (Niet meer aangeboden dit academiejaar)
I0I25A : Biotechnology in a Professional and Societal Context
Plaats in het onderwijsaanbod
Onderwijsleeractiviteiten
3 sp. Biotechnologie in arbeidsomgeving en leefwereld (B-KUL-I0P54a)
Inhoud
Uiteenzettingen, discussies,oefenactiviteiten en/of rapporten omtrent:
- Ethisch-filosofische standpunten over genmodificatie, met ondermeer terugblik op de brief van Paul Berg en de Asilomar conferenties
- Transgene dieren/planten en ethische oordeelsvorming (+ casussen)
- Patenten en ethiek: argumenten pro en contra octrooiering van transgene planten en/of dieren
- Juridische aspecten van biotechnologie
- Bioveiligheid: werkprocedures en regelgeving
- Biotech-bedrijfsmanagement
- Biotechproductie en -kwaliteitscontrole
Bijkomende aspecten omtrent de impact van cel- en gentechnologie kunnen ad hoc toegevoegd worden.
Studiemateriaal
Cursus- en referentiemateriaal worden ter plaatse of via Toledo door de indivuele docenten of uitgenodigde experten ter beschikking gesteld.
Toelichting werkvorm
Twaalf sessies van 3u. Afhankelijk van het thema is er diversiteit aan activiteiten, meestal uitgaande van een (al dan niet interactieve) presentatie, gevolgd door discussiepanels of andere vormen van mondelinge communicatie tussen studenten en eventueel de expert.
Afrondend wordt steeds een opdracht aan de studenten gegeven die ze zelfstandig moeten uitvoeren. In sommige sessies dient het rapport hierover ter plaatse afgewerkt te worden, in andere sessies verkiest de expert het inleveren ervan tegen een vooraf bepaalde datum.
1 sp. Biotechnologie in arbeidsomgeving en leefwereld: Bedrijfsbezoek (B-KUL-I0U18a)
Inhoud
Kennismaking met een biotech-bedrijf door een bezoek ter plaatse onder begeleiding van een of meer postdocs of gevorderde doctorandi. Voorstelling van het bedrijf en zijn werkzaamheden en output door de lokale wetenschappers en/of technici.
De opgedane ervaringen worden (ongeveer een week) later door de studenten (in groepjes) voorgesteld aan hun collega's in een gezamenlijke vergadering.
Studiemateriaal
Geen, behoudens eventuele documenten ter beschikking gesteld door het bedrijf.
Toelichting onderwijstaal
Afhankelijk van het bedrijf en zijn medewerkers kunnen sommige contacten Engelstalig zijn.
Toelichting werkvorm
Dit is geen vrijblijvende excursie maar een studiebezoek.
Evaluatieactiviteiten
Evaluatie: Biotechnologie in arbeidsomgeving en leefwereld (B-KUL-I2P54b)
Toelichting
Aanwezigheid in de sessies is absoluut verplicht. Een gewettigde afwezigheid is enkel mogelijk met een medisch attest of voorafgaand overleg.
Bij elke sessie hoort hetzij een verslag ter plaatse, hetzij een take-home opdracht als onderdeel van het examen.
Als basis van quotatie geldt bij elke sessie een cijfer 3 (uitstekend, boven-gemiddeld), 2 (gemiddeld) of 1 (zwak, beneden-gemiddeld). Eventueel kan een docent ook het gebruik van extra decimale waarden tussen 1 en 3 gebruiken. Uitzonderlijk kan een quotatie 0 gegeven worden indien het afgeleverde werk totaal irrelevant is voor de opdracht.
De verplichte "aanwezigheid" in een sessie omvat alle aspecten van de sessie, zowel de fysieke aanwezigheid van begin tot einde, actieve participatie aan discussie en oefening, het tijdig inleveren van het gewenste rapport of werkstuk, enz. Het niet voldoen aan sommige aspecten leidt tot 1 or meer strafpunten. Ongewettigde afwezigheid geeft een score -3.
De berekening van het eindcijfer steunt op de samenvoeging van alle deelcijfers van de 12 sessies, rekening houdend met eventuele strafpunten. Het gedeelte bedrijfsbezoek wordt hierin opgenomen als equivalent van 3 theoretische sessies (dus: quotatie tussen 3 en 9).
Dit gecombineerde cijfer wordt gedeeld door 42 (d.i. 14x3) en vermenigvuldigd met 20 tot een niet-afgerond cijfer op 20. Bij gewettigde afwezigheden wordt de weging aan het aantal bijgewoonde sessies aangepast.
Bij de finale afronding tot een geheel eindcijfer wordt in het hoogste kwart een graduele toegift toegepast, (teneinde de toegift meer procentueel te maken): dit betekent een afronding tot het hogere geheel cijfer vanaf respectievelijk 7.5, 8.5, 9.5, 10.5, 11.5, 12.5, 13.5, 14.5, 15.4, 16.3, 17.2, 18.1, 19.0.
Er is geen tweede examenkans. Het cijfer bekomen in juni wordt meegedragen naar september.
Toelichting bij herkansen
Er is geen tweede examenkans.