Voorbereidingsprogramma: Educatieve master in de maatschappijwetenschappen (Leuven)

CQ Voorbereidingsprogramma: Educatieve master in de maatschappijwetenschappen (Leuven)

Wanneer je academisch bachelordiploma geen rechtstreekse toegang geeft tot de educatieve master in de maatschappijwetenschappen, dan kun je in sommige gevallen instromen via het voorbereidingsprogramma.

Opleiding

Wat houdt het voorbereidingsprogramma in? 

Het voorbereidingsprogramma bestaat uit een aantal opleidingsonderdelen die je nodige kennis en vaardigheden bijbrengen om te kunnen doorstromen naar de educatieve master in de maatschappijwetenschappen.

Het voorbereidingsprogramma kun je samen met de masteropleiding opnemen, zolang het in lijn is met de regels van studiepuntgrenzen en volgtijdelijkheid. 

Lees zeker verder over het masterprogramma (opleidingsonderdelen, loopbaan ...) op de pagina van de educatieve master in de maatschappijwetenschappen (Leuven).

Profiel

Wie moet het voorbereidingsprogramma (15 sp.) volgen?

Toelatingsvoorwaarden voorbereidingsprogramma educatieve master in de maatschappijwetenschappen.

 

Is de educatieve master in de maatschappijwetenschappen iets voor jou?

  •  Je hebt al een masterdiploma
  • Deel je graag je kennis met anderen?
  • Spreek je graag voor een groep?
  • Bezit je die gave om constructief om te gaan met adolescenten?
  • Wil je jonge mensen in het secundair onderwijs boeien in vakken als cultuurwetenschappen, recht, filosofie, media, sociale wetenschappen,...?
  • Wil je je presentatietechnieken of spreken in het openbaar bijschaven?

Dan is de educatieve master in de maatschappijwetenschappen iets voor jou. Deze universitaire opleiding stoomt je helemaal klaar om voor de klas te staan. De combinatie van theorie, praktijk en de enthousiaste begeleiding maakt van jou een professionele leraar.

Toelatingsvoorwaarden

Voorbereidingsprogramma: Educatieve master in de maatschappijwetenschappen (Leuven)onderwijsaanbod.kuleuven.be/2024/opleidingen/n/SC_54844357.htm#activetab=voorwaarden

Contact

Faculteit Sociale Wetenschappen
Parkstraat 45 bus 3600
3000 LEUVEN
tel. + 32 16 32 30 40

info@soc.kuleuven.be 
www.soc.kuleuven.be
www.facebook.com/faculteitsocialewetenschappenkuleuven
www.twitter.com/FSW_KULEUVEN

Bezoek de website voor toekomstige studenten van de Faculteit Sociale Wetenschappen.
Bezoek de website van de opleiding.

 

KU Leuven, Cel Lerarenopleiding

avl@kuleuven.be

tel. +32 16 32 94 00

Kwaliteit van de opleiding

Hier vind je een overzicht van de resultaten van de interne kwaliteitszorgmethode COBRA.

Onderwijskwaliteit op het niveau van de opleiding

Blauwdruk

Onderwijskwaliteit op het niveau van de universiteit


Meer info?

SC Voorbereidingsprogramma: Educatieve master in de maatschappijwetenschappen (Leuven)

programma

Studenten die in hun vooropleiding reeds enkele specifieke opleidingsonderdelen van de educatieve master aflegden, kunnen daarvoor een vrijstelling krijgen binnen dit voorbereidingsprogramma voor max. ‘Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1’, ‘Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2’ en één keuzeopleidingsonderdeel.

Voor een aantal keuzeopleidingsonderdelen wordt het toegelaten aantal studenten beperkt. Indien dit van toepassing is wordt dit vermeld in de ECTS-fiche van het opleidingsonderdeel.

printECTS33.xsl

ECTS Theologie, religie en onderwijs (B-KUL-A01D9A)

5 studiepunten Nederlands 26 Beide semestersBeide semesters Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

  • De studenten verwerven de kennis en de geijkte terminologie omtrent de problematiek van hedendaagse levensbeschouwelijke/katholieke schoolidentiteit. Welke elementen en dynamieken constitueren de collectieve identiteit van een onderwijsinstitutie? Waaruit bestaat de specificiteit van een katholieke schoolidentiteit? Hoe verhouden zich katholieke identiteit en levensbeschouwelijke pluraliteit? Voor welke uitdagingen ziet het Vlaamse onderwijs zich vandaag geplaatst, en wat is de aanleiding van de huidige crisis? Welke theoretische opties dienen zich aan om deze uitdagingen van antwoord te dienen? 
  • De studenten vormen zich tot bekwame analisten en interpretatoren van levensbeschouwelijke/katholieke identiteit van hun school (descriptieve analyse en interpretatie van de werkelijkheid). Ze leren om de identity markers, die de typische eigenheid van een onderwijsinstitutie bepalen, te herkennen, te interpreteren, en aan anderen te communiceren.
  • De studenten bekwamen zich in het efficiënt reflecteren en zinvol oordelen over de normativiteit van hedendaagse levensbeschouwelijke/katholieke schoolidentiteit (normatieve beoordeling van de werkelijkheid).
  • De studenten worden uitgenodigd een eigen houding te ontwikkelen ten aanzien van de identiteit van een school. Van hen wordt verwacht hun visie op de levensbeschouwelijke identiteit van de school te bereflecteren, te verdiepen, en te confronteren met de normatieve visie van het katholiek onderwijs in Vlaanderen.
  • De studenten verwerven de competenties om, vanuit een hermeneutisch-communicatief perspectief, in concrete situaties mee vorm te geven aan levensbeschouwelijke/katholieke schoolidentiteit.

Begintermen

  • Bereidheid tot kritische reflectie en persoonlijke vorming, met het oog op het verder ontplooien van een eigen visie op levensbeschouwelijke schoolidentiteit, in dialoog met de visie uit de cursus.
  • Basis computervaardigheden zijn wenselijk.

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Theologie, Religie en Onderwijs (B-KUL-A01D9a)

5 studiepunten : Opdracht 26 Beide semestersBeide semesters

Inhoud

  • Studenten worden in dit vak uitgedaagd om diepgaand kennis te maken met het empirische identiteitsonderzoek naar levensbeschouwelijke/katholieke schoolidentiteit zoals dat aan de Faculteit Theologie en Religiewetenschappen vorm kreeg. Dit identiteitsonderzoek werd theoretisch en empirisch ontwikkeld binnen het Centrum Academische Lerarenopleiding Theologie en Religiewetenschappen in de context van het ‘Enhancing Catholic School Identity Project (ECSI)’ in opdracht van de Catholic Education Commission of the Australian federal state of Victoria (CECV). De focus van dit onderzoek is de levensbeschouwelijke identiteit van onderwijsinstellingen, die vandaag voor de uitdaging staan om hun identiteit te recontextualiseren in een detraditionaliserende en pluraliserende samenleving. Het is dit onderzoek waarbinnen het concept ‘katholieke dialoogschool’ tot stand kwam dat intussen ook in Vlaanderen is overgenomen als basis voor de identiteit van Katholiek Onderwijs Vlaanderen.
  • Studenten verkennen de theoretische identiteitsmodellen die aan de grondslag liggen van dit onderzoek, en worden geïntroduceerd in de typologische attitudeschalen verbonden met deze modellen. De studenten verwerven inzicht in de componenten en dynamieken van levensbeschouwelijke schoolidentiteit, en een praktische vertrouwdheid met de gehanteerde empirische methodologie.
  • Studenten worden in dit vak, doorheen deze online webmodule, uitgedaagd te reflecteren over persoonlijke, professionele en institutionele identiteit. De studenten worden telkens uitgenodigd standpunt in te nemen ten aanzien van deze identiteitsmodellen, om vervolgens hun visie te verdiepen en te confronteren met de normatieve theologische visie (cfr. hierboven).

Studiemateriaal

Studiekost: niet van toepassing (De informatie over studiekosten zoals hier opgenomen is indicatief en geeft enkel de prijs weer bij aankoop van nieuw materiaal. Er zijn mogelijk ook e- en tweedehandskopijen beschikbaar. Op LIMO kan je nagaan of het handboek beschikbaar is in de bibliotheek. Eventuele printkosten en optioneel studiemateriaal zijn niet in deze prijs vervat.)

  • Een online webmodule, een Nederlandstalige versie van de MOOC ‘Enhancing Catholic School Identity (ECSI)’ bestaande uit 5 grote delen, introduceert de student stapsgewijs in het denken rond levensbeschouwelijke/katholieke schoolidentiteit, aan de hand van ervaringsgerichte oefeningen, empirisch onderzoek, literatuur, verdiepende reflectieoefeningen, enzovoort. 
  • Bij het begin van elk deel van de online webmodule wordt een cursus reader voorzien, met enerzijds verplichte literatuur ter ondersteuning en anderzijds optionele literatuur ter verdieping van de inhoud van de cursus.
  • De studenten verkrijgen hun eigen resultaat inzake de drie theoretische identiteitsmodellen (PKG Schaal, Melbourne Schaal, Victoria Schaal) op basis van de ingevulde vragenlijsten. De studenten dienen ten laatste vijf werkdagen voor het examen de resultaten van de eigen schaalresultaten aan de docent te bezorgen (didier.pollefeyt@kuleuven.be). Op het examen zelf brengt de student de eigen grafiekresultaten ook op papier mee.
  • Geen kosten, alle informatie kan worden geraadpleegd op Toledo.

Toelichting onderwijstaal

De gehanteerde MOOC is volledig in het Nederlands vertaald.

Toelichting werkvorm

  • De studenten verwerven in dit vak kennis en competenties door het volgen van een Nederlandstalige versie van de MOOC ‘Enhancing Catholic School Identity (ECSI)’. Deze MOOC (Massive Open Online Course) met beeldmateriaal, kennisclips, vragenlijsten, oefeningen, casussen en feedback wordt in zelfstudie doorlopen. De MOOC is een digitale leeromgeving, waarbij de student autonoom leert en reflecteert over het theoretisch en empirisch onderzoek naar levensbeschouwelijke/katholieke schoolidentiteit.
  • In een gemeenschappelijke startvergadering wordt de opzet van het vak en deze werkvorm toegelicht. Elke student krijgt een persoonlijke begeleider van het Centrum Academische Lerarenopleiding godsdienst.
  • Na de startvergadering kan de student van start gaan met het doornemen, verwerken en invullen van de online webmodule, de Nederlandstalige versie van de MOOC.
  • Er worden feedbackmomenten voorzien waarin de student individueel vragen en bedenkingen kan bespreken en waarin samen gereflecteerd kan worden over het afgelegde traject. De student is verplicht minstens één feedbackmoment in te bouwen en kan maximaal drie feedbackmomenten opnemen. Een feedbackmoment kan telkens worden aangevraagd indien de student één deel van de MOOC heeft afgewerkt, met name ‘Persoonlijke Identiteit’ (1), ‘Institutionele Identiteit’ (2), ‘Professionele Identiteit’ (3), ‘Synthese’ (4) en/of ‘Van Individuele Identiteit naar Schoolidentiteit’ (5).
  • Het opleidingsonderdeel mondt uit in een examengesprek met de betrokken docent. Op het examen krijgt de student empirische data en casussen voorgelegd en worden de persoonlijke resultaten van de student van de verschillende schalen besproken.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Theologie, religie en onderwijs (B-KUL-A21D9a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling, Procesevaluatie
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Computer, Cursusmateriaal

Toelichting

Evaluatievorm

  • Type: Permanente evaluatie in combinatie met een examengesprek tijdens de examenperiode
  • Evaluatievorm: procesevaluatie, productevaluatie en mondeling examen
  • Vraagvormen: open vragen
  • Leermateriaal: online webmodule en bijhorende cursus reader

 

Het eindresultaat komt tot stand op basis van de volgende soorten evaluatie:

  • Proces- en productevaluatie (inzet en online module): 30%
  • Mondeling examen: 70%

De proces- en productevaluatie houdt rekening met de volgende twee elementen en wordt beoordeeld door de begeleider:

  • Motivatie van de student, het nakomen van afspraken, het volgen van richtlijnen, het nemen van de eigen verantwoordelijkheid voor dit zelfstudietraject, en de stiptheid en de kwaliteit van de communicatie met de begeleider.
  • De inhoud en vorm van het afgelegde traject: de mate waarin inzicht, kennis en competenties verworven werden, de wijze waarop men in staat is dit te communiceren, enzovoort.

Het mondelinge examengesprek peilt naar de kennis en de verwerking van de leerinhouden die aangeboden worden door de webmodule (cognitief, intellectueel), alsook naar de persoonlijke toeëigening van de leerinhouden en de persoonlijke groei van de student(e) (persoonlijk, existentieel). Het mondeling examen bestaat uit drie elementen: de bespreking van grafieken, van casussen en de eigen resultaten op de verschillende schalen. De student dient bij het examen de eigen resultaten van elke schaal (PKG Schaal, Melbourne Schaal en Victoria Schaal) op papier mee te nemen. 

 

Tijdslijn

Na de startvergadering kan de webmodule doorlopen worden. Wanneer één onderdeel van de module voltooid is, kan men een feedbackmoment aanvragen. Men is verplicht minstens één feedbackmoment aan te vragen. Maximaal kunnen er drie feedbackmomenten plaatsvinden. De online webmodule, de Nederlandstalige versie van de MOOC, moet afgewerkt zijn uiterlijk de maandag voor de examenperiode waarin men een punt wenst te behalen. Vervolgens vindt een examengesprek plaats tijdens de gekozen examenperiode.

De student vraagt tijdig een feedbackmoment via e-mail aan bij zijn/haar begeleider. Hierbij dient de student rekening te houden met de volgende zaken:

  • Bij het aanmaken van een account voor de online webmodule wordt gevraagd om gebruik te maken van de studentenmail. Wanneer een feedbackmoment wordt aangevraagd, dient de student duidelijk te vermelden met welk e-mail adres hij/zij gebruik maakt van de module. Op die manier kan de begeleider het traject van de student inkijken en de gepaste begeleiding geven bij het feedbackmoment.
  • De student geeft duidelijk aan over welk deel van de MOOC hij/zij een feedbackmoment wil plannen, met name ‘Persoonlijke Identiteit’ (1), ‘Institutionele Identiteit’ (2), ‘Professionele Identiteit’ (3), ‘Synthese’ (4) of ‘Van Individuele Identiteit naar Schoolidentiteit’ (5).
  • De student zorgt ervoor dat, bij het aanvragen van een feedbackmoment, het desbetreffende deel is afgewerkt zodat de begeleider dit deel van de MOOC volledig kan inzien en doornemen.
  • Ter voorbereiding van het feedbackmoment formuleert de student 3 vragen met betrekking tot het deel van de MOOC dat besproken wordt. Deze 3 vragen worden via e-mail mee doorgestuurd naar de begeleider. Deze 3 vragen worden besproken tijdens het feedbackmoment.

Startvergadering

Maandag 30-09-2024, 14.00-16.00u, MTC 02.15

 

Individuele feedbackmomenten
De student is verantwoordelijk om tijdig een afspraak te maken met de eigen modulebegeleider voor een feedbackmoment. Per e-mail maakt de student een afspraak met zijn/haar begeleider en vermeldt daarbij duidelijk over welk deel van de module de student feedback wenst te verkrijgen. Uiterlijk 5 werkdagen voorafgaand aan het feedbackmoment heeft de student het desbetreffende deel van de module afgewerkt. 
 

Deadlines examenperiode (afwerken van de module)

  • Eerste examenperiode: de maandag vóór de start van de examenperiode
  • Tweede examenperiode: de maandag vóór de start van de examenperiode
  • Derde examenperiode: de maandag vóór de start van de examenperiode

De student dient de Nederlandstalige versie van de MOOC volledig te hebben afgewerkt ten laatste de maandag van de week voor de start van de examenperiode waarin de student het examen wil afleggen en een punt wenst te behalen. De student laat ten laatste op die maandag voor de examenperiode aan zijn/haar begeleider weten dat de cursus volledig doorlopen is, zodat de begeleider het afgelegde traject van de student kan beoordelen (proces- en productevaluatie). Dit gebeurt via e-mail aan de begeleider, met de titularis in cc. De student is verantwoordelijk voor het vragen van bevestiging van ontvangst.

In de gekozen examenperiode volgt een examengesprek waarin het afgelegde traject beoordeeld wordt.

Belangrijk: de eigen grafiekresultaten (PKG Schaal, Melbourne Schaal en Victoria Schaal) worden 5 werkdagen voor het examen elektronisch ingeleverd (via e-mail aan didier.pollefeyt@kuleuven.be). Op het examen zelf brengt de student de eigen grafiekresultaten ook op papier mee.

ECTS Onderwijsrecht (B-KUL-C03K7A)

6 studiepunten Nederlands 39 Tweede semesterTweede semester

Doelstellingen

- Inzicht verwerven in structuren en fundamentele juridische vragen van het onderwijsrecht
- Attitude bijbrengen van aandacht voor de (soms moeilijke) interactie tussen onderwijskunde/onderwijsverhoudingen en het recht
- Vaardigheid bijbrengen in het uitklaren van specifieke vragen van onderwijsrecht.
- Onderwijsrecht als multidisciplinair recht benaderen
- Inzicht in de maatschappelijke relevantie van onderwijsrecht in een open en pluralistische grondrechtensamenleving

Studenten uit niet-juridische opleidingen vertrouwd maken met het juridisch begrippenarsenaal en de juridische methodologie, speciefiek met het oog op de mogelijkheid aan te sluiten bij een verdiepende juridische studie van het onderwijsrecht.

Begintermen

Belangstelling voor het onderwijsrecht en het onderwijsgebeuren.

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Onderwijsrecht (B-KUL-C03K6a)

3 studiepunten : College 26 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Een algemene inleiding maakt de studenten wegwijs in het onderwijsrecht. Aan de hand van capita selecta worden vervolgens de vragen uitgediept waar het onderwijsrecht vandaag mee geconfronteerd wordt. De thema's worden zo geselecteerd dat ze toelaten de achtergronden van actuele discussies te verhelderen en doordringen in fundamentele vragen over grondrechten en rechtsbescherming, bevoegdheid, verhouding publiek - privaat en de technische consequenties daarvan.De afweging tussen de rechten, belangen en verwachtingen van de inrichters van het onderwijs, van de overheid en van de gebruikers ervan zijn een rode draad doorheen de colleges. De analyse van de rechtspraak van de hoogste rechtscolleges verheldert de concrete inhoud. 

Volgende thema's kunnen o.a. aan bod komen: examenbetwistingen, tuchtrecht voor leerlingen, delontologie van de leerkracht, neutraliteit in onderwijs, levensbeschouwelijke tekens in onderwijs, aansprakelijkheid in schoolcontext, leersteundecreet,...

Studiemateriaal

Het studiemateriaal wordt ter beschikking gesteld tijdens de lessen.

Toelichting werkvorm

Interactieve hoorcolleges.

Bij dit opleidingsonderdeel worden discussiecolleges georganiseerd. De discussiecolleges hanteren een activerende onderwijsvorm waarbij juristen in kleine groepjes in discussie gaan met pedagogen en leerkrachten die het vak volgen over enkele thema’s die het onderwijsrecht kleuren zoals het leersteundecreet of levensbeschouwelijke kentekens. Aanwezigheid bij deze discussiecolleges is daarom sterk aangemoedigd. Een tekst wordt ter beschikking gesteld met de belangrijkste kernpunten van de colleges, maar een lesopname van een discussiecollege is niet zinvol.

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

C03K6B : Onderwijsrecht

Inleiding tot het onderwijsrecht (B-KUL-C03K7a)

3 studiepunten : College 13 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Voor het onderdeel onderwijsrecht: Een algemene inleiding maakt de studenten wegwijs in het onderwijs­recht. Aan de hand van capita selecta worden vervolgens de vragen uitgediept waar het onderwijsrecht vandaag mee geconfron­teerd wordt. De thema's worden zo geselecteerd dat ze toelaten de achtergronden van actuele discussies te verhelderen en doordringen in fundamentele vragen over grondrechten en rechtsbe­scherming, bevoegdheid, verhouding publiek - privaat en de technische consequenties daarvan.
De afweging tussen de rechten, belangen en verwachtingen van de inrichters van het onderwijs, van de overheid en van de gebruikers ervan zijn een rode draad doorheen de colleges. De analyse van de rechtspraak van de hoogste rechtscolleges verheldert de concrete inhoud. 

*

Voor het onderdeel inleiding tot het recht: Hiërarchie der bronnen, relevante juridische begrippen, heuristiek en methodologie telkens met focus op het onderwijsrecht.

Studiemateriaal

Het studiemateriaal wordt tijdens de lessen ter beschikking gesteld.

Toelichting werkvorm

Interactieve hoorcolleges.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Onderwijsrecht (B-KUL-C23K7a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Wetboek/codex

Toelichting

De studenten krijgen drie examenvragen.

Een eerste vraag betreft een kennisvraag met betrekking tot een onderdeel van de cursus.
De tweede vraag is een casus. De studenten stellen een mogelijke en zinvolle oplossing voor deze casus voor, gebruik makend van de kennis en inzichten verworven in de colleges en door de studie van het studiemateriaal.
De derde vraag is een open opiniërende stelling die door studenten wordt becommentarieerd vanuit het juridisch kader. De studenten moeten deze stelling binnen het bredere maatschappelijke debat kunnen kaderen.

De vragen hebben betrekking op verschillende onderdelen van de cursus. De studenten die de 6 stptn variant van het vak volgen, mogen zelf kiezen over welk onderwerp ze een opiniërende stelling willen beantwoorden.

Het examen is een gesloten boek examen. Wetteksten mogen worden gebruikt tijdens het examen.

ECTS Jeugdbeschermingsrecht (B-KUL-C04D8B)

3 studiepunten Nederlands 39 Eerste semesterEerste semester

Doelstellingen

Bij het voltooien van dit opleidingsonderdeel:

Algemeen:
• kan de student de algemene beginselen, de begrippen en de technieken van het jeugdbeschermingsrecht omschrijven en hanteren
• kan de student de organisatie en werking van de vrijwillige en gerechtelijke jeugdhulp en van het jeugddelinquentierecht uitleggen
• kan de student de betekenis en samenhang van het beleid inzake jeugdbescherming en de achterliggende waarden en ideeën aanduiden en hanteren

Kennen:
• kan de student het jeugdbeschermingsrecht in de breedte en diepte beschrijven, zowel het wettelijk-institutioneel kader als de praktijktoepassing ervan
• kan de student verbanden leggen tussen de diverse elementen van het opleidingsonderdeel én tussen dit opleidingsonderdeel en verwante materies (i.h.b. strafrecht en welzijnsrecht)

Kunnen:
• kan de student zelfstandig beperkte probleemstellingen, onderzoeksvragen en concrete cases beantwoorden, hierover rapporteren en discussiëren

Houding:
• kan de student constructief-kritisch, op grond van juridisch redeneervermogen en ethische reflectie, actuele fenomenen inzake jeugddelinquentie en probleemsituaties herkennen, analyseren en becommentariëren

Begintermen

• Kennen: juridische basisvorming, i.h.b. publiekrecht en strafrecht
• Kunnen: begin van zelfstandige wetenschappelijke onderzoeksvaardigheden
• Houding: kritisch denkvermogen; bijzondere interesse voor de problematiek, zowel wat betreft de jeugdhulp aan jongeren in probleemsituaties (welzijnsrechtelijke invalshoek) [jeugdhulprecht] als wat betreft de maatschappelijke reactie(s) op delinquent gedrag [jeugddelinquentierecht]

Onderwijsleeractiviteiten

Jeugdbeschermingsrecht (B-KUL-C04D8a)

3 studiepunten : College 39 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

Het jeugdbeschermingsrecht regelt de (overheids)interventies t.a.v. kinderen en jongeren die zich in bijzondere probleemsituaties bevinden of die delicten hebben gepleegd. Die interventies betreffen zowel vrijwillige als gerechtelijke maatregelen, veelal uitgevoerd door specifieke diensten en voorzieningen.

De volgende onderdelen komen aan bod:

1. Definitie, begrippen, beginselen en historiek van het jeugdbeschermingsrecht
2. (Inter)nationaalrechtelijk kader
3. Jeugdhulprecht
     3.1. Algemeen
     3.2. Vrijwillige jeugdhulp
     3.3. Gerechtelijke jeugdhulp
4. Jeugddelinquentierecht
     4.1. Algemeen
     4.2. Parketinterventies
     4.3. Onderzoeksfase
     4.4. Berechtingsfase
     4.5. Uithandengeving
5. Jeugdrechtactoren

Daarnaast maakt de student een beknopte reflectiepaper over een onderwerp naar keuze binnen het jeugdbeschermingsrecht (zie 'toelichting werkvorm').

Studiemateriaal

• J. PUT, Handboek Jeugdbeschermingsrecht, Brugge, die Keure, laatste editie, via cursusdienst of Acco
• J. PUT, Wetboek Jeugdrecht, Gent, Intersentia, laatste editie, via cursusdienst of Acco
• Presentaties en achtergrondinformatie via Toledo

Toelichting werkvorm

• Hoorcolleges
• Interactiecolleges: bespreking van en discussie over deelthema's
• Bezoek aan een jeugdinstelling (facultatief)
• Bezoek aan de jeugdrechtbank (facultatief)
• Gastspreker(s) uit de jeugdrechtpraktijk

Elke student maakt ook een reflectiepaper. De student kiest zelf een onderwerp, aan de hand van de themalessen, de bezoeken of de geraadpleegde literatuur. De bedoeling is te komen tot een eigen reflectie over een specifiek thema. Ook niet-juridische onderwerpen zijn mogelijk, indien ze relevant zijn voor het domein en de reflectie ook ingaat op het belang ervan voor het recht of het beleid. Het gekozen onderwerp mag niet samenvallen met de gewone leerstof (dus bv. niet 'uithandengeving'). Ook een overzicht van hoe een voorziening werkt of een verslag van het rechtbankbezoek zijn uitgesloten. De paper mag ten hoogste twee pagina's (+ bronvermelding op het einde) omvatten, waarbij het beschrijvend gedeelte ten hoogste een halve pagina inneemt; het overige deel behandelt argumentaties en persoonlijke stellingnames.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Jeugdbeschermingsrecht (B-KUL-C24D8b)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Wetboek/codex

Toelichting

Het mondelinge examen bestaat uit kennis-, inzichts- en reflectievragen (die betrekking hebben op verschillende onderdelen van de te kennen leerstof) en de voorstelling van en discussie over de reflectiepaper. Er is een half uur om voor te bereiden (met gebruik van het wetboek, volgens de facultaire regels).
De puntenverdeling is als volgt:
• examenvragen: 15 punten
• reflectiepaper (inhoud en verdediging): 5 punten

Toelichting bij herkansen

In geval van een examen tijdens de tweede zittijd na een niet-geslaagd examen in de eerste zittijd, heeft de student de keuze al dan niet een nieuwe of herwerkte reflectiepaper te maken en te verdedigen. Als hij/zij dat niet doet, worden de punten daarop overdragen naar tweede zit en bestaat het examen enkel uit open vragen. Als hij/zij dat wel doet, verloopt het examen volgens dezelfde modaliteiten als het examen in eerste zittijd.

In geval van een examen tijdens de tweede zittijd, zonder dat een examen is afgelegd tijdens de eerste zittijd, moet de student een reflectiepaper maken en verdedigen. Het examen verloopt dan volgens dezelfde modaliteiten als het examen in de eerste zittijd.

ECTS Computer Assisted Language Learning (B-KUL-F0VH5A)

6 studiepunten Nederlands 18 Eerste semesterEerste semester

Doelstellingen

  • Inzicht verwerven in de plaats van CALL binnen de toegepaste taalkunde, in recente tendensen binnen deze discipline, in de methodologie van het CALL onderzoek.
  • In staat zijn de diverse types CALL-applicaties kritisch te beoordelen op basis van inzichten uit het CALL-onderzoek.
  • In staat zijn de resultaten van lopend ontwikkel- en effectiviteitsonderzoek te analyseren en hun implicaties voor taalverwerving en taaldidactiek correct in te schatten.

 

Begintermen

  • Actieve gebruiker van ICT-toepassingen (Internet, tekstverwerking, presentatiesoftware, etc.)
  • Geen technische computerskills (bv. programmeren) vereist

 

Identieke opleidingsonderdelen

F0ZG3A: Computer assisted language learning
F0ZG2A: Computer assisted language learning

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Computer Assisted Language Learning (B-KUL-F0VH5a)

6 studiepunten : College 18 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

8 modules, waarvan drie basismodules (1-3) en vijf verdiepende modules die ingaan op CALL voor een specifieke vaardigheid en/of technologie:

1. Afbakening en evolutie van het onderzoeksdomein CALL
2. Evaluatie, effectiviteit en methodologie
3. Recente tendensen
4. Oefenomgevingen
5. Natural Language Processing
6. Conversationele artificiële intelligentie
7. Audiovisuele input
8. Gaming

Studiemateriaal

  • Toledo-omgeving met modules.             
  • Volledig uitgewerkte syllabus onder de vorm van PPT-presentaties, opgave van secundaire literatuur en weblinks             
  • Stockman, Caroline - Desmet, Piet - Truyen, Fred. 2012. Lex-e-learn. Lexicon voor e-learning. Leuven: Acco.

Toelichting werkvorm

Interactief hoorcollege op basis van kritische bespreking van presentaties en van vakliteratuur die in Toledo zijn opgenomen.

Om studenten van de verschillende educatieve masteropleidingen de kans te geven om dit vak te volgen, vinden de lessen online plaats, via technologieën voor hybride afstandsonderwijs. Je neemt live deel aan de les, hetzij in een fysiek lokaal van de KU Leuven, of op een andere plaats vanop je laptop/pc. Je hebt de mogelijkheid om in interactie te treden met de docent en met de andere studenten. Meer informatie vind je op Toledo.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Computer Assisted Language Learning (B-KUL-F2VH5a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling, Paper/Werkstuk
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Het examen bestaat uit een toelichting van de paper en enkele kennisvragen. 

Toelichting bij herkansen

De tweede examenkans van dit OPO wordt op dezelfde manier georganiseerd als de eerste.

ECTS Science Communication and Outreach (B-KUL-G0R44A)

6 ECTS English 33 Second termSecond term

Aims

The course wants to stimulate reflection on the social meaning of science and the role of communication, information and popularization. In addition the course offers an
introduction to the scientific literature and empirical studies on science communication. Finally the concrete process of science communication (communication media,
typology of communication, communication sociology) is investigated.
 

Previous knowledge

The course does not presuppose specific foreknowledge.

Identical courses

G0R76A: Wetenschapscommunicatie en outreach

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Science Communication and Outreach (B-KUL-G0R44a)

6 ECTS : Lecture 33 Second termSecond term

Content

Science communication aims at making science more accessible to the general public, a.o. by increasing scientific literarcy of citizens. Of crucial importance is the
creation of a relation of trust among scientists and the public. This requires a clear understanding of the aims of science communication, as well as its channels and
strategies.
The course focuses on the gap between science an the public, in particular in relation to the place of science in public media. Different forms of science communication
are related to different intended target audiences.
The topics to be treated can be arranged our four general themes.

1. Science in Public
This model introduces basic concepts in the understanding of the process of science communication: theories about of definitions and models of science communication,
the role of the expert, scientific literacy, the image of science in society.

2. Science and the media
Media play an important part in science communication, but, as they are working withintheir proper cultural value system and with speficif formats, they may also be seen
as a potential threat to the reliability and accuracy of scientific messages and of the representation of science. Attention is given to the differences and tensions between
the cultures of science and journalism. Students will also prepare written expositions on scientific themes.

3. Controversial science and risk communication
A special challenge to science communicators is to speak out on themes where no scientific certainty is avalaible, or when the topics are framed in a larger (political)
debate. To represent scientific views often merges with a taking of sides, which then may threaten the neutrality of science. This form of communication is often preferred
by audiovisual media. Also science blogs tend in this direction.

4. Interactive and participative communication
Science in the public sphere has to be viewed as an interactive process, in which the dominating role of the expert cannot be taken for granted. In this form of
communication the public takes a central role. This theme focuses on science centres, science cafés, citizen science,... and the approach to disseminate scientific
information through informal learning, based on psychological models of leanring. The course analyses the use of interactive and participative communication in different settings.
 

Course material

Slides and literature are made available by the lecturer.

Language of instruction: more information

Dit opo wordt aangeboden in de doctoraatsopleiding.  Een groot deel van de doctoraatsstudenten zijn niet-Nederlandstalig.

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Science Communication and Outreach (B-KUL-G2R44a)

Type : Continuous assessment without exam during the examination period
Description of evaluation : Paper/Project
Learning material : Course material

Explanation

 

Information about retaking exams

 

ECTS Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering (B-KUL-G0R48A)

6 studiepunten Nederlands 39 Beide semestersBeide semesters Uitgesloten voor examencontract
Ceulemans Griet (coördinator) |  Biedenkopf Katja |  Ceulemans Griet |  Craps Marc |  Severijns Nathal |  Smet Mario |  N.  |  Minder Meer

Doelstellingen

De student is op de hoogte van wat wordt verstaan onder duurzaamheid, duurzame ontwikkeling, opleiding voor duurzaamheid.

De student is op de hoogte van een aantal maatregelen, onderbouwd vanuit de diverse academische domeinen, die geschikt zijn om duurzaamheid te vergroten en welke impact ze (kunnen) hebben.

De student is op de hoogte van bepaalde didactische principes die kunnen worden aangewend in het kader van educatie voor duurzame ontwikkeling.

De student erkent het belang van transdisciplinaire samenwerking in het kader van duurzaamheid, duurzame ontwikkeling en educatie voor duurzaamheid.

De student durft een standpunt in te nemen over maatschappelijke thema’s zoals duurzaamheid en duurzame ontwikkeling en durft hierbij verantwoordelijkheid opnemen.

De student kan uitgaande van haar/zijn eigen expertise duidelijk communiceren en respectvol samenwerken met betrokkenen uit verschillende disciplines.

De student kan de drie fasen - analyseren, oplossingen bedenken en implementeren - bij een vraagstuk van duurzame ontwikkeling effectief doorlopen.

De student kan didactische componenten aanwenden in het kader van educatie voor duurzame ontwikkeling.

 

Identieke opleidingsonderdelen

G0R50A: Science and Sustainability: a Socio-Ecological Approach

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering - concepten (B-KUL-G0R85a)

2 studiepunten : College 23 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

Het vergaren van wetenschappelijke kennis over duurzaamheid en duurzame ontwikkeling vormt een belangrijke eerste pijler binnen dit OPO. Hierbij komen volgende aspecten zeker aan bod: zwakke versus sterke duurzaamheid, theoretische modellen, systeemdenken, levenscyclusanalyse, ecologische voetafdruk, het belang van transdisciplinaire samenwerking De behandelde theorie dient door de studenten te worden aangewend in de opdracht.

Studiemateriaal

Powerpointpresentatie, cursustekst, online bronnen.

Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering – opdracht (B-KUL-G0R86a)

1 studiepunten : Opdracht 1 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

De opdracht omvat het schrijven van een individueel verslag.

Studiemateriaal

Zelfgekozen artikel uit de academische duurzaamheidsliteratuur.

Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering – project (B-KUL-G0R87a)

3 studiepunten : Opdracht 15 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Het OPO ‘Duurzaamheid als een socio-ecologische dynamiek’ is te beschouwen als een verbredend vak. Via projectwerk brengt het de studenten in contact met ecologische en sociale economie, met psychologische en sociologische ontwikkelingen en inzicht in de macht van geld en media. De projecten kaderen steeds binnen het jaarthema. Begin mei dient het project te worden gepresenteerd als afsluiting van een aantal workshops en teamwerk.

Studiemateriaal

Projectspecifiek materiaal.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering (B-KUL-G2R48a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Verslag, Presentatie, Self assessment/Peer assessment
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Cursusmateriaal

Toelichting

Voor het theoretisch luik wordt doorheen het eerste semester regelmatig een open vraag ter bespreking (digitale inzending) voorgelegd (open boek), om te verzekeren dat de theoretische kennis kan worden aangewend voor het teamwerk en de eind-opdracht. Via peer-evaluatie en een willekeurige docentencontrole haal je hiervoor individueel maximaal 3 punten van de 20. Er wordt ook teamwerk georganiseerd waarvoor je via peerevaluatie 2 van 20 punten verdiend. Gecombineerd levert deze permanente evaluatie tijdens het semester 25% van je individuele eindscore. 

Het projectwerk wordt in groep uitgevoerd en resulteert dus in eerste instantie in één groepsscore, gebaseerd op een beoordeling van het wetenschappelijk verslag en de eindvoorstelling op de projectdag, met gelijke weging. Een individueel cijfer wordt vervolgens berekend o.b.v. peerreview binnen de groep. Dit cijfer weegt 75% door in de individuele eindscore.

Opmerking: Indien bij het projectwerk ernstige problemen worden vastgesteld in de medewerking, kan na overleg met alle betrokken partijen (projectbegeleider, coördinator en groepsleden) beslist worden een student uit te sluiten uit de groep. Dit gaat gepaard met een individuele score van 0/20 voor het projectwerk.

 

Toelichting bij herkansen

Voor het OPO Wetenschap en duurzaamheid is een herkansing in de derde examenperiode mogelijk voor het wetenschappelijk verslag, maar niet voor de permanente evaluatie van het eerste semester of voor de eindvoorstelling. Wanneer de student in de eindscore een onvoldoende scoort, moet het verslag in de derde examenperiode worden herkanst. Het punt van de permanente evaluatie van het eerste semester, en van de presentatie, wordt overgedragen. Na de herkansing wordt een nieuwe eindscore berekend.

 

ECTS Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering - projectwerk (B-KUL-G0R91A)

4 studiepunten Nederlands 24 Beide semestersBeide semesters Uitgesloten voor examencontract
Ceulemans Griet (coördinator) |  Biedenkopf Katja |  Ceulemans Griet |  Craps Marc |  Severijns Nathal |  Smet Mario |  N.  |  Minder Meer

Doelstellingen

- De student is op de hoogte van wat wordt verstaan onder duurzaamheid, duurzame ontwikkeling, educatie voor duurzaamheid

- De student is op de hoogte van een aantal maatregelen die geschikt zijn om duurzaamheid te vergroten en welke impact ze (kunnen) hebben

- De student is op de hoogte van bepaalde didactische principes die kunnen worden aangewend in het kader van educatie voor duurzame ontwikkeling

- De student erkent het belang van transdisciplinaire samenwerking in het kader van duurzaamheid, duurzame ontwikkeling en educatie voor duurzaamheid

- De student durft een standpunt in te nemen over maatschappelijke thema’s zoals duurzaamheid en duurzame ontwikkeling en durft hierbij verantwoordelijkheid opnemen

- De student kan uitgaande van haar/zijn eigen expertise duidelijk communiceren en respectvol samenwerken met betrokkenen uit verschillende disciplines

- De student kan de drie fasen - analyseren, oplossingen bedenken en implementeren - bij een vraagstuk van duurzame ontwikkeling effectief doorlopen

- De student kan didactische componenten aanwenden in het kader van educatie voor duurzame ontwikkeling

Begintermen

Bachelordiploma

 

Volgtijdelijkheidsvoorwaarden



GELIJKTIJDIG( G0R93A )


G0R93AG0R93A : Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering - theorie

Identieke opleidingsonderdelen

G0R92A: Science and Sustainability: a Socio-Ecological approach - Project Work

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering – werkplan (B-KUL-G0R91a)

1 studiepunten : Opdracht 9 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

Het OPO ‘Duurzaamheid als een socio-ecologische dynamiek - project’ is de verderzetting van het theorievak. In het eerste semester wordt de aankoppeling naar een concreet groepsproject gemaakt via beperkte opdrachten. Via projectwerk brengt het vak de studenten in contact met ecologische en sociale economie, met psychologische en sociologische ontwikkelingen en inzicht in de macht van geld en media. De projecten kaderen steeds binnen het jaarthema.

Studiemateriaal

Projectspecifiek materiaal

Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering – project (B-KUL-G0R87a)

3 studiepunten : Opdracht 15 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Het OPO ‘Duurzaamheid als een socio-ecologische dynamiek’ is te beschouwen als een verbredend vak. Via projectwerk brengt het de studenten in contact met ecologische en sociale economie, met psychologische en sociologische ontwikkelingen en inzicht in de macht van geld en media. De projecten kaderen steeds binnen het jaarthema. Begin mei dient het project te worden gepresenteerd als afsluiting van een aantal workshops en teamwerk.

Studiemateriaal

Projectspecifiek materiaal.

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

G0R48A : Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering - projectwerk (B-KUL-G2R91a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Verslag, Presentatie, Self assessment/Peer assessment

Toelichting

Het projectwerk wordt in groep uitgevoerd en resulteert dus in eerste instantie in één groepsscore, gebaseerd op een beoordeling van het wetenschappelijk verslag en de eindvoorstelling op de projectdag, met gelijke weging. Een individuele eindscore wordt vervolgens berekend o.b.v. peerreview binnen de groep.

Opmerking: Indien bij het projectwerk ernstige problemen worden vastgesteld in de medewerking, kan na overleg met alle betrokken partijen (projectbegeleider, coördinator en groepsleden) beslist worden een student uit te sluiten uit de groep. Dit gaat gepaard met een individuele eindscore van 0/20 voor het OPO.

 

Toelichting bij herkansen

Voor het OPO Wetenschap en duurzaamheid is een herkansing in de derde examenperiode mogelijk voor het wetenschappelijk verslag, maar niet voor de eindvoorstelling. Het punt van de presentatie blijft behouden. Na de herkansing wordt een nieuwe eindscore berekend.

ECTS Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering - theorie (B-KUL-G0R93A)

3 studiepunten Nederlands 24 Eerste semesterEerste semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

- De student is op de hoogte van wat wordt verstaan onder duurzaamheid, duurzame ontwikkeling, educatie voor duurzaamheid

- De student is op de hoogte van een aantal maatregelen onderbouwd vanuit de diverse academische domeinen die geschikt zijn om duurzaamheid te vergroten en welke impact ze (kunnen) hebben

- De student erkent het belang van transdisciplinaire samenwerking in het kader van duurzaamheid, duurzame ontwikkeling en educatie voor duurzaamheid

- De student durft een standpunt in te nemen over maatschappelijke thema’s zoals duurzaamheid en duurzame ontwikkeling en durft hierbij verantwoordelijkheid opnemen

 

Begintermen

Bachelordiploma

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering - concepten (B-KUL-G0R85a)

2 studiepunten : College 23 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

Het vergaren van wetenschappelijke kennis over duurzaamheid en duurzame ontwikkeling vormt een belangrijke eerste pijler binnen dit OPO. Hierbij komen volgende aspecten zeker aan bod: zwakke versus sterke duurzaamheid, theoretische modellen, systeemdenken, levenscyclusanalyse, ecologische voetafdruk, het belang van transdisciplinaire samenwerking De behandelde theorie dient door de studenten te worden aangewend in de opdracht.

Studiemateriaal

Powerpointpresentatie, cursustekst, online bronnen.

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

G0R48A : Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering

Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering – opdracht (B-KUL-G0R86a)

1 studiepunten : Opdracht 1 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

De opdracht omvat het schrijven van een individueel verslag.

Studiemateriaal

Zelfgekozen artikel uit de academische duurzaamheidsliteratuur.

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

G0R48A : Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Wetenschap en duurzaamheid: een socio-ecologische benadering - theorie (B-KUL-G2R93a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Verslag, Vaardigheidstoets
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Cursusmateriaal

Toelichting

Voor het theoretisch luik wordt doorheen het eerste semester regelmatig een open vraag ter bespreking (digitale inzending) voorgelegd (open boek), om te verzekeren dat de theoretische kennis kan worden aangewend voor het teamwerk en de eind-opdracht. Via peer-evaluatie en een willekeurige docentencontrole haal je hiervoor individueel maximaal 3 punten van de 20. Er wordt ook teamwerk georganiseerd waarvoor je via peerevaluatie 2 van 20 punten verdiend. Gecombineerd levert deze permanente evaluatie tijdens het semester 25% van je individuele eindscore. De eindopdracht wordt gescoord via een vooraf gecommuniceerde scorematrix. Dit cijfer weegt 75% door in de individuele eindscore.

 

Toelichting bij herkansen

Er is een herkansing in de derde examenperiode mogelijk voor de eindopdracht, maar niet voor de permanente evaluatie van het eerste semester. Wanneer de student in de eindscore een onvoldoende scoort, moet de eindopdracht in de derde examenperiode worden herkanst. Het punt van de permanente evaluatie van het eerste semester, wordt overgenomen. Na de herkansing wordt een nieuwe eindscore berekend.

ECTS Burgerschapsvorming (B-KUL-O0A51B)

6 studiepunten Nederlands 18 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract
Claes Ellen |  N.

Doelstellingen

Het opleidingsonderdeel 'Burgerschapvorming' behandelt de verschillende dimensies van burgerschap en de opdracht die instellingen en verenigingen in de maatschappij opnemen met het oog op het bevorderen van het burgerschapsidee in democratische samenlevingen. Daarbij wordt gefocust op enkele actoren die aan burgerschapsvorming doen: scholen, de media, ouders, de politiek, en verengingen. 

*

Collegereeks waarin de studenten inzicht krijgen in de resultaten van wetenschappelijke studies over politieke en maatschappelijke vorming, en zo inzicht verwerven in de mogelijkheden en beperkingen van de diverse facetten van de politieke sociologie in het algemeen en burgerschapsvorming in het bijzonder. 

Begintermen

Studenten zijn op de hoogte van de actuele maatschappelijke problemen, en hebben interesse voor de samenlevingsopbouw in het bijzonder. Een vertrouwdheid met de algemene didactische en vakdidactische principes is een pluspunt.

Identieke opleidingsonderdelen

O0A51A: Burgerschapsvorming

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Burgerschapsvorming (B-KUL-O0A51a)

6 studiepunten : College 18 Tweede semesterTweede semester
Claes Ellen |  N.

Inhoud

In deze cursus wordt er vertrokken van de inzichten uit de politieke sociologie en de onderwijssociologie. Het belang van het ‘opvoeden tot burgerschap’, van politieke participatie in het algemeen en van de rol van de verschillende soorten politieke socialisatoren wordt geanalyseerd. Dit gebeurt aan de hand van de belangrijkste hedendaagse auteurs en resultaten van recente cross-nationale en nationale onderzoeksprojecten. Op die manier wordt een referentiekader opgebouwd waarmee de toetsing met de empirie wordt aangegaan. Daarbij focussen we heel specifiek op vijf verschillende actoren: scholen, de media, ouders, de politiek, en verenigingen. 

In burgerschapsvorming wordt aandacht besteed aan de leraar als onderdeel van het burgerschapsvormend proces op scholen. Via het gebruik van verschillende werkvormen en het verzorgen van een les/presentatie gaan de studenten ook zelf aan de slag met burgerschapsvorming bij jongeren. 

 

 

Studiemateriaal

Selectie van artikels uit de internationale en nationale literatuur en slides beschikbaar via toledo

Toelichting onderwijstaal

De onderwijstaal van deze leeractiviteit is Nederlands, maar er kan gedeeltelijk Engelstalig onlineleermateriaal worden gebruikt.

Toelichting werkvorm

Flipped classroom - Gastcollege - Groepsopdracht

Interactieve hoorcolleges, flipped classroom en activerende opdrachten. De precieze uitwerking van de onderwijsmethode hangt af van de grootte van de studentengroep. Meer informatie is beschikbaar via Toledo.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Burgerschapsvorming (B-KUL-O2A51b)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk, Paper/Werkstuk, Verslag, Medewerking tijdens contactmomenten
Vraagvormen : Open vragen

Toelichting

Het opleidingsonderdeel wordt beoordeeld door de docent, zoals meegedeeld via Toledo. Het resultaat wordt berekend en uitgedrukt met een geheel getal op 20. De evaluatie omvat een schriftelijk examen enerzijds en opdrachten tijdens het semester (o.a. groepswerk, presentatie) anderzijds. De specifieke modaliteiten worden tijdig meegedeeld via Toledo en tijdens de colleges.

Aanwezigheid tijdens de colleges is verplicht. Er wordt 10 % van het eindcijfer afgetrokken bij ongewettigde afwezigheid

Toelichting bij herkansen

Er is enkel een herkansing voor het schriftelijk examen, niet voor de groepsopdracht.

ECTS Psychologie van de adolescentie en de jongvolwassenheid (B-KUL-O0A55A)

4 studiepunten Nederlands 26 Tweede semesterTweede semester

Doelstellingen

Na het voltooien van dit OPO kan de student:

  • inleidende kennis van de aspecten van de psychologie van jongeren (en hun leefwereld) die relevant zijn voor beginnende leraren aantonen. Het gaat hierbij om die jongeren waarmee universitair gevormde leraren in contact komen in het secundair onderwijs.

Begintermen

Naast de algemene begintermen die gelden voor de Specifieke Lerarenopleiding (SLO), zijn er geen specifieke begintermen voor dit opleidingsonderdeel. Studenten moeten enkel in staat zijn (en daartoe bereid zijn) om over hun eigen functioneren als toekomstige leraren te reflecteren en indien nodig hun pedagogisch handelen bij te sturen, op basis van hun kennis over de adolescentieperiode waarin hun leerlingen zich bevinden.

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Psychologie van de adolescentie en de jongvolwassenheid (B-KUL-O0A55a)

4 studiepunten : College 26 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Als algemene achtergrond worden algemene theorieën van de ontwikkeling doorheen de adolescentie kort besproken. De gevolgen worden beschreven van de voornaamste veranderingen die zich in de vroege adolescentie (zogenaamde puberteit) voordoen op lichamelijk vlak. Samen met de ontwikkelingen op cognitief en sociaal vlak leiden deze veranderingen ertoe dat de jongere nieuwe mogelijkheden in zichzelf gaat ontdekken. De relatie met de ouders gaat een andere vorm aannemen, terwijl de relaties met leeftijdgenoten een grotere intensiteit en een grotere diepgang krijgen. De vorming van de eigen identiteit, die de voornaamste opgave vormt in de adolescentieperiode en meteen het sluitstuk van de genoemde ontwikkelingen, wordt toegelicht. Daarna worden enkele vormen van zogenaamd internaliserend probleemgedrag (bv. depressie, suicide en anorexie) en van externaliserend probleemgedrag (bv. druggebruik en delinquentie) bij jongeren besproken, voor zover een leraar daar mee geconfronteerd kan worden. Bij de bespreking van deze verschillende thema's zal er recent onderzoek besproken worden en zal de docent ook eigen onderzoek uit de doeken doen. Dit overzicht moet beginnende leraren helpen om de adolescent in zijn bredere ontwikkelingscontext te plaatsen om zo meer inzicht te krijgen in het doen en laten van de adolescent (bijvoorbeeld in de overgang naar de volwassenheid).

Studiemateriaal

Slot, W. & Van Aken, M. (Red.) (2013). Psychologie van de adolescentie (25ste druk). Baarn: ThiemeMeulenhoff. (ISBN 978 90 06 95142 4) (Verkrijgbaar bij Acco)

Toelichting werkvorm

Omdat de meeste studenten in de SLO-opleiding nog geen inleidend opleidingsonderdeel in de psychologie gevolgd hebben, wordt dit opleidingsonderdeel 'Psychologie voor niet-psychologen' aangeboden onder de vorm van een reeks klassieke hoorcolleges (contactonderwijs). Alle PowerPoint slides die tijdens deze contactmomenten gebruikt worden, zijn vooraf ter beschikking op het elektronisch leerplatform TOLEDO.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Psychologie van de adolescentie en de jongvolwassenheid (B-KUL-O2A55a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Evaluatievorm
Schriftelijk examen met open vragen.

ECTS Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2 (sem 1) (B-KUL-O0G41A)

3 studiepunten Nederlands 0 Eerste semesterEerste semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Leerresultaten

De student is in staat en bereid om op basis van theoretische kaders en wetenschappelijk onderzoek recente ontwikkelingen en uitdagingen m.b.t. het leraarschap,  de schoolorganisatie en de relatie tussen onderwijs en samenleving te bestuderen, kritisch te evalueren en een eigen standpunt in te nemen. Daarenboven is de student bereid en in staat om - mede in het licht van de eigen professionalisering - over het eigen standpunt in gesprek te gaan en op grond van nieuwe inzichten dit standpunt desgevallend bij te stellen.

Vormingsdoelen

De student is in staat en bereid om op een genuanceerde en beargumenteerde wijze een eigen standpunt te ontwikkelen ten aanzien van actuele kwesties op de volgende domeinen: pedagogisch-onderwijskundig (bv. visie op leren en de ondersteuning ervan), sociaal-politiek (bv. visies op onderwijs- en schoolbeleid, relatie vrijheid-controle), sociaal-economisch (bv. onderwijsgelijkheid, visies en initiatieven hieromtrent, aspecten rond diversiteit), levensbeschouwelijk (bv. pedagogische vrijheid en diversiteit) en cultureel-wetenschappelijk (bv. rol van deskundigheid, betekenis van onderwijskwaliteit).

De student kan zijn/haar/hun pedagogische en didactische opdracht en de algemene rol van de school/het onderwijs op een kritische wijze benaderen en evalueren tegen het licht van (historische) ontwikkelingen in de samenleving en de wetenschap, en is zich bewust van ontwikkelingen in (onderwijssystemen in) andere landen. De student kan op basis hiervan een genuanceerd en beargumenteerd standpunt innemen en een visie formuleren.

Volgtijdelijkheidsvoorwaarden



GELIJKTIJDIG( P0V17A ) OF GELIJKTIJDIG( P0V22A )


P0V17AP0V17A : Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 1)
P0V22AP0V22A : Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 2)

Identieke opleidingsonderdelen

O0G43A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2 (sem 2)

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2: events (sem 1) (B-KUL-O0G41a)

2 studiepunten : Bachelorproef 0 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

‘Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs: events’ betreft thema’s die zich op micro-, meso- en/of macroniveau situeren. De events zijn ingedeeld in verschillende categorieën:

* De leerling en het leren;

* Leeromgevingen en leraarschap;

* Schoolorganisatie, schoolbeleid en professionele ontwikkeling;

* Onderwijssystemen, onderwijsbeleid en onderwijskwaliteit;

* Onderwijsconcepten en curriculum.

 

Studiemateriaal

Studiemateriaal wordt via Toledo ter beschikking gesteld.

Toelichting werkvorm

Er worden (verspreid over de verschillende vestigingsplaatsen, al dan niet technologisch ondersteund en al dan niet gebundeld) activiteiten georganiseerd die een verschillende vorm kunnen aannemen. Per semester worden twee LIMBOraties gehouden. Dit neemt veelal de vorm aan van een inleiding door panelleden en een gestructureerde discussie tussen panelleden en de studenten.
Elke activiteit telt voor een aantal LIMBOpunten. Per activiteit wordt bepaald hoe de student actieve deelname kan aantonen. Studenten dienen 45 LIMBOpunten te verzamelen waarbij één LIMBOpunt staat voor 45 à 60 minuten studietijd:

* Studenten kiezen minstens één LIMBOratie.

* Maximum 10 LIMBOpunten kunnen worden vervangen door een externe nascholing na goedkeuring (procedure zie Toledo).

* Andere modaliteiten zijn mogelijk voor studenten met LIO-valorisaties. Deze worden beschreven op Toledo.

Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2: opdracht (sem 1) (B-KUL-O0G42a)

1 studiepunten 0 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

Er is geen specifieke inhoud. De inhouden diepen uit en verbreden wat aan de orde wordt gesteld in Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs deel 1 en deel 2 zijn hier relevant.

Via Toledo kunnen studenten zich inschrijven voor optionele (maar wel voorbereide) begeleidingsmomenten.

Studiemateriaal

Het studiemateriaal bestaat uit de specifieke richtlijnen en de mogelijkheden om tussentijdse feedback te ontvangen.

Toelichting werkvorm

Op grond van de inzichten verworven in de verschillende onderdelen maken studenten on-campus een opdracht die bestaat uit het beargumenteren van stellingen. Alle verdere informatie staat op Toledo.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2 (sem 1) (B-KUL-O2G41a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Paper/Werkstuk, Medewerking tijdens contactmomenten

ECTS Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2 (sem 2) (B-KUL-O0G43A)

3 studiepunten Nederlands 0 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Leerresultaten

De student is in staat en bereid om op basis van theoretische kaders en wetenschappelijk onderzoek recente ontwikkelingen en uitdagingen m.b.t. het leraarschap,  de schoolorganisatie en de relatie tussen onderwijs en samenleving te bestuderen, kritisch te evalueren en een eigen standpunt in te nemen. Daarenboven is de student bereid en in staat om - mede in het licht van de eigen professionalisering - over het eigen standpunt in gesprek te gaan en op grond van nieuwe inzichten dit standpunt desgevallend bij te stellen.

Vormingsdoelen

De student is in staat en bereid om op een genuanceerde en beargumenteerde wijze een eigen standpunt te ontwikkelen ten aanzien van actuele kwesties op de volgende domeinen: pedagogisch-onderwijskundig (bv. visie op leren en de ondersteuning ervan), sociaal-politiek (bv. visies op onderwijs- en schoolbeleid, relatie vrijheid-controle), sociaal-economisch (bv. onderwijsgelijkheid, visies en initiatieven hieromtrent, aspecten rond diversiteit), levensbeschouwelijk (bv. pedagogische vrijheid en diversiteit) en cultureel-wetenschappelijk (bv. rol van deskundigheid, betekenis van onderwijskwaliteit).

De student kan zijn/haar/hun pedagogische en didactische opdracht en de algemene rol van de school/het onderwijs op een kritische wijze benaderen en evalueren tegen het licht van (historische) ontwikkelingen in de samenleving en de wetenschap, en is zich bewust van ontwikkelingen in (onderwijssystemen in) andere landen. De student kan op basis hiervan een genuanceerd en beargumenteerd standpunt innemen en een visie formuleren.

Volgtijdelijkheidsvoorwaarden



GELIJKTIJDIG( P0V17A ) OF GELIJKTIJDIG( P0V22A )


P0V17AP0V17A : Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 1)
P0V22AP0V22A : Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 2)

Identieke opleidingsonderdelen

O0G41A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2 (sem 1)

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2: events (sem 2) (B-KUL-O0G43a)

2 studiepunten 0 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

‘Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs: events’ betreft thema’s die zich op micro-, meso- en/of macroniveau situeren. De events zijn ingedeeld in verschillende categorieën:

* De leerling en het leren;

* Leeromgevingen en leraarschap;

* Schoolorganisatie, schoolbeleid en professionele ontwikkeling;

* Onderwijssystemen, onderwijsbeleid en onderwijskwaliteit;

* Onderwijsconcepten en curriculum.

Studiemateriaal

Studiemateriaal wordt via Toledo ter beschikking gesteld.

Toelichting werkvorm

Er worden (verspreid over de verschillende vestigingsplaatsen, al dan niet technologisch ondersteund en al dan niet gebundeld) activiteiten georganiseerd die een verschillende vorm kunnen aannemen. Per semester worden twee LIMBOraties gehouden. Dit neemt veelal de vorm aan van een inleiding door panelleden en een gestructureerde discussie tussen panelleden en de studenten.
Elke activiteit telt voor een aantal LIMBOpunten. Per activiteit wordt bepaald hoe de student actieve deelname kan aantonen. Studenten dienen 45 LIMBOpunten te verzamelen waarbij één LIMBOpunt staat voor 45 à 60 minuten studietijd:

Studenten kiezen minstens één LIMBOratie.

Maximum 10 LIMBOpunten kunnen worden vervangen door een externe nascholing na goedkeuring (procedure zie Toledo).

Andere modaliteiten zijn mogelijk voor studenten met LIO-valorisaties. Deze worden beschreven op Toledo.

Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2: opdracht (sem 2) (B-KUL-O0G44a)

1 studiepunten 0 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Er is geen specifieke inhoud. De inhouden diepen uit en verbreden wat aan de orde wordt gesteld in Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs deel 1 en deel 2 zijn hier relevant.

Via Toledo kunnen studenten zich inschrijven voor optionele (maar wel voorbereide) begeleidingsmomenten.

Studiemateriaal

Het studiemateriaal bestaat uit de specifieke richtlijnen en de mogelijkheden om tussentijdse feedback te ontvangen.

Toelichting werkvorm

Op grond van de inzichten verworven in de verschillende onderdelen maken studenten on-campus een opdracht die bestaat uit het beargumenteren van stellingen. Alle verdere informatie staat op Toledo.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2 (sem 2) (B-KUL-O2G43a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Paper/Werkstuk, Medewerking tijdens contactmomenten

ECTS Bouwstenen van een krachtige leeromgeving (sem 1) (B-KUL-O0G45A)

3 studiepunten Nederlands 6 Eerste semesterEerste semester
Charlier Nathalie (coördinator) |  Charlier Nathalie |  Behiels Liesa (medewerker) |  Gevaert Greet (medewerker) |  Medaer Jan (medewerker)

Doelstellingen

  • Het OPO reikt onderzoeksgebaseerde, theoretisch-conceptuele kaders aan voor drie krachtlijnen: diversiteit, educatieve technologie, klasmanagement.
  • Het OPO geeft inzicht in het samenspel tussen en op elkaar inhaken van de drie krachtlijnen.
  • De onderzoeksgebaseerde theoretisch-conceptuele kaders worden in samenhang met concrete casussen aangebracht, die de effectiviteit en meerwaarde van de kaders in een leeromgeving illustreren.
  • Studenten passen de theoretisch-conceptuele kaders toe door concrete casussen te analyseren, erover te reflecteren en ze te bespreken.
  • Studenten koppelen de onderzoeksgebaseerde, theoretisch-conceptuele kaders voor drie krachtlijnen evenals de casussen terug naar algemene leer- en onderwijstheorieën.
  • Inzichten in de drie krachtlijnen worden herkenbaar, toepasbaar en doorvertaalbaar gemaakt in de context van (diversiteits)stage en vakdidactiek.

Begintermen

De inhouden en activiteiten van dit OPO impliceren dat de studenten de inhouden, vaardigheden en attitudes van het OPO ‘Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1’  gelijktijdig met dit OPO verwerven of al hebben verworven.

Volgtijdelijkheidsvoorwaarden



GELIJKTIJDIG( P0V17A ) OF GELIJKTIJDIG( P0V22A )


P0V17AP0V17A : Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 1)
P0V22AP0V22A : Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 2)


Identieke opleidingsonderdelen

O0G46A: Bouwstenen van een krachtige leeromgeving (sem 2)

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Bouwstenen van een krachtige leeromgeving (sem 1) (B-KUL-O0G45a)

3 studiepunten : Opdracht 6 Eerste semesterEerste semester
Charlier Nathalie |  Behiels Liesa (medewerker) |  Gevaert Greet (medewerker) |  Medaer Jan (medewerker)

Inhoud

Het OPO focust op drie thema’s die een belangrijke rol spelen in de groei naar professioneel leraarschap en mee het fundament vormen van de maatschappelijke rol van de leraar: klasmanagement, educatieve technologie en diversiteit. Vertrekkende van concrete situatieschetsen in de klaspraktijk wordt de brug gelegd naar theoretische kaders, die helpen situaties in de klaspraktijk te lezen, te doorgronden en hierover te reflecteren. Het OPO vervult in deze zin dus een brugfunctie tussen algemene theorieën rond leren en onderwijs en de vakdidactiek en stage.  

Studenten verwerven handvatten om bij het maken van lesvoorbereidingen een overwogen keuze te kunnen maken.  

Studiemateriaal

Modules op Toledo Ultra: klasmanagement, educatieve technologie en diversiteit

Toelichting werkvorm

Online asynchroon leren

Dit OPO wordt aangeboden in de vorm van een inleidend hoorcollege (on-campus) en een intervisie (on-campus of synchroon online), in combinatie met drie modules digitaal afstandsleren, waarin inhouden en inzichten (theorievorming en resultaten uit onderzoek) telkens worden afgewisseld met toepassing van de verworven inzichten op praktijken.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Bouwstenen van een krachtige leeromgeving (sem 1) (B-KUL-O2G45a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Verslag, Presentatie, Medewerking tijdens contactmomenten, Procesevaluatie

Toelichting

De score wordt bepaald door:

  • het doorlopen van de online leermodules m.i.v. de hierin opgenomen opdrachten
  • het voorbereiden, kwaliteitsvol ontwerpen en tijdig indienen van de casusopdracht
  • actieve deelname aan de intervisie

Toelichting bij herkansen

Deze evaluatie is identiek aan de evaluatievorm van de 1ste zittijd.

ECTS Bouwstenen van een krachtige leeromgeving (sem 2) (B-KUL-O0G46A)

3 studiepunten Nederlands 6 Tweede semesterTweede semester
Charlier Nathalie (coördinator) |  Charlier Nathalie |  Behiels Liesa (medewerker) |  Gevaert Greet (medewerker) |  Medaer Jan (medewerker)

Doelstellingen

  • Het OPO reikt onderzoeksgebaseerde, theoretisch-conceptuele kaders aan voor drie krachtlijnen: diversiteit, educatieve technologie, klasmanagement.
  • Het OPO geeft inzicht in het samenspel tussen en op elkaar inhaken van de drie krachtlijnen.
  • De onderzoeksgebaseerde theoretisch-conceptuele kaders worden in samenhang met concrete casussen aangebracht, die de effectiviteit en meerwaarde van de kaders in een leeromgeving illustreren.
  • Studenten passen de theoretisch-conceptuele kaders toe door concrete casussen te analyseren, erover te reflecteren en ze te bespreken.
  • Studenten koppelen de onderzoeksgebaseerde, theoretisch-conceptuele kaders voor drie krachtlijnen evenals de casussen terug naar algemene leer- en onderwijstheorieën.
  • Inzichten in de drie krachtlijnen worden herkenbaar, toepasbaar en doorvertaalbaar gemaakt in de context van (diversiteits)stage en vakdidactiek.

 

Begintermen

De inhouden en activiteiten van dit OPO impliceren dat de studenten de inhouden, vaardigheden en attitudes van het OPO ‘Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1’ gelijktijdig met dit OPO verwerven of al hebben verworven.

Volgtijdelijkheidsvoorwaarden



GELIJKTIJDIG( P0V17A ) OF GELIJKTIJDIG( P0V22A )


P0V17AP0V17A : Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 1)
P0V22AP0V22A : Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 2)


Identieke opleidingsonderdelen

O0G45A: Bouwstenen van een krachtige leeromgeving (sem 1)

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Bouwstenen van een krachtige leeromgeving (sem 2) (B-KUL-O0G46a)

3 studiepunten : Opdracht 6 Tweede semesterTweede semester
Charlier Nathalie |  Behiels Liesa (medewerker) |  Gevaert Greet (medewerker) |  Medaer Jan (medewerker)

Inhoud

Het OPO focust op drie thema’s die een belangrijke rol spelen in de groei naar professioneel leraarschap en mee het fundament vormen van de maatschappelijke rol van de leraar: klasmanagement, educatieve technologie en diversiteit. Vertrekkende van concrete situatieschetsen in de klaspraktijk wordt de brug gelegd naar theoretische kaders, die helpen situaties in de klaspraktijk te lezen, te doorgronden en hierover te reflecteren. Het OPO vervult in deze zin dus een brugfunctie tussen algemene theorieën rond leren en onderwijs en de vakdidactiek en stage.  

Studenten verwerven handvatten om bij het maken van lesvoorbereidingen een overwogen keuze te kunnen maken.  

Studiemateriaal

Modules op Toledo Ultra: klasmanagement, educatieve technologie en diversiteit

Toelichting werkvorm

Dit OPO wordt aangeboden in de vorm van een inleidend hoorcollege (on-campus) en een intervisie (on-campus of synchroon online), in combinatie met drie modules digitaal afstandsleren, waarin inhouden en inzichten (theorievorming en resultaten uit onderzoek) telkens worden afgewisseld met toepassing van de verworven inzichten op praktijken.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Bouwstenen van een krachtige leeromgeving (sem 2) (B-KUL-O2G46a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Verslag, Presentatie, Medewerking tijdens contactmomenten, Procesevaluatie

Toelichting

De score wordt bepaald door:

  • het doorlopen van de online leermodules m.i.v. de hierin opgenomen opdrachten,
  • het voorbereiden, kwaliteitsvol ontwerpen en tijdig indienen van de casusopdracht,
  • actieve deelname aan de intervisie.

Toelichting bij herkansen

Deze evaluatie is identiek aan de evaluatievorm van de 1ste zittijd.

ECTS Bevorderen van wetenschappelijke geletterdheid (B-KUL-O0H16A)

6 studiepunten Nederlands 20 Beide semestersBeide semesters

Doelstellingen

Op grond van het opleidingsonderdeel zijn de studenten in staat

  • Het belang van wetenschappelijke geletterdheid te vertolken en te duiden vanuit het onderzoek over wetenschappelijke geletterdheid, i.e. onderzoeksvaardigheden, wetenschappelijk denken en weten hoe wetenschap werkt
  • Hun diepgaand inzicht in onderzoeksmethoden voor gedragswetenschappen te hanteren bij het analyseren van het onderzoek naar en de praktijk van het bevorderen van wetenschappelijke geletterdheid
  • Inzicht te hebben in de struikelblokken in het leren van wetenschappelijke geletterdheid
  • Op basis van het onderzoek naar het bevorderen van wetenschappelijke geletterdheid een omgeving voor leerlingen en leerkrachten te ontwikkelen die gericht is op het bevorderen van wetenschappelijke geletterdheid (incl. onderzoekshoudingen en/of onderzoeksvaardigheden)
  • Concreet onderzoek uit de gedragswetenschappen te gebruiken als authentieke context voor het vormgeven van deze omgeving

Vormingsdoelen

  • Studenten tonen in hun aanpak het belang van wetenschappelijke geletterdheid
  • Studenten geven blijk van grote bekommernis voor het laten verwerven van wetenschappelijke geletterdheid door leerlingen
  • Studenten scholen zich professioneel bij op het vlak van het bevorderen van wetenschappelijke geletterdheid.
  • Studenten zijn zich bewust van de struikelblokken in hun eigen wetenschappelijk redeneren.

Volgtijdelijkheidsvoorwaarden



GELIJKTIJDIG( P0V04B ) OF GELIJKTIJDIG( P0V12B ) OF GELIJKTIJDIG( P0U99A ) OF GELIJKTIJDIG( S0I05A ) OF GELIJKTIJDIG( P0U99B ) OF GELIJKTIJDIG( O0G76A ) OF GELIJKTIJDIG( O0G76A ) OF GELIJKTIJDIG( O0G74A ) OF GELIJKTIJDIG( O0G75A ) OF GELIJKTIJDIG( O0G77A )


P0V04BP0V04B : Stage psychologie en pedagogische wetenschappen: gedragswetenschappen en cultuurwetenschappen
P0V12BP0V12B : Stage psychologie en pedagogische wetenschappen: gedragswetenschappen
P0U99AP0U99A : Stage psychologie en pedagogische wetenschappen
S0I05AS0I05A : Stage maatschappijwetenschappen 1
P0U99BP0U99B : Stage psychologie en pedagogische wetenschappen
O0G76AO0G76A : Stage psychologie en pedagogische wetenschappen
O0G76AO0G76A : Stage psychologie en pedagogische wetenschappen
O0G74AO0G74A : Stage psychologie en pedagogische wetenschappen: context 1
O0G75AO0G75A : Stage psychologie en pedagogische wetenschappen: context 2
O0G77AO0G77A : Stage maatschappijwetenschappen

Onderwijsleeractiviteiten

Bevorderen van wetenschappelijke geletterdheid: colleges (B-KUL-P0V25a)

2 studiepunten : College 10 Beide semestersBeide semesters

Inhoud

Een belangrijke taak voor educatieve masters in de gedragswetenschappen is het bevorderen van wetenschappelijke geletterdheid. Zo nemen onderzoekscompetenties een centrale plaats in binnen de eindtermen, al blijkt uit onderzoek dat leerkrachten niet altijd goed weten hoe ze deze onderzoekscompetenties bij leerlingen kunnen bevorderen. Het omgaan met wetenschappelijk onderzoek én een onderzoekende houding worden bovendien vanuit het (internationale) beleid gezien als belangrijke 21st century skills die leerlingen en studenten dienen te verwerven. Ze zijn nodig om geïnformeerde beslissingen te nemen in het dagelijkse leven én om deel te nemen aan het maatschappelijke debat (vb. discussies over het klimaat).

In het opleidingsonderdeel worden een aantal colleges voorzien. Deze vertrekken vanuit een analyse van hoe wetenschappelijke geletterdheid in de huidige Vlaamse context aan bod komt. Vervolgens wordt bestudeert hoe deze wetenschappelijke geletterdheid in de wetenschappelijke literatuur wordt ingevuld. Hierbinnen kunnen drie lijnen van theorievorming onderscheiden worden, i.c. wetenschappelijke geletterdheid als (1) het uitvoeren van onderzoek of onderzoeksvaardigheden (scientific discovery) (2) het gebruiken van wetenschappelijk onderzoek om een argumentatie te onderbouwen (argumentation) (3) het begrijpen hoe wetenschap werkt en welke epistemologische opvattingen hieraan ten grondslag liggen (nature of science). De colleges behandelen de struikelblokken die leerlingen ervaren in het verwerven van deze verschillende aspecten van wetenschappelijke geletterdheid. Op een kritische manier worden interventies en leeromgevingen die gericht zijn op het bevorderen van wetenschappelijke geletterdheid geanalyseerd en hun effecten bediscussieerd. Tot slot wordt stil gestaan bij struikelblokken in wetenschappelijke geletterdheid van volwassenen en in ons eigen denken.

 

Studiemateriaal

Jaarlijks wordt een reader ter beschikking gesteld met wetenschappelijke publicaties over de ontwikkeling en het bevorderen van onderzoeksvaardigheden (scientific discovery), wetenschappelijk argumenteren (argumentation), en het begrijpen van wetenschap (nature of science).

Toelichting onderwijstaal

Nederlands met mogelijkheid van andere taal voor buitenlandse sprekers

Bevorderen van wetenschappelijke geletterdheid: opdracht (B-KUL-P0V26a)

4 studiepunten : Opdracht 10 Beide semestersBeide semesters

Inhoud

Om studenten op meta-niveau bewust te maken van het belang van wetenschappelijke geletterdheid en het bevorderen ervan worden zij geacht (a) een leeromgeving te ontwikkelen die wetenschappelijke geletterdheid kan bevorderen en (b) een nascholing uit te werken over wetenschappelijke geletterdheid.

Ter voorbereiding en ondersteuning van het ontwerpen van de leeromgeving en het ontwikkelen van de nascholing worden een aantal werksessies georganiseerd. Deze werksessies omvatten onder meer (1) het maken van analyse van de beginsituatie m.b.t. wetenschappelijke geletterdheid in een school (2) voorstellen en kritisch bespreken van bestaande interventies m.b.t. wetenschappelijke geletterdheid (3) het geven van peer-feedback geven op het ontwerp van de leeromgeving en nascholing van medestudenten.

Studiemateriaal

Jaarlijks wordt een reader ter beschikking gesteld met wetenschappelijke publicaties over de ontwikkeling en het bevorderen van onderzoeksvaardigheden (scientific discovery), wetenschappelijk argumenteren (argumentation), en het begrijpen van wetenschap (nature of science).

Toelichting werkvorm

Er worden enkele werksessies voorzien als voorbereiding en ondersteuning voor het ontwikkelen van de leeromgeving of de nascholing.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Bevorderen van wetenschappelijke geletterdheid (B-KUL-O2H16a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling, Paper/Werkstuk
Leermateriaal : Geen

Toelichting

De evaluatie neemt de vorm aan van een drietrapsraket:

  • Het ontwerpen van een leeromgeving die leerlingen aanzet tot het ontwikkelen van wetenschappelijke geletterdheid
  • Het ontwikkelen van een nascholing over wetenschappelijke geletterdheid, vertrekkend vanuit de beginsituatieanalyse van een school
  • Afrondend gesprek in de vorm van een mondeling take-home examen waarbij aan de hand van ter beschikking gestelde richtvragen de theoretische uitgangspunten van de leeromgeving en/of nascholing bevraagd worden.

Voor het ontwerpen van de leeromgeving en voor het ontwikkelen van de nascholing wordt van de studenten verwacht dat ze op een correcte wijze refereren naar de gebruikte bronnen en wetenschappelijke literatuur waarop ze zich baseren.

ECTS Professional Training and Development in Organisations (B-KUL-P0S38A)

5 ECTS English 48 First termFirst term Cannot be taken as part of an examination contract
N. |  Boon Anne (substitute)

Aims

After completing this course, students are able to:

1. apply the main theories of professional learning in profit and in non-profit organizations and show insight into the interdisciplinary background of such theories (e.g. economics, psychology, pedagogy, business studies).

2. analyse the learning needs and patterns of professionals, volunteers, ... in the context of labour and corporate organisations (companies, public administrations, social profit organisations, ...).

3. understand the basics of corporate training didactics and being able to apply these didactics to concrete corporate cases.

4. gain insights in and master the skills to intentionally facilitate learning in social, labour and corporate contexts.

5. understand research and practice of professional learning & development or HRD in different contexts.

6. understand and analyse HRD policies and models, are able to analyse HRD strategies and to evaluate HRD strategies.

Previous knowledge

Interest in scientific approaches towards HRD and labour pedagogy and strategic problems in organisations.
Basic insights in education, professional education and training, lifelong and life wide learning, non-formal education. Critical attitude towards and scientific interest in educational topics during the life course and in organisational and labour contexts. Ability and motivation to work in small groups.

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Professional Training and Development in Organisations (B-KUL-P0S38a)

5 ECTS : Lecture 48 First termFirst term
N. |  Boon Anne (substitute)

Content

The central focus is at the crossroads between professional learning and development theories, labour pedagogy and HRM, including research and applications in cases (Knowledge development and knowledge productivity - Competencies and development of competencies during the professional career - Constructing and facilitation of learning routes - Workplace learning - Didactics of corporate training in several settings - Evaluation and return on investment - Positions and roles of the instructor, trainer, coach, .. concerning facilitation and guidance of learning processes).

Further, a focus will be on designing and implementing training & development activities, optimising formal training & development activities and supporting informal learning.

Course material

See Toledo

Language of instruction: more information

All the course materials are in English.

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Professional Training and Development in Organisations (B-KUL-P2S38a)

Type : Partial or continuous assessment with (final) exam during the examination period

Explanation

The evaluation consists of a group work (5 out of 20 points) and an exam during the examination period (15 out of 20 points).

More information will be communicated in class and via Toledo at the start of the academic year.

ECTS Sociale en culturele pedagogiek (B-KUL-P0S63A)

5 studiepunten Nederlands 30 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Leerresultaten

Aan het einde van dit opleidingsonderdeel is de student in staat om:

- aan de hand van een theoretische duiding van werkingsprincipes en kernkwesties de eigenheid van de sociale en culturele pedagogiek op een genuanceerde wijze te begrijpen.
- het rijke landschap aan praktijken en organisaties waar de sociale en culturele pedagogiek voor staat, zowel in het verleden als vandaag, op een inzichtelijke wijze te verbinden met deze werkingsprincipes en kernkwesties.
- de manier waarop de sociale en culturele pedagogiek specifiek aandacht heeft voor de relatie educatie en democratisch burgerschap aan de hand van theoretische kaders en kernconcepten te articuleren en kritisch te analyseren/te beoordelen.

Vormingsdoelen

Tijdens en na dit opleidingsonderdeel wordt van de student verwacht dat hij/zij:

- bereid is om op een zelfstandige basis, en dit in constructief overleg of in samenwerking met anderen, een bijdrage te leveren tot verdere theorievorming en onderzoeksuitvoering over werkingsprincipes en kernkwesties van de sociale en culturele pedagogiek.
- bereid is om ten aanzien van actuele vraagstukken die zich stellen in het beleid ten aanzien van praktijken van sociale en culturele pedagogiek een duidelijk persoonlijk standpunt in te nemen en dit op een genuanceerde en beargumenteerde wijze te formuleren.

Begintermen

zie begintermen Bachelor Pedagogische Wetenschappen

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Sociale en culturele pedagogiek colleges (B-KUL-P0S63a)

4 studiepunten : College 24 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Sociale en culturele pedagogiek wil een bijdrage leveren aan belangrijke vragen inzake het samenleven vandaag. Ze ontwikkelt theorieën waar educatie in perspectief wordt geplaatst van de betrokkenheid van burgers op deze zoektocht en verbindt de inzet van educatie met belangrijke noties als democratie, emancipatie, sociale rechtvaardigheid en gelijkheid. Met deze cursus willen we een grondige inleiding bieden op waar de sociale en culturele pedagogiek voor staat en we kiezen ervoor om ons antwoord op te bouwen aan de hand van drie deelvragen. Het zijn vragen die het ons mogelijk maken om de rijkdom aan ideeën en praktijken te laten zien maar ons tegelijkertijd ook zal stimuleren om de eigen accenten en werkingsprincipes van de sociale en culturele pedagogiek op het spoor te komen.

De drie vragen die we achtereenvolgend zullen onderzoeken, zijn:

1. Wat maakt de sociale en culturele pedagogiek tot een specifieke pedagogiek  (naast bijvoorbeeld de onderwijspedagogiek en orthopedagogiek)?

2. Wat zijn typische en hedendaagse praktijken van de sociale en culturele pedagogiek?

3. Op welke manier levert de sociale en culturele pedagogiek een bijdrage aan burgerschapseducatie?

Studiemateriaal

Het studiemateriaal is een bundeling van teksten. In de keuze van de teksten is gezocht naar een ‘leerrijk’ evenwicht tussen drie soorten literatuurbronnen:

1. teksten waar de zoektocht naar theoretische verdieping centraal staat,
2. teksten waar een empirisch onderzoek wordt gepresenteerd,
3. teksten waar eigen aandachtspunten van een specifieke praktijk centraal staan.

In de cursus wordt tevens een onderscheid gemaakt tussen twee vormen van studiemateriaal:

1. Teksten die grondig gelezen en verwerkt moeten worden in functie van het examen. Aangeduid als ‘Examenstof’.
2. Films, websites, bijkomende teksten die worden aangeboden ter verdieping van de leerstof maar niet zullen bevraagd worden tijdens het examen. Aangeduid als ‘Teksten ter verdieping’.

Toelichting werkvorm

- inleidend college
- thematische hoorcolleges
- online leermodules en leesseminaries

Sociale en culturele pedagogiek: analyse van een praktijk (B-KUL-P0T53a)

1 studiepunten : Opdracht 6 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Analyse in groep van een praktijk ter verdieping van de leerstof: het uitschrijven van een analyse (rapport) en het presenteren van de bevindingen (via een powerpoint).

Studiemateriaal

- Een lijst aan relevante praktijkvoorbeelden waaruit één praktijk dus gekozen wordt.

- Een bundeling van teksten, films en websites. Het gaat om een ‘leerrijk’ evenwicht tussen drie soorten bronnen:

1. Bronnenmateriaal waar de zoektocht naar theoretische verdieping centraal staat,
2. Bronnenmateriaal waar een empirisch onderzoek wordt gepresenteerd,
3. Bronnenmateriaal waar eigen aandachtspunten van een specifieke praktijk centraal staan.

Toelichting werkvorm

Volgende onderwijsactiviteiten worden in het kader van dit vak georganiseerd:

- Zelfstudie: voorbereidende lectuur van teksten waarop in de hoorcolleges en in de oefening kan worden voortgebouwd.
- Hoorcolleges met uiteenzettingen over wetenschappelijke literatuur, met reflectiemomenten en bijkomend illustratiemateriaal (film, casestudies etc.).
- Analyse in groep van een praktijk ter verdieping van de leerstof: het uitschrijven van een analyse (rapport) en het presenteren van de bevindingen (via een powerpoint).

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Sociale en culturele pedagogiek (B-KUL-P2S63a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk, Paper/Werkstuk, Presentatie
Vraagvormen : Open vragen, Meerkeuzevragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Evaluatievorm:

1. Een taak tijdens het jaar waar studenten teksten zelfstandig verwerken en dit ook koppelen aan centrale inhouden van de cursus.
2. Schriftelijk examen tijdens de examenperiode met zowel open essayvragen als meerkeuzevragen (gesloten boek). 

Beoordeling:

De puntenverdeling wordt bij de start van het OPO bekend gemaakt via Toledo. Voor de meerkeuzevragen op het examen wordt een giscorrectie toegepast. De taal- en vormvereisten van de taak worden apart gequoteerd als geslaagd/niet geslaagd. Niet deelnemen aan het examen resulteert in een NA, wat in de puntentelling neerkomt op 0 voor het examen.

Voorwaarden:

De indiendata worden bij de start van het OPO bekend gemaakt via Toledo. Het tijdig inleveren van de taak is een voorwaarde om aan het examen en de tweede examenkans te mogen deelnemen. Het niet tijdig indienen van de taak resulteert in een NA voor het gehele opleidingsonderdeel.

Studenten moeten geslaagd zijn op de taal- en vormvereisten om te slagen voor de opdracht (= ontvankelijkheidsvoorwaarde). Bij niet slagen op de taal- en vormvereisten wordt de opdracht als niet afgelegd (NA) beschouwd, wat in de puntentelling neerkomt op 0 voor de opdracht.

Tweede examenkans:

In geval van een onvoldoende op het geheel, worden de geslaagde deelpunten op de paper of het examen overgedragen naar de derde examenperiode van datzelfde academiejaar. De herkansing van de taak bestaat uit de herwerking van de oorspronkelijke taak en niet uit een volledig nieuwe taak (d.w.z. er wordt verder gewerkt op de gekozen organisatie en er kan dus niet voor een andere organisatie worden gekozen). Ook voor de tweede examenkans geldt dat het tijdig indienen van de herwerkte taak een voorwaarde is om aan het examen in de derde examenperiode te mogen deelnemen. Het niet tijdig indienen van de herwerkte taak resulteert in een NA voor het gehele opleidingsonderdeel.

Studenten die hun taak tijdens de eerste examenkans niet (tijdig) inleverden, krijgen geen tweede examenkans.

ECTS Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 1) (B-KUL-P0V17A)

6 studiepunten Nederlands 18 Eerste semesterEerste semester

Doelstellingen

Leerresultaten

De student beschikt over een algemeen referentiekader (concepten, theorieën, modellen, jargon) met betrekking tot leren en onderwijzen (micro), schoolorganisatie en –beleid (meso), en onderwijsorganisatie en pedagogische visie (macro).  Dit referentiekader zorgt ervoor dat de student kan communiceren met leraren uit andere vakgebieden en andere onderwijsprofessionals (directie, CLB, …).

De student kan de resultaten van recent onderwijsonderzoek en vakdidactisch onderzoek begrijpen en interpreteren in het licht van hogergenoemd referentiekader. De student brengt waardering op voor het nut van dergelijk onderzoek. Maar de student begrijpt ook dat het inbrengen van resultaten uit onderwijsonderzoek in de concrete onderwijspraktijk (en in specifieke schoolvakken) vraagt om een vertaalslag en het maken van verschillende afwegingen.

Vormingsdoelen

De student is in staat en bereid om op een genuanceerde en beargumenteerde wijze een eigen standpunt te ontwikkelen ten aanzien van actuele kwesties op de volgende domeinen: pedagogisch-onderwijskundig (bv. visie op leren en de ondersteuning ervan), sociaal-politiek (bv. visies op onderwijs- en schoolbeleid, relatie vrijheid-controle), sociaal-economisch (bv. onderwijsgelijkheid, visies en initiatieven hieromtrent, aspecten rond diversiteit), levensbeschouwelijk (bv. pedagogische vrijheid en diversiteit) en cultureel-wetenschappelijk (bv. rol van deskundigheid, betekenis van onderwijskwaliteit).

De student kan zijn/haar pedagogische en didactische opdracht en de algemene rol van de school/het onderwijs op een kritische wijze benaderen en evalueren in het licht van (historische) ontwikkelingen in de samenleving en de wetenschap, en is zich bewust van ontwikkelingen in (onderwijssystemen in) andere landen. De student kan op basis hiervan een genuanceerd en beargumenteerd standpunt innemen en een visie formuleren.

Identieke opleidingsonderdelen

P0V22A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 2)

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 1) (B-KUL-P0V17a)

6 studiepunten : College 18 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

In ‘Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs 1’ (6 stp.) komen thema’s aan de orde op micro-, meso- en/of macroniveau. Afhankelijk van het specifieke thema gebeurt de invulling vanuit een onderwijskundige, -pedagogische, -filosofische, -sociologische, -historische, -juridische, -psychologische en/of -technologische invalshoek.

De modules betreffen de volgende thema’s:

  • het onderwijsbestel en de rechtspositie van de leerkracht met aandacht voor ontstaansgeschiedenis en maatschappelijke ontwikkelingen;
  • historische ontwikkelingen inzake pedagogisch en onderwijskundig denken mede als basis voor thans gehanteerde pedagogische projecten, visies en methoden;
  • de maatschappelijke betekenis van onderwijs zoals die voortdurend ter discussie staat en resulteert in diverse benaderingen van school en curriculum;
  • vrijheid en gelijkheid als terugkerende discussiepunten die het onderwijs mede vorm geven;
  • kwaliteit als een voortdurende zorg in het onderwijs waarbij aandacht wordt besteed aan verschillende invullingen van de notie ‘kwaliteit’ en hoe deze zich in het Vlaamse onderwijs manifesteren;
  • schoolcultuur, schoolorganisatie en collegialiteit;
  • communicatie (in diverse contexten en met verschillende zowel binnenschoolse als buitenschoolse partners) als essentieel basisproces in het onderwijs;
  • leertheorieën, -processen en –resultaten met inbegrip van elementen uit ontwikkelings- en adolescentiepsychologie en breinonderzoek;
  • omgaan met verschillen tussen leerlingen vanuit macro-, meso- en microperspectief;
  • bouwstenen van onderwijzen met inbegrip van evaluatie van leerlingen (doelen, inhouden/taken, werkvormen, media, onderwijsbenaderingen, evaluatie-instrumenten);
  • taalbeleid en de leraar als taalleerkracht (taal in niet-taalvakken, taal in grootstedelijke, multiculturele context, opvang van anderstalige nieuwkomers).

Studiemateriaal

Studiemateriaal wordt via Toledo ter beschikking gesteld en bestaat per module uit:

  • cursustekst
  • informatie over onderzoek
  • informatie over praktijkcasus

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

O0G63A : Opleiding tot leraar geschiedenis

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 1) (B-KUL-P2V17a)

Type : Examen buiten de normale examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk
Vraagvormen : Meerkeuzevragen
Leermateriaal : Computer

Toelichting

De beoordelingsschaal van dit opleidingsonderdeel is 'geslaagd/niet geslaagd'.

Studenten krijgen op meerdere momenten de kans een digitale toets over 8 van de modules af te werken. Er wordt gewerkt met een aangepaste cesuur bij de toetsen voor de modules.
Meer informatie over de digitale toetsen en de beoordeling is terug te vinden op Toledo. 

Toelichting bij herkansen

beoordeling met pass/fail

ECTS Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2 (sem 1) (B-KUL-P0V18A)

6 studiepunten Nederlands 90 Eerste semesterEerste semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Leerresultaten

De student is in staat en bereid om op basis van theoretische kaders en wetenschappelijk onderzoek recente ontwikkelingen en uitdagingen m.b.t. het leraarschap,  de schoolorganisatie en de relatie tussen onderwijs en samenleving te bestuderen, kritisch te evalueren en een eigen standpunt in te nemen. Daarenboven is de student bereid en in staat om - mede in het licht van de eigen professionalisering - over het eigen standpunt in gesprek te gaan en op grond van nieuwe inzichten dit standpunt desgevallend bij te stellen.

Vormingsdoelen

De student is in staat en bereid om op een genuanceerde en beargumenteerde wijze een eigen standpunt te ontwikkelen ten aanzien van actuele kwesties op de volgende domeinen: pedagogisch-onderwijskundig (bv. visie op leren en de ondersteuning ervan), sociaal-politiek (bv. visies op onderwijs- en schoolbeleid, relatie vrijheid-controle), sociaal-economisch (bv. onderwijsgelijkheid, visies en initiatieven hieromtrent, aspecten rond diversiteit), levensbeschouwelijk (bv. pedagogische vrijheid en diversiteit) en cultureel-wetenschappelijk (bv. rol van deskundigheid, betekenis van onderwijskwaliteit).

De student kan zijn/haar/hun pedagogische en didactische opdracht en de algemene rol van de school/het onderwijs op een kritische wijze benaderen en evalueren tegen het licht van (historische) ontwikkelingen in de samenleving en de wetenschap, en is zich bewust van ontwikkelingen in (onderwijssystemen in) andere landen. De student kan op basis hiervan een genuanceerd en beargumenteerd standpunt innemen en een visie formuleren.

 

Volgtijdelijkheidsvoorwaarden



GELIJKTIJDIG( P0V17A ) OF GELIJKTIJDIG( P0V22A )


P0V17AP0V17A : Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 1)
P0V22AP0V22A : Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 2)


Identieke opleidingsonderdelen

P0V20A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2 (sem 2)
P0V52A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V50A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V48A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V46A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V44A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V42A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V40A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V38A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V54A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V64A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V66A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V56A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V58A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V60A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V62A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V68A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2: events (sem 1) (B-KUL-P0V18a)

4 studiepunten : College 90 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

‘Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs: events’ betreft thema’s die zich op micro-, meso- en/of macroniveau situeren. De events zijn ingedeeld in verschillende categorieën:

  • De leerling en het leren;
  • Leeromgevingen en leraarschap;
  • Schoolorganisatie, schoolbeleid en professionele ontwikkeling;
  • Onderwijssystemen, onderwijsbeleid en onderwijskwaliteit;
  • Onderwijsconcepten en curriculum.

Het aanbod van cursussen, opleidingen die door (partners van) de KU Leuven worden aangeboden en extern worden gecertificeerd kan jaarlijks wisselen. Op dit moment staat gepland:

  • De identiteit van de katholieke school (erkend door Katholiek Onderwijs Vlaanderen)
  • EHBO Bedrijfseerstehulpverlener (erkend door Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg)

Studiemateriaal

Studiemateriaal wordt via Toledo ter beschikking gesteld.

Toelichting werkvorm

Er worden (verspreid over de verschillende vestigingsplaatsen, al dan niet technologisch ondersteund en al dan niet gebundeld) activiteiten georganiseerd die een verschillende vorm kunnen aannemen. Per semester worden twee LIMBOraties gehouden. Dit neemt veelal de vorm aan van een inleiding door panelleden en een gestructureerde discussie tussen panelleden en de studenten.
Elke activiteit telt voor een aantal LIMBOpunten. Per activiteit wordt bepaald hoe de student actieve deelname kan aantonen. Studenten dienen 90 LIMBOpunten te verzamelen waarbij één LIMBOpunt staat voor 45 à 60 minuten studietijd:

  • Studenten kiezen events uit minstens 3 van de 5 categorieën en minstens één LIMBOratie.
  • Maximum 27 LIMBOpunten kunnen worden vervangen door een cursus/opleiding verzorgd door (partners van) de KU Leuven die ook extern worden erkend.
  • Maximum 9 LIMBOpunten kunnen worden vervangen door een externe nascholing na goedkeuring (procedure zie Toledo).

Andere modaliteiten zijn mogelijk voor studenten met LIO-valorisaties. Deze worden beschreven op Toledo.

Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2: opdracht (sem 1) (B-KUL-P0V19a)

2 studiepunten : Opdracht 0 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

Er is geen specifieke inhoud. De inhouden diepen uit en verbreden wat aan de orde wordt gesteld in Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs deel 1 en deel 2 zijn hier relevant.

Via Toledo kunnen studenten zich inschrijven voor optionele (maar wel voorbereide) begeleidingsmomenten.

Studiemateriaal

Het studiemateriaal bestaat uit de specifieke richtlijnen en de mogelijkheden om tussentijdse feedback te ontvangen.

Toelichting werkvorm

Op grond van de inzichten verworven in de verschillende onderdelen van het opo schrijven studenten (naar keuze) een theoretisch onderbouwd en praktijkrelevant onderzoeksvoorstel, beleidsadvies of opiniebijdrage. Studenten kunnen tussentijds hun opdracht voorleggen om gerichte feedback te ontvangen.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2 (sem 1) (B-KUL-P2V18a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Paper/Werkstuk, Presentatie, Medewerking tijdens contactmomenten

Toelichting

De evaluatie betreft:

  • Actieve deelname aan minstens één LIMBOratie en events ter waarde van 90 LIMBOpunten incl. LIMBOratie) 
  • Paper waaruit blijkt dat doorgedacht is over de inhouden uit LIMBO1 en LIMBO2 mede vanuit het perspectief van het kritisch uittekenen van de eigen verdere professionalisering. De paper kan verschillende vormen aannemen. Een precieze opdrachtomschrijving alsook de specifieke beoordelingscriteria worden op Toledo ter beschikking gesteld..

ECTS Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2 (sem 2) (B-KUL-P0V20A)

6 studiepunten Nederlands 90 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Leerresultaten

De student is in staat en bereid om op basis van theoretische kaders en wetenschappelijk onderzoek recente ontwikkelingen en uitdagingen m.b.t. het leraarschap,  de schoolorganisatie en de relatie tussen onderwijs en samenleving te bestuderen, kritisch te evalueren en een eigen standpunt in te nemen. Daarenboven is de student bereid en in staat om - mede in het licht van de eigen professionalisering - over het eigen standpunt in gesprek te gaan en op grond van nieuwe inzichten dit standpunt desgevallend bij te stellen.

Vormingsdoelen

De student is in staat en bereid om op een genuanceerde en beargumenteerde wijze een eigen standpunt te ontwikkelen ten aanzien van actuele kwesties op de volgende domeinen: pedagogisch-onderwijskundig (bv. visie op leren en de ondersteuning ervan), sociaal-politiek (bv. visies op onderwijs- en schoolbeleid, relatie vrijheid-controle), sociaal-economisch (bv. onderwijsgelijkheid, visies en initiatieven hieromtrent, aspecten rond diversiteit), levensbeschouwelijk (bv. pedagogische vrijheid en diversiteit) en cultureel-wetenschappelijk (bv. rol van deskundigheid, betekenis van onderwijskwaliteit).

De student kan zijn/haar/hun pedagogische en didactische opdracht en de algemene rol van de school/het onderwijs op een kritische wijze benaderen en evalueren tegen het licht van (historische) ontwikkelingen in de samenleving en de wetenschap, en is zich bewust van ontwikkelingen in (onderwijssystemen in) andere landen. De student kan op basis hiervan een genuanceerd en beargumenteerd standpunt innemen en een visie formuleren.

 

Volgtijdelijkheidsvoorwaarden



GELIJKTIJDIG( P0V17A ) OF GELIJKTIJDIG( P0V22A )


P0V17AP0V17A : Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 1)
P0V22AP0V22A : Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 2)


Identieke opleidingsonderdelen

P0V54A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V64A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V66A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V18A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2 (sem 1)
P0V56A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V58A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V60A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V62A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V68A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V52A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V38A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V40A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V42A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V44A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V46A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V48A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2
P0V50A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2: events (sem 2) (B-KUL-P0V20a)

4 studiepunten : College 90 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

‘Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs: events’ betreft thema’s die zich op micro-, meso- en/of macroniveau situeren. De events zijn ingedeeld in verschillende categorieën:

  • De leerling en het leren;
  • Leeromgevingen en leraarschap;
  • Schoolorganisatie, schoolbeleid en professionele ontwikkeling;
  • Onderwijssystemen, onderwijsbeleid en onderwijskwaliteit;
  • Onderwijsconcepten en curriculum.

Het aanbod van cursussen, opleidingen die door (partners van) de KU Leuven worden aangeboden en extern worden gecertificeerd kan jaarlijks wisselen. Op dit moment staat gepland:

  • De identiteit van de katholieke school (erkend door Katholiek Onderwijs Vlaanderen)
  • EHBO Bedrijfseerstehulpverlener (erkend door Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg)

Studiemateriaal

Studiemateriaal wordt via Toledo ter beschikking gesteld.

Toelichting werkvorm

Er worden (verspreid over de verschillende vestigingsplaatsen, al dan niet technologisch ondersteund en al dan niet gebundeld) activiteiten georganiseerd die een verschillende vorm kunnen aannemen. Per semester worden twee LIMBOraties gehouden. Dit neemt veelal de vorm aan van een inleiding door panelleden en een gestructureerde discussie tussen panelleden en de studenten.
Elke activiteit telt voor een aantal LIMBOpunten. Per activiteit wordt bepaald hoe de student actieve deelname kan aantonen. Studenten dienen 90 LIMBOpunten te verzamelen waarbij één LIMBOpunt staat voor 45 à 60 minuten studietijd:

  • Studenten kiezen events uit minstens 3 van de 5 categorieën en minstens één LIMBOratie.
  • Maximum 27 LIMBOpunten kunnen worden vervangen door een cursus/opleiding verzorgd door (partners van) de KU Leuven die ook extern worden erkend.
  • Maximum 9 LIMBOpunten kunnen worden vervangen door een externe nascholing na goedkeuring (procedure zie Toledo).

Andere modaliteiten zijn mogelijk voor studenten met LIO-valorisaties. Deze worden beschreven op Toledo.

Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2: opdracht (sem 2) (B-KUL-P0V21a)

2 studiepunten : Opdracht 0 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Er is geen specifieke inhoud. De inhouden diepen uit en verbreden wat aan de orde wordt gesteld in Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs deel 1 en deel 2 zijn hier relevant.

Via Toledo kunnen studenten zich inschrijven voor optionele (maar wel voorbereide) begeleidingsmomenten.

Studiemateriaal

Het studiemateriaal bestaat uit de specifieke richtlijnen en de mogelijkheden om tussentijdse feedback te ontvangen.

Toelichting werkvorm

Op grond van de inzichten verworven in de verschillende onderdelen van het opo schrijven studenten (naar keuze) een theoretisch onderbouwd en praktijkrelevant onderzoeksvoorstel, beleidsadvies of opiniebijdrage. Studenten kunnen tussentijds hun opdracht voorleggen om gerichte feedback te ontvangen.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 2 (sem 2) (B-KUL-P2V20a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Paper/Werkstuk, Presentatie, Medewerking tijdens contactmomenten

Toelichting

De evaluatie betreft:

  • Actieve deelname aan minstens één LIMBOratie en events ter waarde van 90 LIMBOpunten incl. LIMBOratie)
  • Paper waaruit blijkt dat doorgedacht is over de inhouden uit LIMBO1 en LIMBO2 mede vanuit het perspectief van het kritisch uittekenen van de eigen verdere professionalisering. De paper kan verschillende vormen aannemen. Een precieze opdrachtomschrijving alsook de specifieke beoordelingscriteria worden op Toledo ter beschikking gesteld..
     

ECTS Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 2) (B-KUL-P0V22A)

6 studiepunten Nederlands 18 Tweede semesterTweede semester

Doelstellingen

Leerresultaten

De student beschikt over een algemeen referentiekader (concepten, theorieën, modellen, jargon) met betrekking tot leren en onderwijzen (micro), schoolorganisatie en –beleid (meso), en onderwijsorganisatie en pedagogische visie (macro).  Dit referentiekader zorgt ervoor dat de student kan communiceren met leraren uit andere vakgebieden en andere onderwijsprofessionals (directie, CLB, …).

De student kan de resultaten van recent onderwijsonderzoek en vakdidactisch onderzoek begrijpen en interpreteren in het licht van hogergenoemd referentiekader. De student brengt waardering op voor het nut van dergelijk onderzoek. Maar de student begrijpt ook dat het inbrengen van resultaten uit onderwijsonderzoek in de concrete onderwijspraktijk (en in specifieke schoolvakken) vraagt om een vertaalslag en het maken van verschillende afwegingen.

Vormingsdoelen

De student is in staat en bereid om op een genuanceerde en beargumenteerde wijze een eigen standpunt te ontwikkelen ten aanzien van actuele kwesties op de volgende domeinen: pedagogisch-onderwijskundig (bv. visie op leren en de ondersteuning ervan), sociaal-politiek (bv. visies op onderwijs- en schoolbeleid, relatie vrijheid-controle), sociaal-economisch (bv. onderwijsgelijkheid, visies en initiatieven hieromtrent, aspecten rond diversiteit), levensbeschouwelijk (bv. pedagogische vrijheid en diversiteit) en cultureel-wetenschappelijk (bv. rol van deskundigheid, betekenis van onderwijskwaliteit).

De student kan zijn/haar pedagogische en didactische opdracht en de algemene rol van de school/het onderwijs op een kritische wijze benaderen en evalueren in het licht van (historische) ontwikkelingen in de samenleving en de wetenschap, en is zich bewust van ontwikkelingen in (onderwijssystemen in) andere landen. De student kan op basis hiervan een genuanceerd en beargumenteerd standpunt innemen en een visie formuleren.

Identieke opleidingsonderdelen

P0V17A: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 1)

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 2) (B-KUL-P0V22a)

6 studiepunten : College 18 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

In ‘Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs 1’ (6 stp.) komen thema’s aan de orde op micro-, meso- en/of macroniveau. Afhankelijk van het specifieke thema gebeurt de invulling vanuit een onderwijskundige, -pedagogische, -filosofische, -sociologische, -historische, -juridische, -psychologische en/of -technologische invalshoek.

De modules betreffen de volgende thema’s:

  • het onderwijsbestel en de rechtspositie van de leerkracht met aandacht voor ontstaansgeschiedenis en maatschappelijke ontwikkelingen;
  • historische ontwikkelingen inzake pedagogisch en onderwijskundig denken mede als basis voor thans gehanteerde pedagogische projecten, visies en methoden;
  • de maatschappelijke betekenis van onderwijs zoals die voortdurend ter discussie staat en resulteert in diverse benaderingen van school en curriculum;
  • vrijheid en gelijkheid als terugkerende discussiepunten die het onderwijs mede vorm geven;
  • kwaliteit als een voortdurende zorg in het onderwijs waarbij aandacht wordt besteed aan verschillende invullingen van de notie ‘kwaliteit’ en hoe deze zich in het Vlaamse onderwijs manifesteren;
  • schoolcultuur, schoolorganisatie en collegialiteit;
  • communicatie (in diverse contexten en met verschillende zowel binnenschoolse als buitenschoolse partners) als essentieel basisproces in het onderwijs;
  • leertheorieën, -processen en –resultaten met inbegrip van elementen uit ontwikkelings- en adolescentiepsychologie en breinonderzoek;
  • omgaan met verschillen tussen leerlingen vanuit macro-, meso- en microperspectief;
  • bouwstenen van onderwijzen met inbegrip van evaluatie van leerlingen (doelen, inhouden/taken, werkvormen, media, onderwijsbenaderingen, evaluatie-instrumenten);
  • taalbeleid en de leraar als taalleerkracht (taal in niet-taalvakken, taal in grootstedelijke, multiculturele context, opvang van anderstalige nieuwkomers).

Studiemateriaal

Studiemateriaal wordt via Toledo ter beschikking gesteld en bestaat per module uit:

  • cursustekst
  • informatie over onderzoek
  • informatie over praktijkcasus

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 (sem 2) (B-KUL-P2V22a)

Type : Examen buiten de normale examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk
Vraagvormen : Meerkeuzevragen
Leermateriaal : Computer

Toelichting

Studenten krijgen op meerdere momenten de kans een digitale toets over 8 van de modules af te werken. 

Meer informatie over de digitale toetsen en de beoordeling is terug te vinden op Toledo. 

Toelichting bij herkansen

beoordeling met pass/fail

ECTS Didactiek van het hoger onderwijs (B-KUL-P0V27B)

6 studiepunten Nederlands 40 Tweede semesterTweede semester
Vandecandelaere Machteld |  Verburgh An (plaatsvervanger) |  Schouteden Wendy (medewerker)

Doelstellingen

Op grond van het opleidingsonderdeel zijn de studenten in staat

  • Hun inzicht te vertolken in het wetenschappelijk onderzoek t.a.v. deelproblematieken op het vlak van didactiek van hoger onderwijs
  • Onderwijspraktijken inzake hoger onderwijs theoretisch te duiden en onderzoeksonderbouwde optimaliseringsvoorstellen te formuleren
  • Zelfstandig en kritisch onderzoek inzake didactiek van hoger onderwijs te verwerken

 

Vormingsdoelen

  • Studenten ontwikkelen een interesse voor (evoluties op het vlak van) didactiek van hoger onderwijs, ze tonen hun interesse door actief op zoek te gaan naar informatie en daarover onderbouwd standpunt te nemen
  • Studenten scholen zich professioneel bij op het vlak van didactiek van hoger onderwijs

Begintermen

Studenten hebben inzicht in de factoren die de kwaliteit van onderwijs bepalen en dit zowel op micro-, meso-, als op macro-niveau.

Studenten zijn in staat enerzijds op hun ervaringen een beroep te doen bij het interpreteren van nieuwe informatie en anderzijds afstand te nemen van hun ervaringen om diepte-zicht op te bouwen.

Studenten zijn in staat zelfstandig wetenschappelijke literatuur te verwerken.

 

Identieke opleidingsonderdelen

P0V27A: Didactiek van het hoger onderwijs

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Didactiek van het hoger onderwijs: opdracht (B-KUL-O0G78a)

1 studiepunten : Opdracht 20 Tweede semesterTweede semester
Vandecandelaere Machteld |  Verburgh An (plaatsvervanger) |  Schouteden Wendy (medewerker)

Didactiek van het hoger onderwijs (B-KUL-P0V27a)

5 studiepunten : College 20 Tweede semesterTweede semester
Vandecandelaere Machteld |  Verburgh An (plaatsvervanger) |  Schouteden Wendy (medewerker)

Inhoud

In dit opleidingsonderdeel staan actuele deelthema’s t.a.v. de didactiek van hoger onderwijs centraal die onderzoeksmatig veel aandacht krijgen. Jaarlijks kunnen deze thema’s worden aangepast . Mogelijke thema’s zijn:

  • Maatschappelijke rol van hoger onderwijs (enculturatie – transformatie)
  • Curriculumontwikkeling in het hoger onderwijs
  • Werkvormen eigen aan hoger onderwijs
  • De rol van technologie in het kader van (de vernieuwing van) hoger onderwijs
  • Omgaan met verschillen tussen studenten in het hoger onderwijs (van toegangselectie tot universal design)

 

Toelichting werkvorm

Dit opleidingsonderdeel wordt in afstandsonderwijs aangeboden en omvat twee types activiteiten:

  • Online modules waarin thema’s worden ingeleid en geduid
  • Interactieve online discussiesessies waarin studenten op grond van een grondige lezing van de literatuur actuele casussen bespreken en elkaar bevragen en ondersteunen bij het identificeren van implicaties

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

P0V27A : Didactiek van het hoger onderwijs

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Didactiek van het hoger onderwijs (B-KUL-P2V27b)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Cursusmateriaal

ECTS Leer- en gedragsmoeilijkheden op school (B-KUL-P0X66A)

4 studiepunten Nederlands 26 Tweede semesterTweede semester
Gadeyne Els (coördinator) |  Baeyens Dieter |  Ghesquière Pol |  Gadeyne Els (plaatsvervanger)

Doelstellingen

Aan het eind van dit opleidingsonderdeel :

  • heeft de student zicht op een aantal frequent voorkomende leer- en gedragsproblemen die zich kunnen voordoen in het secundair onderwijs.
  • is de student sensitief om deze problemen (vroegtijdig) te identificeren in de dagelijkse onderwijspraktijk.
  • heeft de student kennis over verschillende interventiemogelijkheden die er bestaan binnen de onderwijscontext en hun inbedding in het brede veld van de jeugdhulpverlening. In het bijzonder is hij op de hoogte van zinvolle en efficiënte interventies voor leerkrachten en scholen wanneer ze met leer- of gedragsproblemen worden geconfronteerd.

Begintermen

Dit opleidingsonderdeel bouwt voort op module 7 'Verschillen tussen leerlingen in onderwijs' uit 'Leren in Maatschappelijk Betrokken Onderwijs, deel 1'. 

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Leer- en gedragsmoeilijkheden op school (B-KUL-P0X66a)

4 studiepunten : College 26 Tweede semesterTweede semester
Baeyens Dieter |  Ghesquière Pol |  Gadeyne Els (plaatsvervanger)

Inhoud

Een aantal relevante leer- en gedragsproblemen worden besproken door middel van een status questionis van het wetenschappelijk onderzoek: definitie, diagnose, prevalentie, etiologie, prognose en behandeling. Aansluitend wordt ingegaan op gepaste school-, klas- en leerlinggerichte interventies.

Volgende thema's komen aan bod:

Deel 1: Leerproblemen

  • Dyslexie
  • Dyscalculie

 

Deel 2: Gedragsproblemen

  • Aandachtstekortstoornissen
  • Externaliserend probleemgedrag
  • Internaliserend probleemgedrag
  • Autismespectrumstoornissen
  • Pesten op school

 

Deel 3: Zorg op school

  • Handelingsgericht werken
  • Centra voor Leerlingenbegeleiding

Studiemateriaal

Reader met literatuuropgaven.

Toelichting werkvorm

Tijdens de colleges wordt heel wat informatie meegegeven, maar wordt ook regelmatig ruimte gemaakt voor ervaringen en visies van studenten en uitwisseling tussen studenten.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Leer- en gedragsmoeilijkheden op school (B-KUL-P2X66a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Evaluatievorm:
Het examen is een combinatie van eerder kennisgerichte vragen en toepassingsgerichte vragen.

ECTS Begeleiding van onderwijsloopbaan en keuzeprocessen (B-KUL-P0X67A)

4 studiepunten Nederlands 22 Tweede semesterTweede semester

Doelstellingen

1) De studenten hebben inzicht verworven in de voornaamste psychologische theorieën over (onderwijs)loopbaankeuzes;
2) De studenten kunnen wetenschappelijk onderzoek dat relevant is voor de onderwijsloopbaan en keuzeprocessen en implicaties voor de begeleidingspraktijk begrijpen en kritisch evalueren;
3) Studenten kennen de structuur van het Vlaamse onderwijslandschap en kunnen belangrijke databanken efficiënt gebruiken om vragen over opleidingsmogelijkheden en onderwijsregelgeving in Vlaanderen te beantwoorden.

Identieke opleidingsonderdelen

P0W65A: Begeleiding van onderwijsloopbaan en keuzeprocessen

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Begeleiding van onderwijsloopbaan en keuzeprocessen: hoorcollege (B-KUL-P0W65a)

2 studiepunten : College 12 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

In een eerste deel worden belangrijke psychologische theorieën m.b.t. keuzeprocessen in de (onderwijs)loopbaan besproken. Ook wordt wetenschappelijk onderzoek besproken betreffende thema’s die relevant zijn voor de onderwijsloopbaan en de begeleiding daarvan (bijv. ontwikkeling van interesses, aanpassing aan transities). De implicaties voor de onderwijs- en begeleidingspraktijk worden telkens belicht.

Studiemateriaal

Reader met wetenschappelijke artikelen en slides Toledo

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

P0W65A : Begeleiding van onderwijsloopbaan en keuzeprocessen

Praktijkopdracht Onderwijsloopbaanbegeleiding (B-KUL-P0X68a)

2 studiepunten : Opdracht 10 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

In een tweede deel verkennen de studenten hoe (beleid over) onderwijsloopbaanbegeleiding concreet vorm kan krijgen in het basis-, secundair of hoger onderwijs (aan de hand van een schoolbezoek en/of interview). Zij beschrijven en evalueren dit op grond van de inzichten verworven in het opleidingsonderdeel. Zij schrijven hun bevindingen neer in een paper (5 pagina’s).

Studiemateriaal

Cursustekst en slides Toledo

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Begeleiding van onderwijsloopbaan en keuzeprocessen (B-KUL-P2X67a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk, Paper/Werkstuk, Vaardigheidstoets
Vraagvormen : Meerkeuzevragen, Open vragen, Gesloten vragen
Leermateriaal : Cursusmateriaal, Computer

Toelichting

Schriftelijk examen over Deel I (OLA 1)  (12 punten).

Over deel II (OLA2), schrijven studenten ook een paper (8 punten). De paper wordt ingediend ten laatste 3 weken voor het begin van de examenperiode.

Indien één deelexamen als NA wordt beoordeeld leidt dit tot een evaluatie NA voor het gehele opleidingsonderdeel.

 

 

 

 

ECTS Culture and Meaning (B-KUL-S0A40B)

6 ECTS English 26 First termFirst term
Houtman Dick |  N.

Aims

Upon completion of the course students have attained the following learning results:

  • Students know what is meant by ‘culture’ in the social sciences.
  • Students are aware of the specificity of the cultural-sociological approach as compared to the positivist tradition in sociology.
  • Students know that cultural sociology is substantively ‘open’, and can as such be applied to phenomena ranging from science and technology to religion, and from work to tourism or consumption.
  • Students know that, and understand why, cultural sociology can employ qualitative as well as quantitative methods.
  • Students know the principal characteristics of the classical cultural sociologies of Durkheim and Weber.
  • Students are aware of the intellectual drawbacks of essentialization and authentication (‘real religion’, ‘real sociology’, ‘real quality’).
  • Students know why the logic of contemporary fields like politics, tourism and consumption cannot be understood properly without taking the decisive role of the culture into account. 
  • Students are capable of describing and analyzing cultural phenomena in cultural-sociological terms.

The objectives are communicated at the beginning of the course.

Previous knowledge

Having followed S0A20A/ S0A20B Sociologie at the Faculty of Social Sciences, or a similar course, is recommended.

Onderwijsleeractiviteiten

Culture and Meaning (B-KUL-S0A40a)

6 ECTS : Lecture 26 First termFirst term
Houtman Dick |  N.

Content

This course consists of two parts:

Part 1: Culture and cultural sociology

The first part addresses the question of what culture is (learned ways of thinking, feeling and doing that people share with others) and the question into the specificity of cultural sociology. Cultural sociology is characterized as a type of sociology that understands culture as a social reality in and of itself. Culture is in this perspective thus not a mere ‘side issue’ that masks and distorts ‘real’ social reality, and can as such as a ‘dependent variable’ be explained from such an allegedly ‘more fundamental’ reality. Students are then introduced to the still relevant classical cultural sociologies of Weber and Durkheim, which are also used to demonstrate that cultural sociology can rely on quantitative as well as qualitative methods.

Part 2: Cultural sociology and the social significance of culture

The second part of the course then addresses examples of cultural-sociological analyses of social phenomena ranging from science and technology to religion, and from work to tourism and consumption.

Course material

  • English chapters and articles
  • Course slides

All course material is made available on Toledo.

Format: more information

Students are recommended to read the texts in advance, and have the opportunity to ask questions about the literature during the on-campus lectures.

Each of the lectures is recorded and is subsequently available on Toledo for one week. After the final lecture all recordings are made available once again.

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Culture and Meaning (B-KUL-S2A40b)

Type : Exam during the examination period
Description of evaluation : Written
Type of questions : Open questions
Learning material : None

Explanation

Evaluation characteristics
The written examination lasts three hours and consists of four to six open questions about the contents of the lectures and the literature. It aims to assess not only knowledge of the course contents, but also the ability to apply the latter to social phenomena.

Final grade
The course is evaluated by the teacher, as communicated via Toledo and the examination regulation. The final score is expressed as a mark out of 20 (rounded to a whole number).

Second examination opportunity
The evaluation characteristics and the determination of the final grade of the second examination opportunity are similar to those of the first examination opportunity, as expressed above.

ECTS Jongeren, onderwijs en kwetsbaarheid: service-learning binnen de educatieve master (B-KUL-S0I29A)

6 studiepunten Nederlands 22 Beide semestersBeide semesters Uitgesloten voor examencontract
Claes Ellen (coördinator) |  Agirdag Orhan |  Claes Ellen |  Galle Griet |  Van Nieuwenhuyse Karel |  Sampermans Dorien (medewerker)  |  Minder Meer

Doelstellingen

Leerresultaten

-  De studenten raken vertrouwd met de problematiek van beide doelgroepen (jongeren uit gezinnen met een lage sociaal-economische status en/of uit een etnisch-culturele minderheid); ze doen kennis en inzicht op in

  • wat begrepen wordt onder kwetsbaarheid en het ontstaan ervan;
  • de wisselwerking school - gezin in een kwetsbare situatie, de invloed die specifieke problemen van mensen uit deze doelgroepen uitoefenen op de schoolloopbaan en leervorderingen van de jongeren, de rol die scholen (onbedoeld) spelen in het genereren en versterken van kwetsbaarheid, en strategieën om de impact van kwetsbaarheid op de schoolse situatie te beperken;
  • de bestaande organisaties die werkzaam zijn binnen dit veld en intensief samenwerken met jongeren van ca. 12-18 jaar (deze leeftijdscategorie is nog vaak ‘onontgonnen terrein’) en hun leefomgeving;
  • de concrete situatie en denk- en leefwereld van de doelgroepen (sociaal-economische en etnisch-culturele profielen) in theoretisch en in praktisch opzicht, o.m. via het leren kennen van de jongeren, ouders en buurt door middel van een participerende observatie;
  • de specifieke problemen die mensen uit deze doelgroepen op verschillende vlakken (vb. fysisch, sociaal, psychologisch) ervaren;
  • het opzetten van respectvolle, effectieve en efficiënte communicatie met mensen uit deze doelgroepen (o.m. via het kunnen wisselen van perspectief).

- De studenten bieden, rekening houdend met alle kennis en inzicht die ze opdeden, een geëngageerde, verantwoordelijke, respectvolle en dienstbare ondersteuning aan mensen in een kwetsbare situatie, inzonderheid mensen met een lage sociaal-economische status en mensen uit een etnisch-culturele minderheid. De component ‘dienen’ gebeurt altijd met inachtneming van de driehoek jongere – gezin - buurt/leefwereld. Dit doen ze vanuit een open houding om zelf ook te leren uit deze concrete ervaringen.

- De studenten kunnen individueel en in groep reflecteren op de wijze waarop ze ondersteuning bieden en hun eigen perspectief in vraag stellen.

- De studenten kunnen vanuit hun dienstbare ervaring verwoorden hoe ze hiermee als toekomstige leraar rekening zullen houden zodat jongeren in een kwetsbare situatie echt gelijke kansen krijgen in het onderwijs.

- De studenten kunnen uitleggen hoe hun ervaring bij het ondersteunen van mensen uit deze doelgroepen ook op de vakinhoudelijke component van hun onderwijspraktijk een invloed heeft en kunnen de vormgeving van hun praktijk aan deze inzichten aanpassen.

- De studenten kunnen als ervaringsdeskundigen en met inzicht in de bestaande modellen van service-learning een relevante bijdrage leveren tot de uitbouw van een didactiek service-learning voor het secundair onderwijs.

Deze doelstellingen worden bij de start van de colleges aan de studenten gecommuniceerd.
 

Toelichting

Via service-learning brengen we de studenten van de Educatieve Master Opleidingen in contact met jongeren (ca. 12-18 jaar) uit gezinnen met een lage sociaal-economische status en/of uit een etnisch-culturele minderheid, met hun gezinnen en/of hun buurt. Dat contact verloopt niet in of via de school, maar via organisaties die deze jongeren en/of hun gezinnen ondersteunen, bijvoorbeeld aan huis, via een buurtwerking of via een cultureel project.

We stellen vast dat het huidige onderwijs de bestaande maatschappelijke ongelijkheid bevestigt. Bovendien behoren de toekomstige leraars secundair onderwijs meestal net niet tot etnisch-culturele minderheden en groepen met een lage sociaal-economische status, en hebben ze dus vaak geen affiniteit met jongeren en hun leefomgeving uit die minderheden. In dat verband zijn er prangende uitdagingen die we laten aangaan op het vlak van diversiteit en van maatschappelijke ongelijkheid. Vanuit het dienende contact met deze doelgroepen, vanuit een theoretische achtergrond en ervaringsgetuigenissen laten we de studenten kijken naar de verhouding tussen deze jongeren en het onderwijs: hoe kan ik als leraar (in het algemeen en specifiek voor mijn vak) rekening houden met mogelijke valkuilen, zodat ik de jongeren optimaal kansen op ontplooiing kan bieden?

Daarnaast maken de studenten kennis met de didactiek van service-learning en reflecteren ze ervaringsgericht over mogelijke manieren om als leraar in het secundair onderwijs een service-learning project op te zetten of eraan bij te dragen.

Numerus clausus

Zie begintermen

Begintermen

De student beschikt over de vaardigheden en houdingen die van een student bij de aanvang van een academische Master worden verwacht.

Numerus clausus

Voor dit opleidingsonderdeel geldt een numerus clausus van 20 studenten.

Identieke opleidingsonderdelen

O0D35A: Jongeren, onderwijs en kwetsbaarheid: service-learning binnen de specifieke lerarenopleiding

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Jongeren, onderwijs en kwetsbaarheid: service-learning binnen de educatieve master (B-KUL-S0I29a)

6 studiepunten : Practicum 22 Beide semestersBeide semesters

Inhoud

Academische component:

  • Inzicht in kwetsbaarheid algemeen (vanuit interdisciplinair perspectief)
  • Inzicht in (gevolgen van) (kans)armoede en etnisch-culturele diversiteit
  • Inzicht in wisselwerking school – gezin/buurt en school – maatschappelijke ongelijkheid
  • Inzicht in interculturele communicatie
  • Inzicht in stereotypering en stigmatisering en de rol van vooroordelen op leerkrachtgedrag
  • Inzicht in didactiek service-learning secundair onderwijs

Belangrijk: deze componenten worden niet alleen belicht door academische experten, maar ook door ervaringsdeskundigen.

 

Praktijkcomponent:

  • Uitleg over en kennisname van bestaande organisaties en initiatieven in het veld, gericht op de doelgroepen
  • (Passieve) participerende observatie ter inleving in de situatie
  • Actieve, dienstbare praktijkervaring service-learning met jongeren in hun eigen leefomgeving, d.w.z. gezin en/of buurt


Reflectiecomponent:

  • Intervisie en reflectie via terugkoppeling vanuit praktijkcomponent, participerende observatie naar de theoretische kaders (met specifieke aandacht voor de wederkerigheid in het leren) (seminarie)
  • Intervisie en reflectie via terugkoppeling vanuit praktijkcomponent actieve, dienstbare praktijkervaring naar de theoretische kaders (seminarie)
  • Publiek maken van de ervaringen van de studenten met service learning (schriftelijk, individueel werk)
  • Afsluitende reflectie over wat studenten op welke vlakken hebben ervaren en geleerd (individueel, creatieve neerslag)
  • Gezamenlijke intervisie (met studenten, titularissen en begeleidende lectoren) over wat van het geleerde kan worden meegenomen naar de vormgeving van de vakspecifieke praktijk (Wat bracht service-learning bij voor het vakinhoudelijke en vakdidactische aspect van de onderwijspraktijk?) (seminarie)
  • Publieke voorstelling van de reflecties en resultaten en een gezamenlijke (vreugdevolle) afsluiting. (eindpresentaties)

Studiemateriaal

Artikels en literatuur, voorbeeldmateriaal, multimedia en Toledo

Toelichting werkvorm

Er wordt een combinatie van werkvormen gebruikt. De theorie wordt aangebracht via colleges verzorgd door experten, via contacten en gesprekken met ervaringsdeskundigen en via inleef- en werksessies. De praktijk bestaat uit een stageluik. Reflectie gebeurt via intervisieseminaries en opdrachten. 

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Jongeren, onderwijs en kwetsbaarheid: service-learning binnen de educatieve master (B-KUL-S2I29a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Paper/Werkstuk, Ontwerp/Product, Verslag, Presentatie, Self assessment/Peer assessment, Medewerking tijdens contactmomenten, Portfolio, Procesevaluatie

Toelichting

Evaluatiekenmerken

De evaluatie gebeurt op basis van de inbreng in de seminaries en intervisies, het maatschappelijk engagement van de student, de kwaliteit van de praktische ervaring, reflecties, verslagen, en de actieve inbreng in en kwaliteit van de relevante bijdrage aan het design van service-learning voor het secundair onderwijs.
 

Bepaling van het eindresultaat

Het opleidingsonderdeel wordt beoordeeld door de docent, zoals meegedeeld via Toledo en de examenregeling. Het resultaat wordt berekend en uitgedrukt met een geheel getal op 20.

Toelichting bij herkansen

Er is geen tweede examenkans.

ECTS Filosofisch gesprek met kinderen en jongeren (B-KUL-S0I35A)

3 studiepunten Nederlands 20 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Bij het voltooien van dit opleidingsonderdeel hebben de studenten elk de volgende doelstellingen bereikt:

  • De studenten zijn gemotiveerd om filosofische gesprekken te voeren binnen en buiten het eigen vakdomein.
  • De studenten kunnen filosofische vragen stellen bij lesinhouden die aansluiten bij hun eigen vakdomein en bij aanverwante vakdomeinen.
  • De studenten kunnen een vragende, socratische attitude aannemen en integreren in het werken met hun doelgroep.
  • De studenten kunnen een filosofisch gesprek voorbereiden en opstarten met een groep.
  • De studenten kunnen de groep op een participatieve én efficiënte manier (op een beginnersniveau) begeleiden bij het voeren van een filosofisch gesprek.
  • De studenten kunnen de (zelf)reflectie van leerlingen stimuleren en ondersteunen en kunnen in de groep een veilige en vrije ruimte creëren waarbinnen dat mogelijk is.
  • De studenten hebben inzicht in verschillende methodes om een filosofisch gesprek te voeren.
  • De studenten hebben inzicht in de waarde, effecten en doelstellingen van het filosofisch gesprek.
  • De studenten kunnen reflecteren over een filosofisch gesprek dat ze observeren of begeleiden of waarin ze participeren.

Deze doelstellingen worden bij de start van de colleges aan de studenten gecommuniceerd.

Begintermen

Er is geen specifieke voorkennis vereist.

Studenten hebben ofwel reeds een bachelordiploma behaald, ofwel zijn zij max. 70 sp. verwijderd van het bachelordiploma.

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Didactiek filosofisch gesprek met kinderen en jongeren (B-KUL-S0I35a)

3 studiepunten : Practicum 20 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

De OLA bestaat uit 25 contacturen (in blokken van 2,5 uur). Aanwezigheid op alle contactmomenten is verplicht (zie evaluatie).

Deze OLA laat zien hoe je binnen je eigen discipline en aanverwante disciplines filosofische gesprekken kan voeren met een groep (leerlingen) over een onderwerp dat zich daartoe leent. Het is een kennismaking met het fenomeen ‘filosofische gesprekken’ en biedt de gelegenheid houdingen en vaardigheden uit de filosofische praktijk te oefenen en erover te reflecteren.

In vijf plenaire sessies worden de belangrijkste theoretische achtergronden voorgesteld, afgewisseld met korte oefeningen. De volgende thema's kunnen aan bod komen:

  • De praktische filosofie en het filosofisch gesprek, o.a. met kinderen en jongeren;
  • Waarde, effecten en doelstellingen van het filosofisch gesprek met kinderen en jongeren;
  • De houding van de filosofisch gespreksbegeleider: de maieutiek, het belang van ‘leeg’ luisteren.
  • De techniek van het kritisch denken: kunnen registreren van de spontane redenering en argumentatie van deelnemers en daarop doorvragen (beginselen van de argumentatieleer);
  • De kunst van het vragen stellen en vragend werken met een (klas)groep;
  • De structuur van een filosofisch gesprek;
  • Vergelijking tussen verschillende scholen/methodes in het filosofisch gesprek met kinderen en jongeren;
  • Achtergronden van de socratische methode en toepassingen en varianten van het socratisch gesprek. Verschillen en gelijkenissen met andere methodes in het filosoferen.

In vijf werkcolleges in groepen van ca. 20 studenten worden de studenten in het volgende begeleid:

  • een filosofisch gesprek opstarten vanuit een impuls
  • oefenen in het begeleiden van filosofische gesprekken
  • ideeën en werkvormen uitwisselen om te gebruiken in de klas
  • uitdenken van een onderzoeksvraag (voor de paper) en een impuls (voor de lesvoorbereiding)

Naast deze werkcolleges kunnen de studenten naar keuze enkele stagelessen 'filosofisch gesprek met kinderen en jongeren' begeleiden, zowel in het secundair als in het basisonderwijs. Als zij hiervoor interesse hebben, observeren ze eerst een les gegeven door de docent in het secundair en/of in het basisonderwijs. Nadien kunnen afspraken gemaakt worden met de leerkracht van de klas in kwestie. Precieze stageplekken worden nog bekend gemaakt bij aanvang van het seminarie.

Studiemateriaal

Verplicht studiemateriaal: het boek Kristof Van Rossem, Het filosofisch gesprek: De basis (Leuven: LannooCampus, 2020). Dit boek kan via de docent aangekocht worden.

Bijkomend aanbevolen studiemateriaal: op Toledo vinden de studenten achtergrondartikelen en een bibliografie met referenties aan boeken, artikelen, video’s, didactisch materiaal … die ze kunnen gebruiken als achtergrond bij de paper en de lesvoorbereiding.

Toelichting werkvorm

De contacturen vinden plaats in Leuven.

De eerste 12,5 contacturen zijn interactief. De theorie zoals uitgelegd in het boek wordt aangereikt aan de hand van korte oefeningen die meteen bruikbaar zijn in de (klas)groep.

Tijdens de volgende 12,5 contacturen (werkcolleges) worden vooreerst in groep filosofische gesprekken gevoerd en verschillende werkvormen uitgeprobeerd. De effecten en doelstellingen van de verschillende werkvormen worden samen besproken en in functie van bruikbaarheid geëvalueerd. Daarna oefenen de studenten ook in het zelf begeleiden van een filosofisch gesprek en krijgen ze hierop feedback.

 

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Filosofisch gesprek met kinderen en jongeren (B-KUL-S2I35a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Paper/Werkstuk, Vaardigheidstoets

Toelichting

Evaluatiekenmerken
De evaluatie bestaat uit drie opdrachten die samen de eindscore bepalen. 

  • De studenten schrijven een paper waarin zij een eigen onderzoeksvraag in verband met het filosofisch gesprek uitwerken en verbinden met een concreet filosofisch gesprek.
  • De studenten maken een lesvoorbereiding (voor één les) waarin zij een impuls uitwerken en een methode kiezen en beschrijven.
  • Tijdens de contactmomenten vindt een evaluatiemoment plaats waarbij elke student individueel een filosofisch gesprek begeleidt met enkele van de medestudenten. 

De inhoud, modaliteiten en deadlines van deze opdrachten worden door de docent(en) vastgelegd en gecommuniceerd via Toledo.

Bepaling van het eindresultaat

Het opleidingsonderdeel wordt beoordeeld door de docent(en), zoals meegedeeld via Toledo en de examenregeling. Het resultaat wordt berekend en uitgedrukt met een geheel getal op 20.

Het eindresultaat is een gewogen cijfer waarbij alle opdrachten in rekening genomen worden: 

  • De paper telt voor 50 % van het eindcijfer.
  • Het lesvoorbereidingsformulier staat op 20 % van het eindcijfer.
  • De kwaliteit van het leiden van het filosofisch gesprek staat op 20 % van het eindcijfer.
  • De peerevaluatie van een filosofisch gesprek staat op 10 % van het eindcijfer.

Er kan pas een eindcijfer gegeven worden wanneer alle opdrachten tijdig werden afgelegd. 

Aanwezigheid op alle contactmomenten is verplicht. Andere verplichtingen, zoals stage, tellen niet als geldige reden voor afwezigheid. Enkel wie een gewettigd document van afwezigheid (vb. ziekteattest) kan voorleggen, kan zich verontschuldigen. De docent kan in dat geval beslissen om de student een vervangopdracht te geven. Wanneer studenten om zwaarwichtige redenen gedurende een langere periode of regelmatig niet kunnen deelnemen aan de verplichte contactmomenten, verwittigen zij zo spoedig mogelijk de examenombuds. Er zal 10 % van het eindcijfer worden afgetrokken voor elke ongewettigde afwezigheid.

Indien de student één van de opdrachten niet tijdig indient of niet deelneemt aan één van de deelevaluaties, krijgt de student NA (niet afgelegd) voor het gehele opleidingsonderdeel.

Bij het indienen van de opdrachten wordt de afgesproken deadline gerespecteerd. Er wordt niet onderhandeld over mogelijke afwijkingen. Indien er zich bijzondere individuele omstandigheden hebben voorgedaan, dient men voor de deadline contact op te nemen met de ombudsdienst. Indien de deadline niet wordt gerespecteerd, krijgt het betrokken onderdeel de boordeling “niet-afgelegd”, tenzij om een gegronde reden na aanvraag een nieuwe indieningsdatum wordt bepaald.

Studenten zijn zelf verantwoordelijk voor het indienen van een werk dat vrij is van fraude en plagiaat (www.kuleuven.be/onderwijs/plagiaat) en dienen hiervoor de facultaire richtlijnen te volgen (https://soc.kuleuven.be/fsw/studentenportaal/examensreglementen/plagiaat). Schriftelijke opdrachten worden op plagiaat gecontroleerd. Plagiaat wordt bestraft met de sancties voorzien in het universitaire onderwijs- en examenreglement (http://www.kuleuven.be/onderwijs/oer/).

Toelichting bij herkansen

Studenten die niet geslaagd zijn en gebruik wensen te maken van een tweede examenkans, moeten contact opnemen met de lesgever om af te spreken welke opdrachten zij (opnieuw) moeten indienen en hoe ze dat moeten doen. De verdere instructies over tweede examenkans vindt de student op Toledo.

Wie tijdens de werkcolleges ongewettigd afwezig was, verliest opnieuw 10 % op het eindresultaat voor elke ongewettigde afwezigheid.
Wie de deadline bij de tweede examenkans overschrijdt zonder gegronde reden, krijgt een eindresultaat ‘niet afgelegd’.

ECTS Filosofie van de opvoeding en het onderwijs (B-KUL-W0AH7A)

4 studiepunten Nederlands 26 Eerste semesterEerste semester

Doelstellingen

Studenten Wijsbegeerte en studenten van de Educatieve Master Maatschappijwetenschappen vertrouwd maken met het domein van en specifieke thema’s uit de filosofie van de opvoeding en het onderwijs.

Begintermen

Geen

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Filosofie van de opvoeding en het onderwijs (B-KUL-W0AH7a)

4 studiepunten : College 26 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

Deze cursus behandelt centrale vragen in de filosofie van de opvoeding en het onderwijs. Wat is opvoeding en ontwikkeling? Welke opvoedingsdoelen en –middelen zijn er? Waarom heeft opvoeding en onderwijs waarde? Wat is onderwijzen? Welk onderwijsprogramma (curriculum) is verkieselijk? Wat zijn de ethische dimensies van onderwijs? Welke invloed hebben (autoritaire) instituties op het onderwijs en de opvoeding? Wat rechtvaardigt onderwijsplicht? Heeft opvoeding een intrinsieke rechtvaardiging? Kunnen deze vragen voor eens en voor altijd beantwoord worden, of zijn hun antwoorden afhankelijk van socio-culturele en historische factoren? Deze vragen en hun mogelijke antwoorden worden in de hoorcolleges bestudeerd aan de hand van: Stefaan E. Cuypers, Emilie of Over opvoeding, onderwijs en opera (Gompel&Svacina, 2020).

Studiemateriaal

1. Verplichte lectuur: Stefaan E. Cuypers, Emilie of Over opvoeding, onderwijs en opera (Gompel&Svacina, 2020).
2. Notities van de docent (beschikbaar op Toledo).

Toelichting werkvorm

Hoor- en discussiecolleges

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Filosofie van de opvoeding en het onderwijs (B-KUL-W2AH7a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Paper/Werkstuk, Presentatie

Toelichting

Voor de (reguliere) studenten die de colleges volgen is er geen formeel examen. De aanwezigheid in de colleges is verplicht; er worden absenties genomen. De punten worden gegeven voor 1) een collectieve pass-fail presentatie tijdens het laatste college in het kader van de "Ronde Tafel Discussie" en 2) een korte scriptie: een kritische reflexie (pro’s & contra’s, contrast & vergelijk) over een aspect naar keuze met betrekking tot de behandelde leerstof en het boek van de docent. De omvang van de getypte scriptie is maximaal # 1 500 # woorden (3½ - 4 blz. A4, interlinie 1,5). De deadline voor deze scriptie is de vrijdag, 17.00u, voor de examenperiode begint.

Voor studenten (in uitzonderingsgevallen met de officiële toestemming van de docent per e-mail) die de colleges niet kunnen volgen, of studenten die meer dan één (1) keer ongewettigd afwezig zijn, of studenten die afwezig zijn tijdens het laatste "Ronde Tafel Discussie"-college is er een bijkomend mondeling examen tijdens de examenperiode over hun zelfstudie van Stefaan E. Cuypers, Emilie of Over opvoeding, onderwijs en opera (Gompel&Svacina, 2020). Deze studenten kunnen aan het examen slechts deelnemen op voorwaarde dat hun scriptie (met dezelfde bepalingen als voor de normale studenten hierboven) reeds op voorhand is ingeleverd.

Van alle studenten wordt verwacht dat ze zich informeren over de facultaire richtlijnen voor papers en de facultaire richtlijnen inzake plagiaat.