Microcredential filosofische propedeuse (Leuven)

CQ Microcredential filosofische propedeuse (Leuven)

Opleiding

De Microcredential Filosofische propedeuse is een samenhangend, wat uitgebreider geheel van opleidingsonderdelen (vakken) op bachelorniveau waarvoor het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte een certificaat uitreikt. De Microcredential Filosofische propedeuse is bedoeld voor studenten die reeds een eerste introductie achter de rug hebben, bijvoorbeeld de Microcredential Filosofische Academie. Je verdiept je verder in de verschillende domeinen van de wijsbegeerte en je hebt meteen ook de mogelijkheid om een ruimer aantal eigen accenten te leggen via keuzeopleidingsonderdelen. 

Om de combinatie met een andere studie, werk en/of gezin te vergemakkelijken, kan je de opleidingsonderdelen en de examens spreiden over twee of zelfs meer jaren. Alle historisch-filosofische en systematisch-filosofische opleidingsonderdelen worden minstens om de twee jaar ook aangeboden in hybride onderwijs voor wie overdag niet op de campus aanwezig kan zijn (opgelet: de filosofische keuzeopleidingsonderdelen uit het 'Keuzegedeelte' niet). Op die manier kun je de Microcredential Filosofische propedeuse combineren met je hoofdopleiding of je baan.

Toelatingsvoorwaarden

Microcredential filosofische propedeuse (Leuven)onderwijsaanbod.kuleuven.be/2024/opleidingen/n/SC_54230072.htm#activetab=voorwaarden

Kwaliteit van de opleiding

Hier vind je een overzicht van de resultaten van de interne kwaliteitszorgmethode COBRA.

Onderwijskwaliteit op het niveau van de opleiding

Blauwdruk

Onderwijskwaliteit op het niveau van de universiteit


Meer info?

SC Microcredential filosofische propedeuse (Leuven)

programma

Het programma van de Microcredential Filosofische propedeuse telt ten minste 50 studiepunten. Het bestaat uit vijf verplichte opleidingsonderdelen (30 studiepunten), aangevuld met enkele opleidingsonderdelen te kiezen uit de keuzegroepen (min. 20 studiepunten). Voor de opleidingsonderdelen waarover je reeds met succes examen hebt afgelegd, bijvoorbeeld in de Microcredential filosofische academie, krijg je vrijstelling, na goedkeuring door de programmadirecteur.

De opleidingsonderdelen van het kerngedeelte, de systematisch-filosofische opleidingsonderdelen en de historisch-filosofische opleidingsonderdelen worden om de twee jaar aangeboden in hybride onderwijs. Voor het actuele lesrooster, klik op de link 'uurrooster' hierboven.

printECTS33.xsl

ECTS Bio-ethiek (B-KUL-E01E7A)

5 studiepunten Nederlands 26 Tweede semesterTweede semester

Doelstellingen

  • Inzicht verwerven omtrent de ontwikkeling van de bio-ethiek als antwoord op de medische revolutie.
  • Inzicht verwerven in specifieke bio-ethische themata zoals bijvoorbeeld IVF, prenatale diagnostiek, genetische screening, zwangerschapsafbreking en ouderschap.
  • Het aanreiken van een referentiekader waardoor studenten in staat zijn om via zelfstudie inzicht te verwerven in bio-ethische themata.

Begintermen

De minimale voorkennis betreft een inleiding in de fundamentele ethiek.

Onderwijsleeractiviteiten

Bio-ethiek (B-KUL-E08L5a)

3 studiepunten : College 26 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

In dit opleidingsonderdeel wordt een overzicht gegeven van de ontwikkeling van de bio-ethiek als antwoord op de medische revolutie. Vervolgens worden enkele specifieke bio-ethische themata behandeld.

1. Een inleiding in de bio-ethiek: Hoe is de bio-ethiek ontstaan? Onderzoeksmethoden? Wetenschappelijke omkadering?

2. Beoordeling van de evoluties in:

  • 2.1. de voortplantingstechnologie: In Vitro Fertilisatie, Medisch Begeleide Bevruchting met gameten en embyro’s van derden; pre-implantatie genetische diagnose; geslachtskeuze.
  • 2.2. de menselijke erfelijkheid: prenatale diagnose, genetische screening.
  • 2.3. zwangerschapsplanning: preventie van ongewenste zwangerschap, zwangerschapsafbreking, anticonceptie, sterilisatie.
  • 2.4. wetenschappelijk onderzoek met menselijke embryo’s.
  • 2.5. embryonaal stamcelonderzoek  en –therapie.
  • 2.6. medische beslissingen aan het levenseinde.
  • 2.7. het omgaan met grensoverschrijdend gedrag, uitwisseling van vertrouwelijke informatie.

3. Beoordeling van capita selecta uit de actualiteit van het biomedisch onderzoek.

 

Studiemateriaal

Het studiemateriaal voor de OPO omvat:

  • achtergrondliteratuur
  • presentaties (beschikbaar via TOLEDO)
  • beeldmateriaal
  • weblectures (onder voorbehoud)

Toelichting werkvorm

De lessen worden onder de vorm van hoorcolleges gedoceerd, waarbij zoveel mogelijk gebruik wordt gemaakt van activerende leeractiviteiten zoals het bediscussiëren van casusbesprekingen en heet gebruik van discussiefora.

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

E08L5A : Bio-ethiek

Bio-ethiek: verdiepend (B-KUL-W0WE0a)

2 studiepunten : Opdracht 0 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

In dit opleidingsonderdeel wordt een overzicht gegeven van de ontwikkeling van de bio-ethiek als antwoord op de medische revolutie. Vervolgens worden enkele specifieke bio-ethische themata behandeld zoals bijvoorbeeld IVF, prenatale diagnostiek, genetische screening, zwangerschapsafbreking en ouderschap.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Bio-ethiek (B-KUL-E21E7a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling

Toelichting

Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding (open boek).
Twee delen:

  • theoretische/toepassingsvraag;
  • het uitwerken, m.n. het uitschrijven en motiveren, van een opgegeven ethische stelling.

ECTS Chinese filosofie (B-KUL-F0TB1A)

4 studiepunten Nederlands 26 Eerste semesterEerste semester

Doelstellingen

Een introductie tot en reflectie op Chinese filosofische teksten uit hoofdzakelijk de vroege periode (Confucius, Mozi, Mencius, Laozi, Zhuangzi, Xunzi, en Hanfeizi) aan de hand van fragmenten uit primaire bronnen in (Engelse) vertaling. De focus ligt enerzijds op de hedendaagse relevantie en anderzijds op het bestaan van veelvoudige interpretaties.

 

Begintermen

De student heeft een basiskennis van filosofie of Chinese cultuur.

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Chinese filosofie (B-KUL-F0TB1a)

4 studiepunten : College 26 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

Een discussie van tekstuele fragmenten vanuit twee belangrijke insteken: (1) de veranderende visies op en gebruik van de taal; en (2) de veranderende verhouding tussen Hemel en mens. De focus ligt op de eerste bloeiperiode van de Chinese filosofie, nl. de 5de tot 3de eeuw voor onze jaartelling: Confucius, Mozi, Mencius, Laozi, Zhuangzi, Xunzi en Hanfeizi.

 

Studiemateriaal

Zie algemene info van dit vak

Toelichting werkvorm

  Zie algemene info van dit vak

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Chinese filosofie (B-KUL-F2TB1a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Paper/Werkstuk, Medewerking tijdens contactmomenten
Leermateriaal : Cursusmateriaal

Toelichting

Een paper in het Engels of Nederlands (5 pag., Times New Roman, font 12, interlinie 1.5, normale marges) over één vroeg Chinees tekstfragment in het licht van een hedendaagse topic (meer info op toledo). Deze paper telt voor het totaal van de punten voor dit vak. Er is wel één extra bonus punt voor actieve deelname aan de lessen.

Bij het schrijven van de paper respecteren studenten het facultaire plagiaatbeleid

ECTS Chinese Philosophy (B-KUL-F0UC2A)

4 ECTS English 26 First termFirst term

Aims

To introduce and reflect upon early Chinese texts through textual passages from primary sources in translation. The focus lies (1) on the interaction of the texts with contemporary issues and (2) on the possibility of different translations or interpretations. In the lecture notes, original textual passages are usually given only one translation; other options will be discussed in class. The lecture notes are in English, but the bibliographies include sources in other languages, including Dutch. Classes alternate between English (even years) and Dutch (uneven years).

Previous knowledge

The student is expected to have a basic understanding of philosophy or Chinese culture.
Knowledge of Chinese is not necessary for this course.

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Chinese Philosophy (B-KUL-F0UC2a)

4 ECTS : Lecture 26 First termFirst term

Content

The course notes contain discussions of textual passages from the perspective of two major concerns in the Chinese intellectual world: (1) the views on and uses of language and (2) views on the relationship of Heaven with humans. The main focus lies on the first eruption of different ideas in the ancient period (c. 5th – 3rd centuries BCE.) recorded in sources associated with or named after Confucius, Mozi, Mencius, Laozi, Zhuangzi, Xunzi, and Hanfeizi.

Language of instruction: more information

Knowledge of Chinese is not necessary for this course.

Format: more information

The students are expected to read the relevant course notes before class (one chapter per class). The lectures will discuss only a selection of the primary fragments in relation to a contemporary issue. This is followed by discussion or questions.

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Chinese Philosophy (B-KUL-F2UC2a)

Type : Continuous assessment without exam during the examination period
Description of evaluation : Paper/Project

Explanation

When writing the paper students respect the faculty's policy on plagiarism.

ECTS Media-ethiek (B-KUL-S0B06A)

4 studiepunten Nederlands 26 Tweede semesterTweede semester

Doelstellingen

Bij het voltooien van dit opleidingsonderdeel kan de student:

  • de morele verantwoordelijkheid van massamedia duiden als een sociale verantwoordelijkheid  
  • beargumenteren waarom het beoordelen van mediakwaliteit geen louter subjectieve aangelegenheid is
  • verduidelijken in welke zin media aansprakelijk zijn voor de publieke verstandhouding die ze in de hand werken
  • het begrip publieke verstandhouding omschrijven als de set van gemeenschappelijke mentale en emotionele categorieën en uitgangspunten die het mensen mogelijk maken om morele grenzen en sociale verwachtingen te kunnen inschatten, om hun gedrag op elkaar af te stemmen, om elkaar te begrijpen, om te participeren in een gemeenschappelijke leefwereld
  • het begrip publieke verstandhouding vanuit verschillende kaders toelichten (vanuit Locke’s opvattingen over ‘the law of fashion’, vanuit het symbolisch interactionisme, vanuit Goffmans opvattingen over frames; vanuit Durkheims opvattingen over morele druk; Mauss’ visie op classificatie en categorieën; Vygotsky’s en Bernsteins taaltheorie, Cassirers opvattingen over symbolische vormen)
  • verschillende soorten publieke verstandhoudingen onderscheiden (redelijke en onredelijke, formele en informele, particuliere en universele, discursieve en theoretische, statische en  dynamische, individualistische, enclavistische en positionele)
  • de morele waarde van die verschillende verstandhoudingen bespreken
  • angeven hoe massamedia een verstandhouding in de hand kunnen werken waarin redelijk overleg, begrip en onpartijdigheid een vanzelfsprekend karakter hebben.
  • aangeven hoe massamedia een chauvinistische en onverdraagzame mentaliteit in de hand kunnen werken.
  • het onderscheid en de gelijkenissen duiden tussen discursieve visies, wetenschappelijke theorieën en ideologieën
  • duiden waarop het  menselijk verlangen naar zekerheid en waardering berust en hoe dat verlangen aanleiding kan geven tot partijdigheid, onverdraagzaamheid en chauvinisme
  • morele kanttekeningen maken bij het preferentieparadigma van modern marketingonderzoek
  • toelichten in welke zin tal van actuele morele intuïties en politiek correcte opvattingen kaderen in een egalitair-liberale visie
  • aangeven hoe die traditie is gegroeid, aan welke impliciete noden ze tegemoet komt en op welke manier ze bijdraagt tot het consumentenparadigma.
  • beschrijven op welke manier media kunnen bijdragen tot engagement voor zaken die van publiek belang zijn
  • bespreken in welke zin journalistieke codes de publieke functie van journalistiek veilig stellen
  • duiden in welke zin ethiek niet kan worden opgevat als een isoleerbare discipline
  • de noodzaak beargumenteren van interdisciplinaire benadering van de verantwoordelijkheid van media
  • zich uitdrukken in geschreven en/of gesproken standaardtaal. Het helder geformuleerde antwoorden getuigen van helder inzicht. Chaotisch en ongenuanceerde uitdrukkingen verraden een gebrek aan inzicht. In die zin wordt taal geëvalueerd. Spelfouten en grammaticale fouten worden niet aangerekend. 

Deze doelstellingen worden bij de start van de colleges aan de studenten gecommuniceerd.

Begintermen

Het strekt tot aanbeveling dat studenten basiskennis hebben over de westerse sociale en culturele ontwikkeling en dat de studenten nieuwsgierig zijn, niet gemakkelijk iets op gezag aanvaarden en bereid zijn om spontane uitgangspunten in vraag te stellen.

Onderwijsleeractiviteiten

Media-ethiek (B-KUL-S0B06a)

4 studiepunten : College 26 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

De vijf hoofdstukken van de cursus kaderen het inzicht dat media  aansprakelijk zijn voor de morele mentaliteit en de publieke verstandhouding die ze in de hand werken.
1. componenten van een verstandhouding
2. soorten verstandhouding
3. individuele verlangens en behoeften
4. ideologiekritiek
5. de verantwoordelijkheid van media

Elke verstandhouding wordt gekenmerkt door karakteristieke conceptuele onderscheidingen en de daaraan gekoppelde grenzen en verwachtingen. De kwaliteit ervan kan sterk uiteenlopen. Een verstandhouding kan statisch zijn, alleen de op de eigen groep gerichte engagementen idealiseren en elke externe inmenging beschouwen als bedreigend. Een verstandhouding kan echter ook dynamisch, open en kritisch zijn waardoor aanmerkingen op de eigen groepsovertuigingen worden geaccepteerd. De toonaard van massacommunicatie, de fijnmazigheid van de door media gehanteerde begrippen en de grenzen en verwachtingen die via de huisstijlen van radiozenders, televisiekanalen en sociale netwerken worden gecultiveerd, geven onrechtstreeks vorm aan de publieke verstandhouding.

Binnen de actuele samenleving worden de discussies over de kwaliteit van media voortijdig afgerond met de bedenking dat iedereen voor zichzelf moet kunnen uitmaken wat hij goed, verantwoord of boeiend vindt, waarna men besluit dat in een markt met een voldoende gedifferentieerd aanbod, er zich met betrekking tot mediakwaliteit geen problemen stellen. In de cursus wordt uiteengezet hoe dit egalitair-liberale paradigma tot stand kwam en hoe het elk ernstig debat over de morele kwaliteit van media in de blokkeert.

Studiemateriaal

Bart Pattyn, Media en mentaliteit, Leuven, Lannoo-campus, (2014). Kan verkregen worden in de boekhandel.

Presentaties worden via Toledo ter beschikking gesteld.

Toelichting werkvorm

De inhoud wordt aangebracht via colleges en geïllustreerd met empirische of praktijkvoorbeelden, maar de studenten worden aangemoedigd vragen te stellen en over de inhoud te discussiëren. Het schrijven van een paper naar aanleiding van een essayvraag stimuleert de studenten zelfstandig met de geboden leerstof aan de slag te gaan bij het nadenken over de verantwoordelijkheid van massamedia. Deze paper wordt kort toegelicht op het examen. Hieruit moet blijken dat studenten de stof beheersen. De student dient de paper mee te nemen naar het examen, maar hoeft deze niet op voorhand in te leveren.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Media-ethiek (B-KUL-S2B06a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling, Paper/Werkstuk
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Cursusmateriaal

Toelichting

Het opleidingsonderdeel wordt beoordeeld door de docent(en), zoals meegedeeld via Toledo en de examenregeling. Het resultaat wordt berekend en uitgedrukt met een geheel getal op 20.
Open boek examen. De studenten mogen het boek naar het examen meebrengen. Er mag in dat boek gearceerd zijn maar er mogen geen aantekeningen in staan. Het examen bestaat uit twee open vragen; bovendien beantwoorden de studenten in een paper één essayvraag die op voorhand wordt doorgegeven.
De essayvraag wordt op het einde van het semester opgegeven via Toledo en wordt door de student op voorhand schriftelijk voorbereid in de vorm van een korte paper (2 bladzijden). De student komt met de paper naar het examen. De student mag de twee bijkomende vragen schriftelijk voorbereiden. Tijdens de evaluatie beantwoordt de student de twee bijkomende vragen. De examinator leest de paper als antwoord op de essayvraag en stelt daar eventueel bijkomende inzichtsvragen bij. De klemtoon ligt op inzicht. Het gebruik van uitdrukkingen en begrippen die ‘nagepraat’ worden zonder dat de student ze begrijpt, wordt negatief geëvalueerd. Reflectie, uitgewerkte vergelijkingen, goed geformuleerde gevolgtrekkingen worden positief geëvalueerd.

Indien de student de essayvraag niet voorbereidt dan krijgt de student voor dat onderdeel geen punten. De essayvraag geldt voor 1/3 van het totaalresultaat.

Een compact vertaalwoordoenboek gebruiken tijdens het examen is niet toegestaan.

De student beschikt over een voorbereidingstijd van ten minste 30 minuten.

Toelichting bij herkansen

De evaluatiekenmerken en bepaling eindresultaat van de tweede examenkans zijn identiek aan die van de eerste examenkans zoals hierboven beschreven.
Bij de herkansing geldt dezelfde essayvraag als bij de eerste zittijd. Het examen beantwoordt aan hetzelfde patroon.

ECTS Sociale ethiek (B-KUL-S0C13A)

4 studiepunten Nederlands 26 Eerste semesterEerste semester

Doelstellingen

Bij het voltooien van dit opleidingsonderdeel hebben de studenten de volgende leerresultaten bereikt:

  • De student heeft inzicht in de belangrijkste ethische theorieën over wat mensen aan elkaar verschuldigd zijn, met grote nadruk op theorieën van rechtvaardigheid.
  • De student begrijpt de werking van 'morele sentimenten' als altruïsme, reciprociteit, loyauteit en vertrouwen.
  • De student heeft een adequaat beeld van economische, sociologische en psychologische mensbeelden en de manier waarop die in instituties worden belichaamd.
  • De student heeft inzicht in de complexiteit van geven en helpen.
  • De student kan ethisch argumenteren over morele dilemma's en actuele kwesties.
  • De student kan een ethisch gefundeerd standpunt innemen in discussies over wenselijk gedrag.

Deze doelstellingen worden bij de start van de colleges aan de studenten gecommuniceerd.

Begintermen

Er is geen specifieke voorkennis vereist voor dit opleidingsonderdeel.

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Sociale ethiek (B-KUL-S0C13a)

4 studiepunten : College 26 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

Centraal in de cursus staat 'de kunst van het geven'. Inspiratiebron hierbij is de theorie van Marcel Mauss en aristotelische analyse van de philia (vriendschap of burgerzin). We tekenen een soort conceptuele kaart van cruciale morele motivaties en psychologische mechanismen. Komen onder meer aan bod: reciprociteit, vertrouwen, rechtvaardigheid, liefde, medelijden, solidariteit, verzekering, zelfopoffering, afgunst, jaloezie en diverse vormen en gradaties van egoïsme en altruïsme. Deze theorieën worden ook toegepast op de vraag naar de organisatie van de maatschappelijke solidariteit. Naast meer beschrijvende delen komen dus ook expliciet normatieve vragen aan bod.

De theorie van de gift wordt ingebed in de filosofie van het geld en in een theorie van rechtvaardigheid. We bespreken welke dingen beter niet te koop kunnen zijn, het basisinkomen, de ethische achtergronden van de sociale zekerheid en de vraag of managers hun hoge beloningen verdienen. Indien mogelijk besteed ik ook een les aan de problematiek van open grenzen en aan de ethiek van migratiebeleid.

Studiemateriaal

Om deze leeractiviteit vorm te geven wordt er met volgend studiemateriaal gewerkt:

  • Handboek: Vandevelde, A. (2017). Het Geweld van Geld. Leuven: Lannoo Campus.
  • Powerpoint-presentaties en aanvullende literatuur worden via Toledo ter beschikking gesteld.

Alle informatie over cursus en examen wordt meegedeeld tijdens het eerste hoorcollege en wordt bekend gemaakt via Toledo.

Toelichting werkvorm

Wekelijks hoorcollege. De hoorcolleges zijn interactief. De studenten worden gestimuleerd om kritisch mee te reflecteren over de thematiek in kwestie.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Sociale ethiek (B-KUL-S2C13a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Examenkenmerken
Op het examen worden drie vragen gesteld. Men mag die schriftelijk voorbereiden gedurende ongeveer een uur. De vragen peilen naar inzicht in de leerstof. De docent leest de schriftelijke voorbereiding en stelt daar nog enkele vraagjes bij. Creativiteit vanwege de studenten om eigen voorbeelden of toepassingen te verzinnen en kritisch denkvermogen wordt gewaardeerd.

Bepaling eindresultaat
Het opleidingsonderdeel wordt beoordeeld door de docent, zoals meegedeeld via Toledo en de examenregeling. Het resultaat wordt berekend en uitgedrukt met een geheel getal op 20.

Herkansen
De evaluatiekenmerken en de bepaling van het eindresultaat van de tweede examenkans zijn identiek aan die van de eerste examenkans zoals hierboven beschreven.

Toelichting bij herkansen

Zie ‘Toelichting’ onder ‘Evaluatieactiviteiten’ voor bijkomende informatie i.v.m. de tweede examenkans.

ECTS Ecofilosofie (B-KUL-W0AE2B)

4 studiepunten Nederlands 26 Eerste semesterEerste semester
N.

Doelstellingen

Het college beoogt de studenten vertrouwd te maken met de theorievorming en met belangrijke vraagstukken in de ecofilosofie. In meest algemene termen wordt onder ecofilosofie de filosofische reflectie op onze verhouding tot de meer-dan-menselijke wereld in het licht van de zogenaamde ecologische crisis verstaan.

Studenten moeten een inzicht verwerven in de multidisciplinariteit en complexiteit van de ecofilosofische problematiek. Ze moeten verder een kritische ingesteldheid ontwikkelen ten aanzien van voorgestelde analyses van de oorzaken alsook van de oplossingen voor de ecologische crisis. Ze moeten leren teksten over ecofilosofische vraagstukken kritisch te lezen met betrekking tot hun argumentatie, hun retoriek en hun ideologische vooronderstellingen. Ze moeten zich tenslotte uitgedaagd voelen om hun eigen positie ten aanzien van de behandelde vraagstukken te articuleren, kritisch te bevragen en te ontwikkelen.

Begintermen

Aangezien het college als keuzevak is opgenomen in verschillende andere opleidingen wordt er geen specialistische filosofische voorkennis verondersteld, maar wel een belangstelling voor abstracte filosofische vraagstellingen met betrekking tot het onderwerp. Evenmin wordt er vakkennis over ecofilosofie verondersteld.

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Ecofilosofie (B-KUL-W0AE2a)

4 studiepunten : College 26 Eerste semesterEerste semester
N.

Inhoud

Doorheen de cursus vertrouwen we ons met de eigenheid van de Westerse culturele verbeelding van de omgang met de meer-dan-menselijke wereld, met basisprincipes uit de milieufilosofie als kritische en systematische reflectie op die omgang en met de toegepaste filosofische reflectie op een aantal kernproblemen binnen onze verhouding tot de meer-dan-menselijke werkelijkheid (landbouwproblematiek, klimaatverandering, biodiversiteitscrisis, dierenvraagstuk, vervreemdingsproblematiek).     

De cursus bestaat zowel uit (inleidende) hoorcolleges als uit het gezamenlijk lezen en bediscussiëren van teksten. Studenten bereiden de teksten voor op basis van een beperkt aantal leesvragen, die voorafgaand aan de discussie moeten ingediend worden.

Studiemateriaal

Tksten worden door de docent ter beschikking gesteld.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Ecofilosofie (B-KUL-W2AE2b)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Er worden vragen gesteld met betrekking tot de thema's en teksten die in het college werden behandeld. Studenten moeten tonen dat ze de besproken teksten grondig hebben bestudeerd en over de behandelde vraagstukken hebben nagedacht. Getoetst wordt in eerste instantie het inzicht, het vermogen tot kritische reflectie en het vermogen om een genuanceerd eigen standpunt te ontwikkelen.

ECTS Cultuurfilosofie (B-KUL-W0AE4A)

4 studiepunten Nederlands 26 Eerste semesterEerste semester

Doelstellingen

Dit opleidingsonderdeel biedt een filosofische bezinning op de notie van cultuur volgens de beide grote lijnen die men kan onderkennen in de manier waarop cultuurfilosofie vandaag wordt bedreven: als vraag naar de betekenis van 'cultuur' in de meest algemene zin (als symbolisch betekenissysteem), en als bijzondere vraag naar een karakterisering van onze eigen cultuur. 'Cultuurfilosofie' kan dus grosso modo twee betekenissen hebben: een behandeling van de vraag 'wat is er van cultuur?' en een behandeling op de vraag 'wat is er van onze cultuur?' In beide betekenissen - cultuur als zodanig én de particulariteit van een cultuur - vormt dit opleidingsonderdeel mee de basis voor de studie van wijsgerige tradities verbonden met verschillende culturele achtergronden. 

Op het einde van dit opleidingsonderdeel:

  • hebben studenten een goed zicht op wat cultuurfilosofie is;
  • kunnen studenten de verschillende betekenissen van cultuur onderscheiden;
  • kunnen studenten op een kritische manier naar culturele ontwikkelingen kijken;
  • hebben studenten zicht op wat de band tussen cultuur en moderniteit is;
  • en kunnen studenten van hun kennis en inzichten schriftelijk verslag uitbrengen.

Begintermen

Vertrouwdheid met de algemene wijsbegeerte via een fundamentele inleiding; vertrouwdheid met de geschiedenis van de moderne filosofie via cursus of boek (bv. Störig, Scruton). Zoniet minimum lectuur van P. Cortois, Meditaties bij een machine, Acco, 2007 en/of A. Burms & H. De Dijn, De rationaliteit en haar grenzen, U.P. Leuven & van Gorcum, 1986. 

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Cultuurfilosofie (B-KUL-W0AE4a)

4 studiepunten : College 26 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

De twintigste eeuw werd de eeuw van het anti-essentialisme. Maar aan het eind van de dag is ook essentialisme terug van weggeweest, veelal in de gedaante van wetenschappelijk of metafysisch realisme. Een onbedachte positie is deze van acceptance van essenties zonder belief: kunnen essenties niet als symbolische quasi-objecten van attitudes zoals gehechtheid worden opgevat, zonder ze als reëel bestaand te poneren? Wat zou volgen indien we onze symbolische attitudes tegenover (grotendeels) niet-natuurlijk gefundeerde verschillen zoals mens-dier, ziek-gezond, vriend-vijand… vertaalden in termen van symbolische essenties? In mijn optiek zou een dergelijke overgang gepaard gaan met de erkenning van twee fundamentele antropologische gegevenheden: de ambivalentie van het symbolische, en de rol van constitutieve illusies. Beide zijn verbonden: wanneer het symbolisch karakter van essenties wordt vergeten, kan dat ertoe bijdragen dat constitutieve illusies destructieve illusies worden.

Thema voor het academiejaar 2024-25 is Nationalisme, meer bepaald de symbolische dimensie van nationalistische opvattingen en van debatten omtrent natie en nationalisme. Zo bekeken bevindt het thema zich op het kruispunt van cultuurfilosofie en politieke filosofie. Een inleiding in het symbooldenken van Ernst Cassirer en het mythedenken van Hans Blumenberg dient als kader. Daarbinnen wordt het denken omtrent natie en staat, identiteit en identificatie, de natie als verbeelde en/of ingebeelde realiteit, gepresenteerd aan de hand van paradigma's zoals het etno-symbolisme (Armstrong, Smith) en aan de hand van voorbeelden en lectuur omtrent, in het bijzonder, Franse, Spaanse, Russische... disputen en mythen omtrent de natie.

Studiemateriaal

Notities bij de hoorcolleges, die verder worden ondersteund door geselecteerde teksten.

P. Cortois, Symbolische essenties, Pelckmans, 2018.

Geselecteerde teksten van o.m. H. Blumenberg, E. Cassirer, A.D. Smith, J. Armstrong, …

Toelichting werkvorm

Door de studenten voor te bereiden lectuur

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Cultuurfilosofie (B-KUL-W2AE4a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling

Toelichting

De examenvraag is een door de student gekozen vraag i.v.m. het onderwerp, door de student take-home schriftelijk beantwoord en op het examen mondeling gepresenteerd en verdedigd. Op het examen wordt deze presentatie ook in verband gebracht met specifieke in de loop van het semester besproken deelthema's.

ECTS Arabische filosofie (B-KUL-W0AG3A)

4 studiepunten Nederlands 26 Tweede semesterTweede semester
N.

Doelstellingen

Dit opleidingsonderdeel beoogt op inleidende wijze een aantal centrale thema’s van de Arabische filosofie toe te lichten: kosmologie, metafysica, kenleer, wijsgerige verklaring van het profeetschap en van de islamitische eschatologie.

Na het volgen van de cursus zouden studenten een algemene kennis van de aard, doelstellingen en bronnen van de Arabische filosofie verworven moeten hebben. Ze zouden in staat moeten zijn om de diverse behandelde thema’s in hun historisch en filosofisch verband te plaatsen, alsook te begrijpen hoe Arabische filosofen hun Griekse bronnen hebben aangepast en herdacht in het kader van de islamitische cultuur en godsdienst. Ten slotte zouden studenten een inzicht moeten verworven hebben in de wijze waarop de Arabische filosofie de Westerse, Latijnse wijsbegeerte heeft beïnvloed. De cursus zou studenten voldoende achtergrond moeten bieden om zelfstandig een Arabische filosofische tekst (in vertaling) te lezen en te begrijpen.

Begintermen

Er is geen kennis van het Arabisch vereist, aangezien alle teksten in vertaling worden gelezen. Een zekere voorkennis van de Griekse filosofie en van de geschiedenis en basisprincipes van de islam is wel aanbevolen.

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Arabische filosofie (B-KUL-W0AG3a)

4 studiepunten : College 26 Tweede semesterTweede semester
N.

Inhoud

Na een algemene inleiding over de bronnen van de Arabische filosofie en de Grieks-Arabische vertaalactiviteit in Bagdad gaat de cursus dieper in op een aantal hoofdthema’s van de Arabisch-islamitische wijsbegeerte: God en de structuur van de kosmos, de menselijke ziel en haar redding, de kenleer, de filosofische verklaring van de profetie en van de eschatologie. Rond deze thema’s worden een aantal relevante teksten van onder meer al-Kindî, al-Fârâbî, Avicenna en Averroës, in vertaling gelezen. Ten slotte wordt de invloed van de Arabische filosofie op de Latijnse Scholastiek kort toegelicht.

Studiemateriaal

Bij het begin van de cursus stelt de docent een syllabus ter beschikking van de studenten.

Aanbevolen lectuur : P. Adamson & R. Taylor (eds.), The Cambridge Companion to Arabic Philosophy, Cambridge, University Press, 2005.

Toelichting werkvorm

De studenten worden verondersteld enkele hoofdstukken uit de Cambridge Companion to Arabic Philosophy te lezen. Ook wordt van hen verwacht dat zij op voorhand de teksten doornemen die in de volgende les besproken zullen worden.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Arabische filosofie (B-KUL-W2AG3a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Elke student zal een algemene vraag moeten beantwoorden en een passage uit één van de tijdens de les gelezen teksten moeten bespreken.

ECTS Joodse filosofie (B-KUL-W0AG4A)

4 studiepunten Nederlands 26 Tweede semesterTweede semester

Doelstellingen

  • Studenten kunnen aan de hand van voorbeelden de historische ontmoetingen tussen westerse en joodse wijsbegeerte toelichten.
  • Studenten benaderen kritisch enkele post-holocaustfilosofieën: bv. Arendt, Steiner, Fackenheim, Rubenstein...
  • Studenten kunnen kritisch enkele visies weergeven op zin en creaturaliteit vanuit enkele joodse teksten (Kafka, Berechit...).
  • Studenten kunnen de cursus situeren binnen de thema's taal-tijd en alteriteit.
  • Studenten zijn vertrouwd met de joods-filosofische lectuur van traditioneel joodse teksten. Ze kunnen de relevantie van deze traditionele teksten voor de hedendaagse wijsbegeerte duiden.

Begintermen

Deze cursus veronderstelt een algemene vertrouwdheid met de geschiedenis van de westerse wijsbegeerte.

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Joodse filosofie (B-KUL-W0AG4a)

4 studiepunten : College 26 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

De triade taal - tijd - alteriteit is kenmerkend voor het joodse denken. Deze thematiek wordt in twee stappen uitgewerkt:

  • Deel I: Thematische kennismaking met de joodse wijsbegeerte
    1. De lectuur van een tekst van Franz Kafka over de wet. De tekst wordt becommentarieerd vanuit het corpus van Kafka en vanuit enkele belangrijke joodse denkers.
    2. Een reflectie naar aanleiding van de holocaust over de verhouding tot de geschiedenis (Fackenheim, Benjamin, Steiner en Chalier) en over het kwaad (Arendt).
    3. Vanuit de vorige stappen wordt een definitie van de joodse wijsbegeerte en een beknopt overzicht van haar geschiedenis voorgesteld.
  • Deel II: Filosofisch-antropologische reflectie op 'creaturaliteit'
    In het tweede gedeelte wordt een filosofische reflectie gepresenteerd op 'creaturaliteit'. Dit begrip is bepalend voor de antropologie en de ethiek. Bij deze uitwerking is er aandacht voor verschillende representatieve joods-wijsgerige bronnen: de Thora en een talmoedcommentaar van Levinas; de wijsbegeerte van Rosenzweig; de film Va, vis et deviens.

Studiemateriaal

Verplicht:

  • Cursus en reader
  • Enkele hoofdstukken uit L. Anckaert & R. Burggraeve, De rode huid van Adam, 2015 (indien gewenst kan het boek tegen sterk gereduceerde prijs - ongeveer 10 euro - bij de docent worden aangeschaft).

Het cursusmateriaal wordt tijdens de les ter beschikking gesteld.

Facultatief:
D.H. Frank & O. Leaman, History of Jewish Philosophy, Routledge, 1997, 2003.
D.H. Frank & O. Leaman, The Jewish Philosophy Reader, Routledge, 2000.
P. Bouretz, Témoins du futur, Philosophie et messianisme, Gallimard, 2003.

Toelichting werkvorm

De cursus wordt gedoceerd met ruime aandacht voor discussie en vraagstelling.
Voor studenten van andere faculteiten (bv. Theologie) of voor hen die wegens een bijzonder statuut verhinderd zijn de lessen te volgen (bv. werkstudenten) wordt de mogelijkheid tot zelfstudie aangereikt. Voor deze studenten wordt een begeleidingssessie voorzien. Het tijdstip wordt met de betrokkenen afgesproken.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Joodse filosofie (B-KUL-W2AG4a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

De student trekt drie vragen uit een vooraf ter beschikking gestelde lijst. Tijdens de evaluatie wordt de kennis van de leerstof getoetst alsook de kritische reflectie erop.

ECTS Filosofie van de opvoeding en het onderwijs (B-KUL-W0AH7A)

4 studiepunten Nederlands 26 Eerste semesterEerste semester

Doelstellingen

Studenten Wijsbegeerte en studenten van de Educatieve Master Maatschappijwetenschappen vertrouwd maken met het domein van en specifieke thema’s uit de filosofie van de opvoeding en het onderwijs.

Begintermen

Geen

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Filosofie van de opvoeding en het onderwijs (B-KUL-W0AH7a)

4 studiepunten : College 26 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

Deze cursus behandelt centrale vragen in de filosofie van de opvoeding en het onderwijs. Wat is opvoeding en ontwikkeling? Welke opvoedingsdoelen en –middelen zijn er? Waarom heeft opvoeding en onderwijs waarde? Wat is onderwijzen? Welk onderwijsprogramma (curriculum) is verkieselijk? Wat zijn de ethische dimensies van onderwijs? Welke invloed hebben (autoritaire) instituties op het onderwijs en de opvoeding? Wat rechtvaardigt onderwijsplicht? Heeft opvoeding een intrinsieke rechtvaardiging? Kunnen deze vragen voor eens en voor altijd beantwoord worden, of zijn hun antwoorden afhankelijk van socio-culturele en historische factoren? Deze vragen en hun mogelijke antwoorden worden in de hoorcolleges bestudeerd aan de hand van: Stefaan E. Cuypers, Emilie of Over opvoeding, onderwijs en opera (Gompel&Svacina, 2020).

Studiemateriaal

1. Verplichte lectuur: Stefaan E. Cuypers, Emilie of Over opvoeding, onderwijs en opera (Gompel&Svacina, 2020).
2. Notities van de docent (beschikbaar op Toledo).

Toelichting werkvorm

Hoor- en discussiecolleges

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Filosofie van de opvoeding en het onderwijs (B-KUL-W2AH7a)

Type : Permanente evaluatie zonder examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Paper/Werkstuk, Presentatie

Toelichting

Voor de (reguliere) studenten die de colleges volgen is er geen formeel examen. De aanwezigheid in de colleges is verplicht; er worden absenties genomen. De punten worden gegeven voor 1) een collectieve pass-fail presentatie tijdens het laatste college in het kader van de "Ronde Tafel Discussie" en 2) een korte scriptie: een kritische reflexie (pro’s & contra’s, contrast & vergelijk) over een aspect naar keuze met betrekking tot de behandelde leerstof en het boek van de docent. De omvang van de getypte scriptie is maximaal # 1 500 # woorden (3½ - 4 blz. A4, interlinie 1,5). De deadline voor deze scriptie is de vrijdag, 17.00u, voor de examenperiode begint.

Voor studenten (in uitzonderingsgevallen met de officiële toestemming van de docent per e-mail) die de colleges niet kunnen volgen, of studenten die meer dan één (1) keer ongewettigd afwezig zijn, of studenten die afwezig zijn tijdens het laatste "Ronde Tafel Discussie"-college is er een bijkomend mondeling examen tijdens de examenperiode over hun zelfstudie van Stefaan E. Cuypers, Emilie of Over opvoeding, onderwijs en opera (Gompel&Svacina, 2020). Deze studenten kunnen aan het examen slechts deelnemen op voorwaarde dat hun scriptie (met dezelfde bepalingen als voor de normale studenten hierboven) reeds op voorhand is ingeleverd.

Van alle studenten wordt verwacht dat ze zich informeren over de facultaire richtlijnen voor papers en de facultaire richtlijnen inzake plagiaat.

ECTS Russische filosofie (B-KUL-W0AH9A)

4 studiepunten Nederlands 26 Eerste semesterEerste semester

Doelstellingen

Overzicht van de Russische filosofische traditie. Hierbij wordt aangegeven hoe die kadert in een bredere filosofische en culturele context en worden relevante teksten van behandelde filosofen besproken.

Identieke opleidingsonderdelen

F0TY4A: Russische filosofie

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Russische filosofie (B-KUL-W0AH9a)

4 studiepunten : College 26 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

De Russische filosofie groeide vanuit de Russisch-Orthodoxe geloofswereld en neemt vanaf de 18de eeuw de vorm aan van een onafhankelijke discipline. Meteen is hierbij belangrijk het zoeken naar een combinatie van theoretische en praktische kennis naast de invloed van de West-Europese filosofie. Aanvankelijk was dit vooral de Franse Verlichtingsfilosofie waardoor Utilitarisme en Deïsme op de voorgrond traden (V.N. Tatisjtsjev en A.N. Radisjtsjev). Na de invasie van Napoleon werd de Duitse filosofie een dominant gegeven (Schelling, Fichte, later ook Hegel). Het filosofische debat dat hierdoor ontstond resulteerde midden 19de eeuw in de 'strijd' tussen 'Westerlingen' (bijv. A.I. Herzen) en 'Slavofielen' (bijv. I.V. Kirejevski) waarbij de inzet ook de plaats en de eigenheid van de Russische filosofie zélf betrof. Het Hegelianisme culmineerde in het Russische Positivisme en Marxisme (N.G. Tsjernisjevski en V.I. Lenin). Tijdens de periode van stagnatie onder de sovjets werd een meer spiritualistische traditie (van o.m. V.S. Solovjov) voortgezet door (verbannen) filosofen als N.A. Berdjajev, L. Sjestov en N.O. Losski. Het post-communistische filosofische landschap vertoont een grote versplintering naast het heropnemen van klassiek-Russische thema's (bijv. Westerling vs. Slavofiel).

Studiemateriaal

  • J.M. EDIE (a.o. eds.), Russian Philosophy (3 vols.), Chicago (Chicago University Press), 1969, 2de uitgave
  • W. GOERDT, Russische Philosophie: Grundlagen, Freiburg-München (Alber Verlag), 1995, 2de uitgave
  • M.A. MASLIN (ed.), Roesskaja Filosofija, Moskva (Respublika), 1995
  • A. PAPADOPOULO, Introduction à la philosophie Russe, Paris (Seuil), 1995

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Russische filosofie (B-KUL-W2AH9a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling

ECTS Kritische maatschappijtheorie (B-KUL-W0AJ1A)

4 studiepunten Nederlands 26 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Dit opleidingsonderdeel biedt een grondige inleiding in de de kritische maatschappijtheorie. Strikt genomen wordt deze term vaak geïdentificeerd met een omlijnde en coherente denkschool, de zogenaamde Frankfurter Schule (Horkheimer, Adorno, Marcuse, Pollock, enz.) die vooral in het interbellum en naoorlogse periode actief was. Vandaag omhelst de term echter ook ook een bredere verzameling aan neo- en postmarxistische tradities, socialistische theorieën, en poststructuralistische benaderingen. Die ‘nieuwe’ kritische theorie wordt in dit vak in zowel de breedte en diepte belicht. Daarnaast wordt in dit college stilgestaan bij denkers en evoluties die de tegenstelling tussen marxisme en liberalisme, links en rechts, overstijgen, steeds met terugkoppelingen naar het politieke heden.

De benadering is zowel auteursgericht als thematisch. Enerzijds focust dit vak op een aantal representatieve stemmen uit de bredere traditie van de kritische maatschappijtheorie (denkvaders als Lukacs, Adorno, Pollock, Horkheimer, Du Bois, maar ook recentere stemmen als Fields, Laclau, Postone…). Ook de hedendaagse relevantie van deze auteurs wordt van nabij bekeken, met bijzondere aandacht voor de politieke vertaalslagen van deze theoriën . Anderzijds omvat het een reeks thematische colleges, waarin telkens een belangrijk discussieveld binnen de traditie wordt besproken, zoals de betekenis van ‘kritiek’, het klassenconcept, vraagstukken van tijd en historiciteit, natuurconcepten, ideologie- en fetisjismekritiek, en raciale onderdrukking. Dit gebeurt steeds in dialoog met de filosofische grondleggers van deze traditie (Marx, Hegel) en met alternatieve, vaak contrasterende posities (o.m. conservatisme, nieuwrechts, liberalisme, neoliberalisme).

Aan het einde van dit opleidingsonderdeel is de student in staat om

  • belangrijke begrippen te definiëren;
  • de interne structuur van een theorie uiteen te zetten;
  • discussies tussen theoretici uiteen te zetten;
  • een persoonlijke kritiek of standpunt t.a.v. een bepaalde theorie te formuleren;
  • actuele thema’s kritisch te benaderen vanuit de theoretische kaders;
  • een tekstfragment toe te lichten en te verklaren.

Begintermen

De student moet een basisinzicht bezitten van:

  • de filosofische terminologie en filosofische problemen
  • de geschiedenis van de wijsbegeerte

 

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Kritische maatschappijtheorie (B-KUL-W0AJ1a)

4 studiepunten : College 26 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

1. De grote debatten

Thema’s: de betekenis van ‘kritiek’, het probleem van tijd en historiciteit, natuurconcepten, conflict en sociale verandering, ideologiekritiek, klassenconcepten, raciale onderdrukking…

2. Belangrijke stemmen

Kautsky, Lukacs, Adorno, Pollock, Horkheimer, Neumann, Schmidt, Du Bois, Fanon, Fields, Laclau, Postone.

3. Actuele thema’s

De precieze inhoud van dit vak kan elk jaar licht variëren.

Studiemateriaal

  • Reader met primaire teksten, ter beschikking gesteld door de docent via NFK cursusdienst en/of Toledo.
  • PowerPoint-slides van de colleges, ter beschikking gesteld via Toledo.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Kritische maatschappijtheorie (B-KUL-W2AJ1a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Cursusmateriaal

Toelichting

De evaluatie bestaat uit een mondeling open boek examen met twee open vragen. Dit kunnen zowel toepassingsgerichte vragen zijn, waarbij een actueel thema geanalyseerd wordt vanuit de besproken theoretische kaders, als meer conceptueel gerichte vergelijkingsvragen, waarbij de student een vergelijking maakt tussen auteurs of theoretische benaderingen. Eén vraag wordt door de docent gesteld, de tweede vraag wordt door de student zelf geformuleerd en op voorhand voorbereid.

De studenten mogen op het mondeling examen de reader met tekstmateriaal meebrengen. Collegeaantekeningen of powerpoint slides mogen niet gebruikt worden tijdens het examen. De op het examen gebruikte reader mag actief bewerkt zijn (onderstrepingen, markeringen met fluostift, pijltjes en eigen nummeringen…), maar de toegelaten bijgeschreven tekst blijft beperkt tot inhoudstafels en (lijsten van) trefwoorden.

ECTS Arabic Philosophy (B-KUL-W0AM9A)

4 ECTS English 26 Second termSecond term

Aims

The purpose of this course  is to introduce some main topics of Arabic philosophy, such as cosmology, metaphysics, theory of knowledge, prophetology and the salvation of the human soul.

At the end of the course, students should have a general knowledge of the nature, concerns, aims and sources of Arabic philosophy. They should be able to place the topics discussed during the course in their historical and philosophical context, understanding how Arabic philosophers used their Greek sources and adapted them to the new cultural and religious environment of Islam. They should also be able to situate Arabic philosophy in relation to Latin Medieval philosophy. Finally, students should have acquired enough background to read by themselves an Arabic philosophical text (in translation) and to understand its main issues.

Previous knowledge

No knowledge of Arabic is required, as all texts are read in English translation. However, some background in ancient Greek philosophy, including logic, and in the general history and principles of Islam is recommended.

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Arabic Philosophy (B-KUL-W0AM9a)

4 ECTS : Lecture 26 Second termSecond term

Content

After a general and introductory survey of Arabic philosophy, we will read in R. Walzer's English translation (parts of) al-Fârâbî'sPerfect State, one of the main works of early Arabic philosophy (10th century). The teacher will extensively comment and analyse the text, with special attention for the way the Arabic philosopher uses and adapts issues taken from ancient Greek sources to his own purposes. The main topics discussed are: God and the structure of the cosmos; the human soul; theory of knowledge; prophecy; the place of philosophy and of the philosopher in society; the ideal and perfect state.

Course material

Textbook: R. Walzer, Al-Farabi on the Perfect State, Oxford, Clarendon Press, 1985.

Recommended reading: P. Adamson & R. Taylor (eds.), The Cambridge Companion to Arabic Philosophy, Cambridge, University Press, 2005.

(Both books are available in the library of the HIW)

Format: more information

The students are requested to read by themselves some chapters of the Cambridge Companion to Arabic Philosophy. They are also requested to read in advance the text that will be discussed during the course. As the course takes a seminar form, it is necessary to attend every week, to take notes and to ask questions or clarifications if necessary.

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Arabic Philosophy (B-KUL-W2AM9a)

Type : Exam during the examination period
Description of evaluation : Oral
Type of questions : Open questions

Explanation

Each student will receive a portion of the text read during the course and will have to answer some questions about its contents.

 

ECTS Jewish Philosophy (B-KUL-W0AN0A)

4 ECTS English 26 Second termSecond term

Aims

Students acquire an insight in some highlights of contemporary Jewish philosophy, especially the tradition of dialogical thinking. They can sketch the main arguments.

Students have an insight in the significance of the great contacts between Jewish thought and Western philosophy.

Students understand and can discuss critically the significance of the Shoah in twentieth century Jewish philosophy.

Starting from the dialogical thinking, students can give a philosophical commentary on the non-philosophical sources of Jewish Philosophy (e.g. Kafka, the Talmud, the movie God on Trial).

Previous knowledge

Students have followed some courses in philosophy and ethics. They know the basic insights of the philosophy of Kant and Hegel.

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Jewish Philosophy (B-KUL-W0AN0a)

4 ECTS : Lecture 26 Second termSecond term

Content

An introduction in some main themes of actual Jewish Philosophy, centered on the triad of language, alterity and time.

This will be elaborated in the reading of a story by Kafka, a study of the problem of history (Messianism) and the problem of evil (Shoah). Some contemporary Jewish philosophers will be presented here (e.g. Steiner, Rubenstein, Chalier, Arendt, Fackenheim…).

A study of some aspects of the thought of Levinas.

The study of a Talmudic reading of Levinas (And God created woman).

A philosophical discussion of the Jewish movie God on Trial.

Course material

Obligatory:
Written course notes
Reader of articles
The text are distributed during the lessons and on Toledo.

Recommended:
D.H. Frank & O. Leaman, History of Jewish Philosophy, Routledge, 1997, 2003.
D.H. Frank & O. Leaman, The Jewish Philosophy Reader, Routledge, 2000.
P. Bouretz, Témoins du futur, Philosophie et messianisme, Gallimard, 2003.


 
 

Format: more information

Study of the course and the reader. Making notes during the lessons, discussion.

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Jewish Philosophy (B-KUL-W2AN0a)

Type : Exam during the examination period
Description of evaluation : Oral
Type of questions : Open questions
Learning material : None

Explanation

Each student gets three questions that intend to evaluate the knowledge of the course and the possibility to integrate different insights starting from one problem.

 

ECTS East-West Perspectives in Philosophy (B-KUL-W0AN1A)

4 ECTS English 26 First termFirst term Cannot be taken as part of an examination contract

Aims

The purpose of this course is to initiate the student in aspects of Eastern (foremost Far-Eastern) thought from the perspective of comparative philosophy, or, alternatively, to enlighten aspects of western thought or of universalizing conceptions of philosophy through comparison and contrast with Eastern thought. This is done by interactive lectures as well as by discussing texts that have been read in advance by the students. At the end of this course the student should be able

  • to have a feeling for and a balanced judgment on the diversity of conceptions of philosophical thought and its relation to practices
  • to apply such insights to one or a few specific topics such as the ones mentioned below under 'contents'. 
  • to give diligent comments on philosophical texts on issues such as the ones mentioned (texts that do not presuppose philological expertise in the intellectual traditions in question).

Previous knowledge

Basic knowledge of Western philosophy as it is developed in a BA program in philosophy and interest in other thought traditions (without presupposing specific knowledge of these traditions).

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

East-West Perspectives in Philosophy (B-KUL-W0AN1a)

4 ECTS : Lecture 26 First termFirst term

Content

The theme of the course will be “Zen Philosophy in a Comparative Context: Language, Knowledge, Self.” The course will provide a systematic introduction to the themes of language, knowledge, and self in reference to Zen Buddhist philosophical texts as well as select figures and schools of thought from the traditionally Western canon. The approach we will take is historical with respect to primary texts, but contemporary with respect to the issues and questions discussed. The methodology will be comparative in nature.

Course material

Course Material (available via Toledo)

Primary course materials (provisional; subject to change at the discretion of the professor):

  • Dumoulin, Heinrich, Zen Buddhism: A History, volumes 1 & 2 (Bloomington: World Wisdom, 2005)
  • Heisig, James W. and Thomas P. Kasulis and John C. Maraldo (eds.), Japanese Philosophy: A Sourcebook (Honolulu, University of Hawai’i Press, 2011)
  • Hershock, Peter, Chan Buddhism (Honolulu: University of Hawai’i Press, 2004)
  • Kasulis, Thomas P., Zen Action/Zen Person (Honolulu: University of Hawai’i Press, 1987)

Format: more information

Classroom sessions will combine formal lectures and informal discussions. Students are encouraged to participate actively in debate and to raise related issues relevant to their lives and experience. Students are expected to prepare all readings in advance of the sessions for which they are scheduled. Some of the assigned primary texts are difficult, but will be openly discussed in class and complemented with optional secondary readings.

Course Objectives:

  • Develop an understanding of philosophical problems of language, knowledge, and self in the context of comparative philosophy.
  • Question claims made by philosophers and to learn to test them against available evidence with a view to advancing general and transferable critical skills.
  • Learn to appreciate the philosophical import of Chinese and Japanese culture and thought. 
  • Achieve competency in the technical terminology of Zen philosophy.
  • Compare the tools and concerns of Zen philosophy with those of other philosophical and non-philosophical approaches and practices.
  • Reach advanced levels of comprehension, argumentation, and writing skills.

 

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: East-West Perspectives in Philosophy (B-KUL-W2AN1a)

Type : Continuous assessment without exam during the examination period
Description of evaluation : Paper/Project, Participation during contact hours

Explanation

A 2500-3000 word paper is to be submitted at the end of the course on a topic approved by the professor (70% of the grade). Active participation is required (30% of the grade).

Students should inform themselves about the general faculty guidelines for papers and bibliographical referencing and about the faculty guidelines with regard to plagiarism.

Information about retaking exams

The second examination attempt is limited to (re)submitting the major paper. Elements of participation grade cannot be retaken. If students did not attend class as required, they will again receive a result of NA.

ECTS Ethics of Care (B-KUL-W0EC8A)

4 ECTS English 26 First termFirst term Cannot be taken as part of an examination contract

Aims

The main objective of this course is to familiarize students with ethics of care as an alternative moral theory.

In this course, students will read and discuss main contributions to care ethics by Nel Noddings, Virginia Held and Joan Tronto. Further, we will critically look into care ethics as a ‘feminine’ approach to morality, and evaluate care ethics as an alternative to principlism in health care ethics. Lastly, we will assess care ethics applied to a number of timely ethical topics.

At the end of this course, students will be able to understand, contextualize and critically evaluate care ethics and its applications.

Previous knowledge

No previous knowledge required

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Ethics of Care (B-KUL-W0EC8a)

4 ECTS : Lecture 26 First termFirst term

Content

  • Towards a conception of care
  • Moral development: the Kohlberg-Gilligan debate
  • Nel Noddings, Virginia Held, Joan Tronto
  • Criticisms on care ethics
  • Feminism and care ethics
  • Medical ethics: principlism and care ethics
  • Applied care ethics: beginning- and end-of-life

Course material

The course material consists of PowerPoint presentations, articles and book chapters which will be made available on Toledo.

Format: more information

Presentation

This course consists of plenary lectures, and presentation and discussion sessions.

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Ethics of Care (B-KUL-W2EC8a)

Type : Partial or continuous assessment with (final) exam during the examination period
Description of evaluation : Oral, Presentation
Type of questions : Open questions
Learning material : None

Explanation

Presentation:

  • 10 percent
  • Pass or fail

Oral examination:

  • 90 percent
  • 2 questions
  • 20 minutes preparation
  • 20 minutes examination

ECTS Environmental Philosophy (B-KUL-W0EC9C)

4 ECTS English 26 Second termSecond term Cannot be taken as part of an examination contract
N. |  Wienhues Anna (substitute)

Aims

The aim of this course is to introduce students to the field of environmental philosophy with a particular emphasis on environmental ethics. Central topics, positions and concepts in the field – primarily within the ethics of nature conservation – are being introduced by engagement with significant debates, using both primary and secondary literature. 

At the end of the course, the students should be able:

-       to identify the main positions and issues at stake in current debates in environmental ethics;

-       to comprehend the transdisciplinary character of environmental philosophy;

-       to understand and explain the key arguments used in the debate;

-       to critically confront different positions and arguments;

-       to read and understand additional literature in this debate on their own;

-       to take up a position of their own and express and defend their ideas succinctly and clearly in a public discussion and in writing;

-       to critically think through complex issues in an open and questioning manner.

Previous knowledge

No previous knowledge in environmental philosophy is required.

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Environmental Philosophy (B-KUL-W0EC9a)

4 ECTS : Practical 26 Second termSecond term
N. |  Wienhues Anna (substitute)

Content

This course introduces students to the field of environmental philosophy – with a particular emphasis on environmental ethics and the ethics of nature conservation therein. Included under the umbrella of environmental ethics is also animal ethics. This course is thereby structured along several important concepts (such as environmental values, naturalness, the Anthropocene etc.) and current debates (such as on the moral considerability of nonhuman beings) to provide an overview of different positions and concerns in the field. 

A more detailed syllabus will be made available on Toledo before the beginning of the course.

Course material

A more detailed program of the course, including the full reading list, will be made available through Toledo before the beginning of the course. In addition, PowerPoint presentations and other supplementary materials used in class (if any) will be made available through Toledo.

Format: more information

The classes include lecture elements but are predominantly based on class interactions and are meant as a space where all students feel empowered to participate. This means that the students are expected to carefully read in advance the texts that will be discussed each week and are encouraged to actively participate in the discussions and other class activities with their peers (group activities, the final course workshop).

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Environmental Philosophy (B-KUL-W2EC9c)

Type : Continuous assessment without exam during the examination period
Description of evaluation : Paper/Project, Presentation, Participation during contact hours
Learning material : Course material

Explanation

There are two evaluative components which are weighted as follows:

  • Final paper (70%)
  • Participation: Contributions to discussions and presentation (30%)

For the final essay, students can either choose an essay question from a pre-set list or develop their own question, to be approved by the teacher. Expected is an essay that argumentatively elaborates on a moral problem or question on a topic encountered during the course.

Carefully reading the weekly texts in preparation for each session is expected. The participation grade takes contributions to the class discussions and activities (such as a final workshop) into account but also requires that each student (individually or as a small group depending on class size) introduces during one of the sessions one of the mandatory readings to kick off the discussion in the larger group. 

Students who do not participate in all parts of the assessment (including the presentation and sufficient participation in class) will receive a final assessment NA (not taken).

Further information about the examination requirements (such as the deadline for submission for the paper, word count, specific requirements) will be provided at the beginning of the course. 

Information about retaking exams

The second examination attempt is limited to (re)submitting the final paper. The participation component cannot be retaken. Students who did not participate in all parts of the assessment (including the presentation and sufficient participation in class) will again receive a final assessment NA (not taken).

ECTS Media Ethics (B-KUL-W0ED2A)

4 ECTS English 26 First termFirst term

Aims

The main objective of this course is to enable students to understand how mass media shape the intersubjective awareness of what is of public interest. There are many philosophical concepts that can help us interpret the function of this kind of intersubjective understanding: 'ethos' (Aristotle), public opinion (Tarde), general will (Rousseau), collective consciousness (Durkheim), generalized other ( Mead ), collective intent, (Searle, Tomasello), collective commitment (Gilbert). All of these concepts help us understand how groups and societies motivate people to reason and act morally. In this sense, media ethics addresses the responsibility of mass media for the quality of the moral mindset within a group, society or international network.

- to describe the relation between ethos, general will, public opinion, collective conscience and joint intentionality
- to analyze the relation between the mentality of a group or of a society and the way people think and feel about social issues
- to define what rational communicating means and how it differs from small talk, intimate discussions, propaganda, etc.
- to realize the parallels between classical theories about rhetoric and modern persuasive communication and advertising
- to describe the different moral consequences taking into account the impact of mass media on the mentality and the 'ethos' of a society
- to explain the importance of deontological codes as related to the responsibility of mass media for the quality of the common understanding and the ethos of a society.
- to present and defend the findings of their research and their own standpoint both orally and in a written form, both displaying signs of professional philosophical standards.

Previous knowledge

Knowledge of moral philosophy.
Capacity for abstract and conceptual thinking.
Good knowledge of English.

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Media Ethics (B-KUL-W0ED2a)

4 ECTS : Lecture 26 First termFirst term

Content

Each lesson we start from a particular text, most of the time fragments of a book.

  • Introduction: ‘Collective Conscience, Joint Intentionality, Public Opinion, Rhetoric and Fake News’
  • Gabriel Tarde, L'opinon et la foule [1901].
  • Emile Durkheim,  ‘L’attachement aux groups sociaux’ Leçon 5, in L’éducation Morale, Paris, Presses Universitaires de Frances, 2012, [‘Attachment to Social Groups’ in Moral Education, New York, The Free Press, 1973]
  • George Herbert Mead, Mind, Self, & Society, Chicago, London, The University of Chicago Press, 1972
  • Walter Lippmann, Public Opinion, New York, Free Press Paperbacks, 1997.
  • Aristotle, Retorica, transl. R. Roberts in Works of Aristotle, ed. W.D. Ross, vol. XI, Oxford, Clarendon Press,  1971, book II, 1 (1377bb 12 – 1378a30); book II, 12-18 (1388b 31 - 1391b 20); Chaim Perelman, Lucy Olbrechts-Tyteca, The New Rhetoric. A Treatise on Argumentation. Notre Dame, London, University of Notre Dame Press, 1971.
  • Jürgen Habermas, The Structural Transformation of the Public Sphere. An Inquiry into a Category of Bourgeois Society (Cambridge, Massachusetts, MIT press, 1991).
  • Elisabeth Noelle-Neumann, The Spiral of Silence. Public Opinion: Our Social Skin, Chicago, University of Chicago Press, 1986.
  • Margaret Gilbert, ‘Shared Intention and Personal Intentions’ in Philosophical Studies, 144(2009)1, pp. 167-187.
  • Michael Corballis, The Uniqueness of Human Recursive Thinking, American Scientist 95(3) · May 2007
  • Michael Tomasello, ‘Human Morality as Cooperetion-Plus’ in A Natural History of Human Morality, Cambridge (Mass.), Harvard University Press, 2016, p. 135-163.

Course material

Texts will be made available via Toledo.

Format: more information

In each session we discuss an article or an author. Students need to read the particular articles in advance. After an explanation provided by the teacher there is a discussion. Students can be asked questions and are invited to formulate their opinion about the relevance of the topic for the general aim

Attendance is required for this course. The student who is repeatedly and for unfounded reasons absent can be denied further access to class by the teacher of the course.

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Media Ethics (B-KUL-W2ED2a)

Type : Partial or continuous assessment with (final) exam during the examination period
Description of evaluation : Oral, Paper/Project, Participation during contact hours
Type of questions : Open questions

Explanation

Examination description

The evaluation consists of 3 parts:

  • Participation (20%): Students should participate in the discussions actively and will be evaluated on this.
  • Paper (40%): Students should write a paper (5 p.) answering the central questions: How is Mass media responsible for the quality of the ethos of a society? Why is this kind or responsibility important and how can it be improved? This paper will be discussed during the final oral examination.
  • Final oral examination (40%): Students will asked questions about the relevance of the different articles discussed during the classes.

Determination of the examination result

If students did not attend the course as required, did not sufficiently participate in group assignments (if applicable), did not give a presentation (if applicable), and/or did not submit all the course work (in time), they will receive the result 'not taken' (NA).

In case students cannot, for well-founded reasons, attend class as required, they need to inform the teacher of the course without undue delay. The teacher can in this case decide to give the student a make-up assignment (for example, a reading report on the material covered in the seminar session which the student missed). In case studentst cannot, for serious reasons and regularly or for a long period of time, attend class as required or in case students cannot, for serious reasons, give a presentation on a scheduled date, they need to inform the examination ombudsperson without undue delay.

 

Information about retaking exams

The second examination attempt is limited to (re)submitting the course work and retaking the exam. Participation and/or presentation cannot be retaken. The student who in the course of the academic year did not attend class as required or who did not give a presentation will again receive the NA result.

ECTS Russian Philosophy (B-KUL-W0ED4A)

4 ECTS English 26 First termFirst term
N.

Aims

The aim of the course is to present an overview, both historic and thematic, of the Russian philosophical tradition from the beginnings to the 20th century. 
At the end of the course the student should:
- have an insight of the most important traditions with Russian philosophy.
- have knowledge of the philosophical ideas of the most important representatives of the  aforementioned tradition.
- be able to show how Russian philosophy is both embedded in the Western tradition but also partly presents its own solutions to traditional philosophical problems.
- interpret and discuss Russian philosophical texts.
- be able to compare the different approaches in Russian philosophy and to critically evaluate them.

Previous knowledge

This is an introductory philosophy course so no previous knowledge is required. Knowledge of English is presupposed

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Russian Philosophy (B-KUL-W0ED4a)

4 ECTS : Lecture 26 First termFirst term
N.

Content

This course intends to present an introduction to and an overview of the Russian tradition in philosophy. The aim is twofold: on the one hand, to investigate the characteristic features of this tradition and in what sense these features have had an influence on the specific proposals concerning metaphysical, social and ethical problems put forward by Russian philosophers; on the other hand, to indicate how all of this is part of a broader philosophical and cultural context. This aim is achieved by connecting the historical-philosophical component with a more thematic reading of relevant texts of philosophers discussed.

Course material

Recommended text books (available in the Library of the Institute of Philosophy):
Copleston, F.C., Philosophy in Russia, Notre Dame University Press, 1986.
Edie, J.M. (a.o. eds.), Russian Philosophy, Chicago, Chicago University Press, 1965, 3 vol..

Format: more information

Students are required to take notes in class on which the exam will be based.

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Russian Philosophy (B-KUL-W2ED4a)

Type : Exam during the examination period
Description of evaluation : Oral
Type of questions : Open questions

Explanation

The exam consists of theoretical questions on the philosophers and philosophical currents discussed and on the comparison between the philosophical systems of several philosophers.

 

ECTS Intercontinental Philosophy (B-KUL-W0EE5A)

4 ECTS English 26 Second termSecond term Cannot be taken as part of an examination contract

Aims

At the end of the course, students should be able to:

  • demonstrate an understanding of what it means to philosophize, while situated in a world of plural traditions, histories and material conditions of philosophizing;
  • demonstrate the ability to engage with the prescribed material, i.e. understand the meaning of the texts, analyze and evaluate their argumentative structure and reflect on the significance of these texts;
  • participate in class discussions;
  • write a philosophical paper on a topic related to the main subject.

Previous knowledge

The student has acquired a basic level with regard to philosophical research, reading, writing, presenting and debating (cf. the learning outcomes of the introductory course W0W08A 'Research and Writing in Philosophy' / W0Y08A ‘Filosofische vaardigheden: oefeningen’).

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Intercontinental Philosophy (B-KUL-W0EE5a)

4 ECTS : Lecture 26 Second termSecond term

Content

The major objective of this seminar is to give students the opportunity to work with the fact that philosophy has multiple origins and is practiced in significantly divergent socio-historical and material conditions. It offers students an opportunity to grapple with the limits of their own competence by studying material from other than Western traditions of thought in, e.g., South America, Africa, Asia and the islands. Selected texts from these regions will be studied for their own value, but they will also serve as vantage point from which to explore relations with students’ existing philosophical competence.

The theme for the 2025 summer semester will be announced during the first meeting.

Course material

A study guide with the selection of texts will be made available during the first meeting.

Format: more information

A reading list and program will be made available during the first lecture. Students prepare for each meeting by working through the texts beforehand. A variety of ways of working will be experimented with: discussions, student presentations, close readings, etc. Consistent prepared participation in seminars is compulsory.

There is an attendance requirement for this course. Non-attendance or insufficient attendance always results in a score 'NA' (not taken). Insufficient attendance is absence for more than two sessions. When a student is unable to attend a mandatory class for valid reasons, the student shall notify the instructor as soon as possible. In this case, the instructor may decide to give the student a substitute task (for example, a reading report on the reading of certain texts). If a student is unable to attend mandatory classes for an extended period or regularly and for weighty reasons, the student shall notify the examination ombudsperson as soon as possible.

 

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Intercontinental Philosophy (B-KUL-W2EE5a)

Type : Continuous assessment without exam during the examination period
Description of evaluation : Paper/Project, Presentation, Participation during contact hours

Explanation

Evaluation description

The evaluation consists of

  • One class presentation on prescribed material of the course OR a mid-term paper (1500 words) on a theme to be announced;
  • A final paper (2500 words) on a topic directly related to the content of the seminar.


The final grade is composed as follows: presentation/essay = 20%; final paper = 80%.

Students are expected to inform themselves about the faculty guidelines for papers and bibliographical referencing and about the faculty guidelines with regard to plagiarism.

 

Determination of the result

If students did not attend the course as required, did not sufficiently participate in group assignments (if applicable), did not give a presentation (if applicable), and/or did not submit all the course work (in time), they will receive the result 'not taken' (NA).

In case students cannot, for well-founded reasons, attend class as required, they need to inform the lecturer of the course without undue delay. The lecturer can in this case decide to give the student a make-up assignment (for example, a reading report on the material covered in the seminar session which the student missed). In the case students cannot, for serious reasons and regularly or for a long period of time, attend class as required or in case students cannot, for serious reasons, give a presentation on a scheduled date, they need to inform the examination ombudsperson without undue delay.

Information about retaking exams

Re-examination is limited to (re)submitting the paper. A student who did not fulfill participation requirements will again receive the NA result.

The student who in the course of the academic year did not attend class as required (= absent no more than twice) will receive the NA result.

ECTS Critical Social Theories (B-KUL-W0EJ0A)

4 ECTS English 26 Second termSecond term Cannot be taken as part of an examination contract

Aims

This course gives a thorough introduction to a range of Critical Social Theories. The term ‘critical theory’ is often identified with the so-called Frankfurt School (Horkheimer, Adorno, Marcuse, Benjamin etcetera) but it also refers to a broader spectrum of neo- and post-Marxist theories, socialist theories, and post-structuralist approaches in social and political thought. However, thinkers and approaches that move beyond the opposition between Marxist and liberal thought are increasingly also part of the debate in critical theory, such as Schmitt and Koselleck.

On the one hand, this course introduces the work of a number of significant authors in the domain of Critical Social Theories (e.g. Adorno, Althusser/Poulantzas, Sartre…). Specific attention will be paid to the contemporary relevance of these authors and the way in which their work has been interpreted and appropriated in divergent ways (such as the ‘right-wing’ interpretation of Gramsci, or the ‘leftist’ interpretation of Schmitt).

On the other hand, this course includes a series of thematic sessions, which focus on important debates in critical thought, such as the meaning of ‘critique’, social change and the autonomy of politics, the problem of time and historicity, the critique of ideology and fetishism, gender and social reproduction, critical political ecology or political theology. This happens through a dialogue with the philosophical founding fathers of critical thought (Kant, Hegel, Marx) and with alternative, contrasting approaches (e.g. conservatism, anti-liberalism).

At the end of this course the student is able to

  • define important concepts;
  • explain the internal structure of a theory;
  • explain discussions between theorists;
  • formulate a personal criticism or position regarding a certain theory;
  • critically approach current themes from the theoretical frameworks;
  • explain a text fragment.

Previous knowledge

The student must have a basic understanding of:

  • the philosophical terminology and philosophical problems
  • the history of philosophy

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Critical Social Theories (B-KUL-W0EJ0a)

4 ECTS : Lecture 26 Second termSecond term

Content

1. Major debates in critical theory
Themes: the meaning of ‘critique’, the problem of time and historicity, social change and the autonomy of politics, ideology critique…

2. Representative voices
Adorno, Gramsci, Sartre, Althusser, Poulantzas ...

3. Current topics
The critical political ecology of climate change, gender and social reproduction theory, post-Fordism and production of the commons, globalization and European unification, ...

The precise content of this course can vary each year.

Course material

  • Reader with primary texts, made available by the teacher via the NFK course service and / or Toledo
  • PowerPoint slides of the lectures, made available via Toledo

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Critical Social Theories (B-KUL-W2EJ0a)

Type : Exam during the examination period
Description of evaluation : Oral
Type of questions : Open questions
Learning material : Course material

Explanation

The evaluation consists of an oral open book exam with two open questions. These can be both application-oriented questions, in which a current theme is analyzed from the discussed theoretical frameworks, and more conceptually oriented comparison questions, in which the student makes a comparison between authors or theoretical approaches. One question is asked by the teacher, the second question is formulated by the student himself and prepared in advance.

The students can bring their own reader on the oral exam. College notes and the slides of the lectures may not be used during the exam. The reader used for the exam may have been actively edited (underscores, fluorescent markings, arrows and own numbering, etc.), but the permitted written text is limited to tables of contents and (lists of) keywords.

ECTS Philosophy of Technology (B-KUL-W0EN7A)

4 ECTS English 26 First termFirst term Cannot be taken as part of an examination contract

Aims

The aim of this course is to make students familiar with the most important themes and questions in the domain of Philosophy of Technology. 

At the end of the course, students have a critical insight into questions and themes. This means, among other things, that they can clearly distinguish the different positions, and can explain the arguments pro and contra these positions. In addition, students have a good understanding of the links between the concepts that take a central place in the domain of Philosophy of Technology.

Previous knowledge

No specific knowledge of Philosophy or Technology is required.

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Philosophy of Technology (B-KUL-W0EN7a)

4 ECTS : Lecture 26 First termFirst term

Content

Among other things, the following questions will be discussed:

1. Is technology morally neutral?

2. Can chatbots think?

3. How should we think about conscious AI?

4. Is AI an existential problem?

5. Is technological enhancement a moral problem?

5. What are the ethical risks of AI?

 

Course material

PowerPointpresentations and articles. Both will be available on Toledo.

 

Format: more information

The course can be divided into three parts: lectures, a paper, and discussions based upon texts.

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Philosophy of Technology (B-KUL-W2EN7a)

Type : Partial or continuous assessment with (final) exam during the examination period
Description of evaluation : Written, Paper/Project, Participation during contact hours
Type of questions : Open questions

Explanation

The final grade is based upon a paper (20%), a written exam (70%), and participation in the discussion (10%). 

Students who do not participate in all parts of the course (exam, paper, discussion) will get a grade ‘NA’ for the course (you don't get a final grade).

Information about retaking exams

During the third examination period, students should and can only retake those parts of the evaluation (paper and/or exam) for which they got no score or an insufficient score.

Participation in the discussion cannot be retaken during the third exam period. Students who did not participate in this part of the evaluation will again get a grade ‘NA’ for the course.

Students who should retake the course in a next academic year should re-do the entire course, including all parts of the evaluation.

 

ECTS Ethics of Globalisation (B-KUL-W0EP8B)

4 ECTS English 26 Second termSecond term Cannot be taken as part of an examination contract

Aims

At the end of the course students should:

  • have developed insight into theories of international and global justice, and the ethical significance of borders;
  • be able to clearly summarize key normative positions in central debates in contemporary political philosophy with a global dimension;
  • be able to compare the merits and limits of extending principles of political morality originally developed for bounded political communities to the global community;
  • have improved their critical reasoning skills through rigorous engagement with analytic philosophical arguments;
  • be able to apply philosophical arguments and normatively evaluate urgent global challenges;
  • be able to formulate their own ideas and arguments through in class discussions and through a written essay assignment.

The course also adds to students' development of philosophical skills through critical thinking and reasoning about central debates in international justice and global ethics. The aim is to enhance students’ citizenship skills, their civic engagement capacities, and strengthen their debating skills preparing them for a central task in a number of professional fields.

Previous knowledge

Students must have followed at least an introductory course in philosophy or ethics. They must also be willing to question, and reflect hard on, their deep-seated cultural and ethical assumptions. Good knowledge of English is paramount, as all readings for the course are in English.

Is included in these courses of study

Onderwijsleeractiviteiten

Ethics of Globalisation (B-KUL-W0EP8a)

4 ECTS : Lecture 26 Second termSecond term

Content

In this course we engage in moral reflection over global justice, which is the most prominent research area in contemporary political philosophy. We will first analyze conceptual, normative and methodological questions: many classical theories of justice were developed in the context of a bounded political community, typically the nation-state, but now undergo ‘global’ extensions. We will then analyze applied issues of global justice. This includes well-established global justice topics, such as global distributive justice and the role of global institutions in poverty relief. We also discuss other dimensions such as immigration, historical injustice, racial justice, solidarity within the European Union, multiculturalism and gender, and the ethics of natural disaster relief.

Course material

All the required readings, including, academic journal articles and book chapters will be uploaded on the course Toledo.

Format: more information

The course will consist of interactive lectures, combining oral presentation, audio-visual material and in-class interactive discussions and excercizes. Attendance of all lectures is mandatory. Students are expected to participate actively by reading the text before class, preparing questions, commenting on the lecture and participating in discussions.

Evaluatieactiviteiten

Evaluation: Ethics of Globalisation (B-KUL-W2EP8b)

Type : Partial or continuous assessment with (final) exam during the examination period
Description of evaluation : Written, Take-Home
Type of questions : Open questions

Explanation

The written exam takes 2 hours and consists of essay questions that focus on material discussed in class or in the required literature. The exam is closed book, but students may bring a bilingual dictionary (e.g., English-Dutch/Dutch-English).

Students are also expected to bring one home-prepared written assignment to the exam.

ECTS Historische inleiding tot de wijsbegeerte (B-KUL-W0Y00A)

6 studiepunten Nederlands 52 Eerste semesterEerste semester Uitgesloten voor examencontract
Van Riel Gerd |  Vandenbussche Hanna (plaatsvervanger)

Doelstellingen

Deze cursus biedt een inleiding in de westerse wijsbegeerte. De cursus doet dit door een reflectie op de historische ontwikkeling van de westerse wijsbegeerte vanaf haar ontstaan tot aan de hedendaagse tijd en op haar verhouding tot de andere factoren binnen de cultuur. De cursus wil ook expliciet de studenten inleiden in de filosofie van de geschiedenis en in de historische hermeneutiek. Verder wil de cursus studenten vertrouwd maken met het lezen van klassieke wijsgerige teksten uit verschillende periodes en hun leesvaardigheid bevorderen.

Aan het einde van dit opleidingsonderdeel zijn de studenten in staat om:

  • wijsgerige concepten en stromingen in hun historische context te duiden;
  • de evoluties van de wijsgerige vraagstelling aan te geven, met inbegrip van de wisselende verhouding tussen wijsbegeerte en andere kennisdomeinen;
  • de basisbegrippen en uitgangspunten van de geschiedenisfilosofie weer te geven en toe te passen;
  • het belang in te zien van de geschiedenis van de wijsbegeerte voor het hedendaagse filosoferen.


Aan de hand van de lectuurcolleges zijn de studenten in staat om op een inleidend niveau en aan de hand van richtvragen wijsgerige teksten te analyseren. Zij zijn ook in staat om de filosofische opvattingen van de auteurs in de gelezen teksten te interpreteren. Zo wordt aan het begin van het curriculum de basis gelegd voor een meer verdiepende omgang met wijsgerige teksten in de latere fasen van het studieprogramma.

Begintermen

Algemene kennis van de (cultuur)geschiedenis

Identieke opleidingsonderdelen

W0AB8A: Historische inleiding tot de wijsbegeerte

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Historische inleiding tot de wijsbegeerte (B-KUL-W0Y00a)

5 studiepunten : College 44 Eerste semesterEerste semester
Van Riel Gerd |  Vandenbussche Hanna (plaatsvervanger)

Inhoud

In deze historische inleiding tot de westerse wijsbegeerte bespreken we de poging tot zelfbepaling van de Westerse filosofie in de loop van haar geschiedenis. We hebben vooral aandacht voor het ontstaan van de filosofie en voor die perioden waarin het project van de wijsbegeerte in vraag gesteld werd en gewijzigd werd.

Bij haar ontstaan in Griekenland in de zesde eeuw v.C. neemt de filosofie kritisch afstand van de mythische wereldbeschouwing, die tegelijk ook de voedingsbodem van de filosofie was. In de middeleeuwen moet ze haar eigenheid en rationaliteit preciseren tegenover de christelijke wijsheid en theologie. In de moderne tijd, wanneer de wetenschappen zich losmaken van de wijsbegeerte en haar wereldverklaring afwijzen, moet ze haar doelstelling herformuleren zodat de eigen betekenis van haar activiteit duidelijker van een wetenschappelijke verklaring afgelijnd wordt. In de recente periode (vanaf het einde van de 19de eeuw) wordt vooral het metafysische project van de filosofie, waarin men streeft naar een inzicht in de hele werkelijkheid, in vraag gesteld.

We wijzen op de immanente ontwikkeling van de filosofie, maar ook op andere culturele factoren die haar ontwikkeling beïnvloed hebben. We tonen aan dat de filosofie zich door heel haar geschiedenis probeert af te bakenen van andere domeinen waarmee zij verwant is, zoals mythe, religie, theologie, wereldbeschouwing, literatuur, ideologie, retoriek, politiek, wetenschap.

Semesterplanning:
1: Inleiding Oudheid
2: Parmenides en Heraclitus
3: Plato
4: Aristoteles
5: Inleiding Middeleeuwen
6: Thomas van Aquino en Willem van Ockham
7: Inleiding Moderne tijd
8: Descartes
9: Empirisme: Locke en Hume
1ste sessie Lectuur van wijsgerige teksten: Plato en Aristoteles
10: Kant
2de sessie Lectuur van wijsgerige teksten: Thomas van Aquino
11: Hegel
12: Marx
13: Inleiding Hedendaagse tijd. Nietzsche
3de sessie Lectuur van wijsgerige teksten: Descartes
14: Husserl
15: Heidegger
16: Existentialisme. Sartre
17: Derrida
4de sessie Lectuur van wijsgerige teksten: Kant
18: Analytische wijsbegeerte: Wittgenstein I en II
19: Hermeneutische Wetenschappen. Historicisme en Spengler. Schleiermacher en Dilthey
20: Hermeneutische Wetenschappen. Heidegger en Gadamer

Studiemateriaal

Handboek Wijsbegeerte. Een historische inleiding, Gerd Van Riel m.m.v. Guy Claessens, Leuven,Universitaire Pers Leuven, 2015 (herdr.)

Toelichting werkvorm

Hoor- en responsiecollege

Historische inleiding tot de wijsbegeerte: lectuur wijsgerige teksten (B-KUL-W0Y01a)

1 studiepunten : College 8 Eerste semesterEerste semester
Van Riel Gerd |  Vandenbussche Hanna (plaatsvervanger)

Inhoud

In het lectuurcollege lezen we klassieke filosofische teksten uit verschillende periodes. De teksten sluiten aan bij de leerstof van de hoorcolleges.

  • Lectuursessie 1: Plato (uit De Staat) en Aristoteles (uit Nicomachische Ethiek)
  • Lectuursessie 2: Thomas van Aquino (uit het tractaat Over de deugden)
  • Lectuursessie 3: Descartes (uit de Meditaties)
  • Lectuursessie 4: Kant (uit Kritiek van de zuivere rede)

Het lectuurcollege is zo opgevat dat de studenten in deze eerste confrontatie met de grote teksten uit de geschiedenis van de wijsbegeerte worden begeleid. Aan de hand van richtvragen moeten zij het college voorbereiden, en onder leiding van de docent/assistent wordt tijdens het college het antwoord op de vragen opgebouwd en de tekst verder geanalyseerd. De inbreng van de studenten is daarbij cruciaal. Bovendien worden de teksten gekaderd binnen het denken van de betreffende auteurs, zoals dat in de hoorcolleges aan bod is gekomen.

In 2024-2025 zal het lectuurcollege gedoceerd worden door Sybrand Veeger.

Studiemateriaal

De teksten en de begeleidende opdracht zijn beschikbaar via Toledo.

Toelichting werkvorm

De studenten worden voor de lectuurcolleges opgedeeld in groepen (die worden begeleid door de docent of door een assistent). De studenten moeten zich op de lectuurcolleges voorbereiden door de teksten op voorhand grondig te lezen en de begeleidende opdracht te maken. We verwachten een actieve deelname tijdens de lectuurcolleges en raden de studenten ook aan notities te nemen tijdens de bespreking van de teksten.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Historische inleiding tot de wijsbegeerte (B-KUL-W2Y00a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Het examen is mondeling en bestaat uit drie vragen.

  • één korte vraag, peilend naar parate kennis,
  • één overzichtsvraag of vergelijkingsvraag,
  • één vraag over de gelezen teksten (Lectuur van wijsgerige teksten), die in verband moeten worden gebracht met de stof die in de hoorcolleges aan bod is gekomen.

ECTS Logica (B-KUL-W0Y03A)

6 studiepunten Nederlands 52 Eerste semesterEerste semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

De globale doelstelling van dit vak bestaat erin de studenten in te leiden in de logica, enerzijds als zelfstandige discipline en anderzijds als methodologisch fundament voor hun verdere filosofische opleiding. 

Aan het einde van dit opleidingsonderdeel heeft/is de student:

  • inzicht verworven in fundamentele logische noties zoals ‘geldigheid’, ‘syntaxis' en 'semantiek';
  • grondig kennisgemaakt met de belangrijkste logische systemen, nl. propositielogica, predikatenlogica en modale logica;
  • in staat om uitspraken uit natuurlijke taal om te zetten naar een logische kunsttaal;
  • inzicht in de (filosofische) voordelen maar ook de beperkingen van dergelijke omzettingen (van natuurlijke taal naar kunsttaal);
  • in staat om de geldigheid van een redenering te onderzoeken door haar te formaliseren in één van de reeds genoemde formele logische systemen;
  • een zekere appreciatie verworven voor de abstractie, precisie en filosofische relevantie van de formele logica;
  • kennisgemaakt met de belangrijkste drogredenen (bvb. argumentum ad populum);
  • in staat om dergelijke drogredenen op te sporen in een (filosofische of andere) tekst.

Begintermen

Geen specifieke voorkennis is vereist.

Identieke opleidingsonderdelen

W0AA3A: Logica, met oefeningen

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Logica (B-KUL-W0Y03a)

6 studiepunten : College 52 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

Dit vak biedt een grondige inleiding in de filosofische logica. De volgende onderwerpen zullen aan bod komen:

  • afbakening van het vakgebied; redeneren en argumenteren; logische geldigheid;
  • syntaxis en semantiek van de propositielogica;
  • syntaxis en semantiek van de predikatenlogica (oftewel 'eerste-ordelogica');
  • syntaxis en semantiek van de modale logica (inleidend);
  • omzetten van uitspraken uit de natuurlijke taal naar één van de hierboven vernoemde logische systemen, incl. aandacht voor (taal)filosofische kwesties hieromtrent (bvb. conversationele implicaturen);
  • toepassing van de hierboven genoemde logische systemen om filosofische problemen op te helderen (bvb. B. Russells theorie van bepaalde beschrijvingen);
  • basisnoties uit de argumentatietheorie, i.h.b. de voornaamste drogredenen.

De oefeningen bij dit opleidingsonderdeel worden gegeven door Lisann Penttilä.

Studiemateriaal

Het handboek is An Introduction to Formal Logic (2nd edition, 2020) van Peter Smith; cf. https://www.logicmatters.net/ifl/

Al het studiemateriaal zal beschikbaar zijn via Toledo. 

Toelichting onderwijstaal

Alle hoorcolleges en oefenzittingen zijn in het Nederlands. De slides die gebruikt worden tijdens de hoorcolleges, zijn in het Nederlands.

Het handboek is in het Engels. Op Toledo zal er een exhaustieve woordenlijst (Nederlands/Engels) gepubliceerd worden met specifieke vakterminologie uit de logica.

 

 

Toelichting werkvorm

Het vak bestaat uit hoorcolleges en oefenzittingen. Daarnaast zijn er ook studielabsessies, waarin er o.a. een tussentijdse toets zal georganiseerd worden in de loop van het semester. Voorbeelden van examenvragen worden regelmatig gegeven tijdens de hoorcolleges, oefenzittingen en studielabsessies.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Logica (B-KUL-W2Y03a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Het examen omvat zowel theorievragen als oefeningen.

ECTS Moraalfilosofie (B-KUL-W0Y04A)

6 studiepunten Nederlands 48 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Dit opleidingsonderdeel biedt een inleiding tot de moraalfilosofie. Aan het einde van het opleidingsonderdeel:

  • hebben de studenten een grondige kennis van de voornaamste theorieën in de moraalfilosofie, zowel klassieke als hedendaagse;
  • hebben de studenten inzicht  in de argumenten die binnen die theorieën ontwikkeld worden;
  • zijn de studenten in staat om hun kennis en inzicht in verband te brengen met hedendaagse debatten over morele vraagstukken;
  • kunnen de studenten op een systematische manier omgaan met sleutelteksten uit de moraalfilosofie.


Wat betreft filosofische vaardigheden, kunnen studenten aan het einde van dit opleidingsonderdeel:

  • op heldere en overtuigende wijze argumenten voor of tegen een bepaalde stelling verdedigen;
  • luisteren naar de argumenten van de docent en medestudenten, de argumenten begrijpen en er op een kritische maar respectvolle manier op reageren;
  • op gepaste wijze bijdragen aan een discussie;
  • de structuur en samenhang van een filosofische tekst blootleggen, argumenten identificeren en de tekst verklaren;
  • een filosofische argumentatie herkennen, analyseren, becommentariëren, evalueren en zelf opbouwen.

 

Begintermen

Er is geen voorkennis vereist.

Identieke opleidingsonderdelen

W0AA4A: Moraalfilosofie

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Moraalfilosofie (B-KUL-W0Y04a)

5 studiepunten : College 34 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Het college is een inleiding op de belangrijkste stromingen en problemen in de moraalfilosofie.
De cursus bestaat uit:

Een inleiding
We behandelen terminologische vragen (het verschil tussen ethiek en moraal, het verschil tussen descriptieve ethiek, normatieve ethiek en fundamentele ethiek/meta-ethiek, …) en gaan in op het ontstaan van moraal en ethiek.

Een overzicht van de belangrijkste theorieën in de normatieve ethiek
We bestuderen onder meer klassieke en hedendaagse varianten van het consequentialisme, de deontologie en de deugdenethiek.

Een gedeelte fundamentele ethiek
We bespreken een aantal concepten die centraal staan in de moraalfilosofie, zoals verantwoordelijkheid, rechtvaardigheid, authenticiteit, welzijn en geluk. We gaan ook in op een paar debatten uit de meta-ethiek. Mogelijke onderwerpen zijn het moreel relativisme, moreel realisme vs. anti-realisme en naturalisme vs. non-naturalisme. 

Een mondelinge opdracht
De studenten lezen een aantal opiniebijdragen over morele vraagstukken. Ze identificeren de argumentatie, brengen die in verband met de cursus en formuleren zelf een standpunt. Meer informatie over de opdracht wordt tijdens het eerste college gegeven.

Studiemateriaal

De structuur van de colleges wordt aangegeven op slides die via Toledo ter beschikking worden gesteld. Ook de teksten voor de opdracht worden via Toledo ter beschikking gesteld.

De colleges zijn gebaseerd op een handboek, maar de studenten zijn niet verplicht om het handboek aan te kopen. Enkel wat in de les besproken wordt, moet gekend zijn voor het examen.

Martin van Hees, Thomas Nys, Ingrid Robeyns (red.) Basisboek Ethiek, Amsterdam, Boom, 2014

Het boek zal bij het begin van het tweede semester beschikbaar zijn bij Acco.

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

W0Y04B : Moraalfilosofie

Moraalfilosofie: lectuur wijsgerige teksten (B-KUL-W0Y05a)

1 studiepunten : College 14 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

We lezen en bespreken een aantal klassieke teksten uit de geschiedenis van de moraalfilosofie (Aristoteles, Mill, Kant, Hume) en een aantal hedendaagse teksten (bijvoorbeeld Peter Singer, Philippa Foot, Bernard Williams). 

In 2024-2025 zal het lectuurcollege gedoceerd worden door Jozefien Gielen.

Studiemateriaal

De teksten worden bij de start van de colleges ter beschikking gesteld.

Toelichting werkvorm

De studenten bereiden de teksten thuis voor. Tijdens het eerste uur worden een aantal vragen over de teksten ter beschikking gesteld, die de studenten in kleine groepjes bespreken. Tijdens het tweede uur worden de vragen collectief besproken.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Moraalfilosofie (B-KUL-W2Y04a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding

Over de aard van de vragen wordt in de colleges meer uitleg gegeven.

ECTS Epistemologie en wetenschapsfilosofie (B-KUL-W0Y06A)

6 studiepunten Nederlands 52 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract
Heylen Jan (coördinator) |  Heylen Jan

Doelstellingen

De doelstelling van het opleidingsonderdeel is de studenten vertrouwd te maken met de hedendaagse analytische epistemologie en wetenschapsfilosofie. Op het einde moeten studenten:

  • de concepten kunnen illustreren, omschrijven, contrasteren en relateren;
  • de theorieën kunnen uitleggen, toepassen, contrasteren en vergelijken;
  • de argumenten kunnen analyseren, gestructureerd weergeven, evalueren en kritisch bespreken;
  • Engelstalige, primaire teksten uit de vakgebieden van epistemologie of wetenschapsfilosofie kunnen lezen, begrijpen, analyseren, vertalen naar het Nederlands en eventueel naar formele talen, uitleggen.

Begintermen

Een algemene wetenschappelijke basiskennis (verworven in het middelbaar) wordt verondersteld.

De filosofische concepten, theorieën en argumenten worden telkens in detail uiteengezet, waardoor deze cursus ook voor niet-filosofen toegankelijk is, bijvoorbeeld voor studenten uit wetenschappelijke richtingen die meer inzicht wensen te verwerven in de filosofische aspecten van hun discipline.

Er wordt geen voorkennis van logica verondersteld. Aangezien voorkennis van logica kan helpen bij het lezen van het handboek, kunnen studenten die geen inleidend vak logica gevolgd hebben gebruik maken van de "Open Online Courses in Philosophy: Introduction to Logic". Die cursus is toegankelijk via de volgende link:

http://hiw.kuleuven.be/eng/openonlinecourse/introduction-to-logic 

Voor het vak wetenschapsfilosofie zijn vooral "Unit 1: Logic and deductive validity", "Unit 2: Propositional logic" en "Unit 3: Predicate logic" relevant.

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Wetenschapsfilosofie (B-KUL-W0Y06a)

3 studiepunten : College 26 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Onder meer de volgende onderwerpen uit de algemene wetenschapsfilosofie komen aan bod:

  • Inferenties, theorieën en observaties
  • Verificatie en falsificatie
  • Waarschijnlijkheid
  • Inductie en confirmatie
  • Abductie en verklaringen
  • Wat is wetenschap?

Ook thema's uit de bijzondere wetenschapsfilosofie zullen aan bod komen.

In 2024-2025 wordt het seminarie gegeven door Juliet van Rosendaal

Studiemateriaal

  • Handboek: Jan Heylen, Over denken. Inleiding tot logica en wetenschapsfilosofie. Owl Press, 2024. ISBN voor studenten: 9789464778861.
  • Ondersteunend materiaal wordt op Toledo geplaatst

Toelichting werkvorm

Hoorcollege

  • Hoorcollege met activering
  • Leermodules op Toledo

Epistemologie (B-KUL-W0Y07a)

3 studiepunten : College 26 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Onder meer de volgende onderwerpen komen aan bod:

  • De natuur van kennis
  • De natuur van rechtvaardiging
  • De structuur van kennis en rechtvaardiging
  • De bronnen van kennis en rechtvaardiging
  • De limieten van kennis en rechtvaardiging

Nauwgezette lezing en diepte-analyse van Russell, Bertrand (1912), The Problems of Philosophy.

In 2024-2025 wordt het seminarie gegeven door Juliet van Rosendaal

Studiemateriaal

  • Cursustekst (meer info op Toledo)
  • Russell, Bertrand (1912):  The Problems of Philosophy (Oxford Paperbacks, 2001).

Toelichting werkvorm

Hoorcollege - Werkcollege

  • Hoorcollege met activering
  • Leermodules op Toledo
  • Tekstcollege met voorbereiding

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Epistemologie en wetenschapsfilosofie (B-KUL-W2Y06a)

Type : Examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk
Vraagvormen : Open vragen, Meerkeuzevragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

OLA Epistemologie

De evaluatie van de OLA Epistemologie bestaat uit een eindexamen op basis van:

  • meerkeuzevragen met correctie voor raden, met een gewicht van 75% in het eindtotaal van de OLA;
  • open vragen met een gewicht van 25% in het eindtotaal van de OLA.

De gewogen resultaten behaald op de verschillende componenten worden bij elkaar opgeteld.

OLA Wetenschapsfilosofie

De evaluatie van Wetenschapsfilosofie bestaat uit een eindexamen op basis van:

  • meerkeuzevragen met correctie voor raden, met een gewicht van 75% in het eindtotaal van de OLA;
  • open vragen met een gewicht van 25% in het eindtotaal van de OLA.

De gewogen resultaten behaald op de verschillende componenten worden bij elkaar opgeteld.

OPO Epistemologie en wetenschapsfilosofie

Er is één examenmoment in de examenperiode voor het OPO Epistemologie en wetenschapsfilosofie. Op dat moment leggen de studenten het eindexamen af van zowel de OLA Epistemologie als de OLA Wetenschapsfilosofie.

De OLA Epistemologie heeft een gewicht in het eindtotaal van 50%. De OLA Wetenschapsfilosofie heeft een gewicht in het eindtotaal van 50%.

De gewogen resultaten behaald voor de OLA Wetenschapsfilosofie en de OLA Epistemologie worden bij elkaar opgeteld en vervolgens afgerond. 

Niet-deelname aan het eindexamen leidt tot de beoordeling “niet-afgelegd” (NA).

 

Toelichting bij herkansen

OLA Epistemologie

De evaluatie van de OLA Epistemologie bestaat uit een eindexamen op basis van:

  • meerkeuzevragen met correctie voor raden, met een gewicht van 75% in het eindtotaal van de OLA;
  • open vragen met een gewicht van 25% in het eindtotaal van de OLA.

De gewogen resultaten behaald op de verschillende componenten worden bij elkaar opgeteld.

OLA Wetenschapsfilosofie

De evaluatie van Wetenschapsfilosofie bestaat uit een eindexamen op basis van:

  • meerkeuzevragen met correctie voor raden, met een gewicht van 75% in het eindtotaal van de OLA;
  • open vragen met een gewicht van 25% in het eindtotaal van de OLA.

De gewogen resultaten behaald op de verschillende componenten worden bij elkaar opgeteld.

OPO Epistemologie en wetenschapsfilosofie

Er is één examenmoment in de examenperiode voor het OPO Epistemologie en wetenschapsfilosofie. Op dat moment leggen de studenten het eindexamen af van zowel de OLA Epistemologie als de OLA Wetenschapsfilosofie.

De OLA Epistemologie heeft een gewicht in het eindtotaal van 50%. De OLA Wetenschapsfilosofie heeft een gewicht in het eindtotaal van 50%.

De gewogen resultaten behaald voor de OLA Wetenschapsfilosofie en de OLA Epistemologie worden bij elkaar opgeteld en vervolgens afgerond. 

Niet-deelname aan het eindexamen leidt tot de beoordeling “niet-afgelegd” (NA).

ECTS Continentale wijsbegeerte (B-KUL-W0Y10A)

6 studiepunten Nederlands 52 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Dit opleidingsonderdeel wil een eerste inleiding zijn in het domein van de continentale filosofie, in haar verschillende probleemgebieden en vraagstellingen. De centrale vraag van dit college luidt: wat zijn de belangrijkste thema’s uit de continentale wijsbegeerte en welke concepten en auteurs zijn cruciaal om de belangrijkste stromingen van de continentale wijsbegeerte te begrijpen?

Aan het einde van dit opleidingsonderdeel: 

  • hebben de studenten inzicht in de basisthema’s, auteurs en concepten uit de continentale filosofie;  
  • weten ze zich te oriënteren in de grote vragen rond mens en wereld en in een aantal centrale probleemgebieden van de post-Nietzscheaanse filosofie; 
  • weten ze de post-Nietzscheaanse filosofie te situeren in de bredere filosofisch-historische context van de nieuwste tijd;
  • hebben ze inzicht in de eigenheid van de continentale wijsbegeerte, en in haar relatie tot de Anglo-Amerikaanse wijsbegeerte;
  • kunnen ze omgaan met een verscheidenheid van benaderingen en een veelheid van antwoorden;
  • hebben ze inzicht in de achtergronden en de eigenheid van elk van die benaderingen; 
  • kunnen ze die verschillende benaderingen persoonlijk verwerken, ze met elkaar confronteren en er een kritische houding tegenover ontwikkelen; 
  • begrijpen ze, waar relevant, de dwarsverbanden tussen filosofische debatten en maatschappelijke vraagstukken;
  • en zijn ze in staat dit alles op een duidelijke en samenhangende manier te verwoorden.


Via de cursorische lectuur van teksten, leren de studenten primaire teksten (zoveel mogelijk in de oorspronkelijke taal) analyseren en begrijpen.

Aan het einde van dit opleidingsonderdeel zijn ze in staat om in de gelezen teksten

  • de structuur en samenhang bloot te leggen;
  • de vraagstelling precies naar voren te halen en te formuleren;
  • de centrale stellingen te onderkennen, te expliciteren en historisch te situeren;
  • de argumenten te identificeren en de ontwikkeling ervan te doorzien en uit te leggen.


De studenten kunnen leesstrategieën toepassen op een filosofische tekst. Ze ontwikkelen een gevoeligheid voor verschillende (filosofische) teksttypes en kunnen ze aanwenden bij het lezen en schrijven. Ze maken kennis met verschillende wijzen om een tekst te benaderen (bv. expliciteren filosofische en historische context, hermeneutisch, deconstructief). Ook maken ze kennis met de retorische, stilistische en logische dimensies van een tekst.

Begintermen

Geen specifieke voorkennis vereist

Identieke opleidingsonderdelen

W0AA1A: Fundamentele wijsbegeerte

Onderwijsleeractiviteiten

Continentale wijsbegeerte (B-KUL-W0Y10a)

5 studiepunten : College 44 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

In dit OPO wordt vertrokken van een overzicht van de meest toonaangevende theorieën en auteurs sinds de tweede helft van de negentiende eeuw (vanaf Nietzsche tot het post-structuralisme). Hierbij wordt stilgestaan bij de volgende stromingen en debatten: fenomenologie, deconstructie, structuralisme, post-structuralisme, kritische theorie, secularisatiedebat, postmoderniteit, linguistic turn, psychoanalyse, post-kolonialisme en feminisme.

De opbouw van de cursus is als volgt:

  • Wat is moderniteit? Waar komt ze vandaan en waar gaat ze naartoe? (onder meer Blumenberg, Weber, Lyotard en Habermas)
  • Wat is het kapitalisme en bestaat er een alternatief? (onder meer Marx, Benjamin, Adorno)
  • Wat is het menselijke verlangen en is het mannelijk? (onder meer Freud, Lacan en Judith Butler)
  • Wat is taal en bestaat er een niet-talige wereld? (onder meer Wittgenstein, de Saussure, Foucault)
  • Wat is filosofie en is waarheid nog steeds een belangrijk concept? (onder meer Heidegger, Deleuze, Rancière)

Studiemateriaal

Cursustekst

Slides die worden ter beschikking gesteld via Toledo

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

W0Y10B : Continentale wijsbegeerte

Continentale wijsbegeerte: lectuur wijsgerige teksten (B-KUL-W0Y11a)

1 studiepunten : College 8 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Cursorische lectuur van primaire teksten die aansluiten bij de hoorcolleges (wisselende tekstselectie)

In 2024-2025 zullen de lectuurcolleges voor één groep gedoceerd worden door Ana Van Liedekerke.

Studiemateriaal

Reader

Toelichting werkvorm

We lezen primaire teksten in groepen van ongeveer 30 studenten.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Continentale wijsbegeerte (B-KUL-W2Y10a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling, Paper/Werkstuk, Medewerking tijdens contactmomenten
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding over de hoorcolleges (90 procent van de eindevaluatie)

Vier opdrachten verbonden aan de cursorische lectuur (10 procent van de eindevaluatie)

Deze opdrachten bestaan uit het schriftelijk voorbereiden en indienen (Toledo) van een aantal leesvragen.

  • Studenten die alle vier de opdrachten indienen, krijgen 2 van de 2 punten.
  • Studenten die 1 opdracht niet indienen, krijgen 1 van de 2 punten.
  • Studenten die 2 opdrachten niet indienen, krijgen 0 van de 2 punten.
  • Studenten die meer dan 2 opdrachten niet indienen, krijgen een beoordeling ‘NA’ (niet afgelegd) voor het gehele opleidingsonderdeel.
  • OPGELET: deze opdrachten kunnen niet worden ingediend tijdens de derde examenperiode, dus studenten die meer dan 2 opdrachten niet indienen kunnen voor het hele vak niet meer slagen tijdens het huidige academiejaar.

 

Toelichting bij herkansen

Enkel het mondelinge examen kan worden hernomen. Het deelresultaat voor de opdrachten wordt overgezet naar de derde examenperiode. OPGELET: de opdrachten kunnen niet worden ingediend tijdens de derde examenperiode, dus studenten die meer dan twee opdrachten niet indienen kunnen voor het ganse vak niet meer slagen tijdens het huidige academiejaar.

Studenten die het opleidingsonderdeel moeten hernemen in een volgend academiejaar moeten alle onderdelen opnieuw volgen en afleggen.

ECTS Antieke wijsbegeerte (B-KUL-W0Y20A)

6 studiepunten Nederlands 46 Eerste semesterEerste semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Het doel van dit opleidingsonderdeel is studenten in staat te stellen om:

  • de globale ontwikkeling van de antieke wijsbegeerte te schetsen, met aandacht voor continuïteit en discontinuïteit;
  • het algemene karakter en de eigenheid van de antieke wijsbegeerte te duiden;
  • de belangrijkste thema’s uit de antieke wijsbegeerte te kennen;
  • de belangrijkste bronnen en tekstgenres van de antieke wijsbegeerte te typeren, alsook de specifieke uitdagingen die zij stellen;
  • enkele centrale, primaire teksten (in vertaling) uit de antieke wijsbegeerte correct te interpreteren en te situeren binnen een ruimere filosofische problematiek;
  • schriftelijk te rapporteren over de eigen lectuur en interpretatie van een klassieke tekst uit de antieke wijsbegeerte;
  • het belang van de antieke wijsbegeerte te duiden voor latere ontwikkelingen in de filosofie en in de (westerse) cultuur.

Begintermen

De studenten zijn vertrouwd met de grote lijnen van de historische ontwikkeling van de westerse wijsbegeerte. Ze hebben daartoe reeds een algemeen filosofisch overzichtsvak gevolgd.

Identieke opleidingsonderdelen

W0AC1A: Geschiedenis van de wijsbegeerte van de Oudheid

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Antieke wijsbegeerte: historisch overzicht (B-KUL-W0Y20a)

4 studiepunten : College 33 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

In de hoorcolleges verwerven de studenten een grondig inzicht in de ontwikkeling van de antieke filosofie, vanaf de Presocratici, over Plato en Aristoteles, tot de Hellenistische filosofie en het latere Platonisme.

De cursus omvat drie grote delen:

  • de Presocratische filosofie (de Ionische natuurfilosofen, Pythagorisme, Heraclitus, de Eleaten, pluralisme, atomisme)
  • de klassieke Griekse filosofie (Socrates, Plato en Aristoteles)
  • de Hellenistische filosofie (Stoa, Epicurus, scepticisme) en laat-antieke filosofie (Neoplatonisme)


Een groot deel van de cursus is gewijd aan de lectuur van primaire teksten (in vertaling) uit deze drie periodes.

Studiemateriaal

Het studiemateriaal voor dit onderdeel bestaat uit:

  • een handboek: Griekse en Romeinse filosofie, onder redactie van K.A. Algra, F.A.J. de Haas, e.a., vierde uitgave, 2006
  • een reader met primaire filosofische teksten (in vertaling) en achtergrondmateriaal (leeswijzers, discussievragen, tekstschema’s) die door de docent wordt samengesteld
  • powerpoint-presentaties die in de lessen worden gebruikt en via Toledo ter beschikking worden gesteld
  • notities en aantekeningen die de studenten zelf maken tijdens de les

Toelichting werkvorm

De colleges zijn opgevat als hoor- en lectuurcolleges. Van de studenten wordt verwacht dat ze de relevante delen van het handboek op voorhand doornemen en dat ze de primaire teksten die ter sprake komen op voorhand lezen en verwerken aan de hand van een leeswijzer. Studenten worden bovendien geacht om actief te participeren in de discussies over de leerstof en over de primaire teksten en om notities te nemen tijdens de les. Sommige delen van het handboek dienen de studenten zelfstandig te verwerken. De lessen die aan die hoofdstukken zijn gewijd zullen worden opgebouwd vanuit de vragen die de studenten op voorhand bezorgen.

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

W0Y20B : Antieke wijsbegeerte: historisch overzicht

Antieke wijsbegeerte: seminarie (B-KUL-W0Y21a)

2 studiepunten : College 13 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

In dit seminarie wordt in aansluiting bij en complementair met het algemene overzicht een selectie van teksten gelezen rond een centraal thema uit de klassieke Griekse filosofie (Socrates, Plato en Aristoteles). Dit thema kan jaarlijks wijzigen. Mogelijke thema’s betreffen bijvoorbeeld ethische, politieke, natuurfilosofische, wijsgerig-psychologische of esthetische kwesties.

In 2024-2025 zal het seminarie gedoceerd worden door Jasper Eeckhout.

Studiemateriaal

Het studiemateriaal voor dit onderdeel bestaat uit een reader van primaire en/of secundaire teksten die door de docent wordt samengesteld. Eventueel bijkomend achtergrondmateriaal wordt via Toledo ter beschikking gesteld. 

Toelichting werkvorm

De sessies die aan dit onderdeel zijn gewijd nemen de vorm aan van een tekstseminarie. Deze lectuursessies zijn interactief opgebouwd en vereisen een actieve participatie in de les. Om deze reden geldt voor deze lectuursessies een verplichte aanwezigheid. De contactmomenten hebben ook tot doel om de studenten te beleiden bij het schrijven van een paper van beperkte omvang, waarin ze rapporteren over hun eigen lectuur van de teksten en/of hun onderzoek over het centrale thema van het seminarie.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Antieke wijsbegeerte (B-KUL-W2Y20a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk, Paper/Werkstuk, Medewerking tijdens contactmomenten
Vraagvormen : Open vragen, Gesloten vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

De evaluatie voor dit OPO bestaat uit de volgende onderdelen:

1. een schriftelijk examen over de leerstof van het algemene overzicht van de antieke wijsbegeerte (50%)
2. een schriftelijke lesvoorbereiding, in te dienen in de loop van het semester, over één van de teksten die in het algemene overzicht worden gelezen (15%)
3. een paper van beperkte omvang in aansluiting bij het thema van het seminarie (35%)
4. aanwezigheid en actieve participatie in het seminarie (pass/fail)

Studenten die in de loop van het semester geen lesvoorbereiding en/of paper hebben ingediend worden niet toegelaten tot het schriftelijk examen. Het tijdig indienen van een voorlopige versie van de paper is bovendien een voorwaarde om de finale versie te mogen indienen. Onvoldoende aanwezigheid in het seminarie kan eveneens resulteren in de eindbeoordeling ‘NA’.

Van de studenten wordt verwacht dat ze zich informeren over de facultaire richtlijnen voor papers en bibliografisch refereren en over de facultaire richtlijnen inzake plagiaat.

 

Toelichting bij herkansen

Herkansing is slechts mogelijk voor onderdelen 1. en 3. De herkansing geldt slechts voor het onderdeel/de onderdelen waarvoor de student een onvoldoende haalde.

Studenten die tijdens het semester onderdeel 2. niet hebben afgelegd, kunnen dit niet hernemen bij de herkansing. Voor dit onderdeel wordt de 'NA' van de eerste examenkans omgezet in een '0' voor de herkansing (dus 0/3 van de 20 punten, aangezien dit onderdeel op 15% van het eindtotaal staat). 

Voor onderdeel 3. krijgen de studenten in de loop van het semester feedback op een voorlopige versie van hun paper. De herkansing voor dit onderdeel geldt slechts voor wie tijdens het semester een voorlopige versie van de paper heeft ingediend en dus gebruik heeft gemaakt van de feedback die tijdens het semester wordt aangeboden.

Studenten die het opleidingsonderdeel moeten hernemen in een volgend academiejaar moeten alle onderdelen van het examen opnieuw afleggen.

ECTS Metafysica (B-KUL-W0Y22A)

6 studiepunten Nederlands 52 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Dit college maakt de studenten vertrouwd met de klassieke vraagstelling van de metafysica, met inbegrip van de reacties tegen de metafysica vanaf Kant tot de hedendaagse tijd. Aan het einde van dit opleidingsonderdeel zijn de studenten in staat om de grote tendensen binnen de klassieke metafysica te begrijpen, en om die tendensen (inclusief de metafysica-kritiek) te duiden in een historisch en filosofisch perspectief. Ze zijn in staat om de grote lijnen van de verschillende opvattingen zelf in tekstlectuur te exploreren, en een onderwerp op een coherente en doordachte manier te behandelen in een presentatie en een paper.

Begintermen

Algemene kennis van de grote thema’s van de wijsbegeerte in haar historische ontwikkeling (verworven in het opleidingsonderdeel Historische Inleiding tot de Wijsbegeerte)

Identieke opleidingsonderdelen

W0AB2B: Metafysica

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Metafysica (B-KUL-W0Y22a)

4 studiepunten : College 39 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Het hoor- en responsiecollege maakt de studenten vertrouwd met de evoluties binnen de klassieke metafysica, op grond van twee basisvragen: 1. Wat is metafysica? 2. Is metafysica mogelijk? De eerste vraag behandelen we thematisch vanuit een confrontatie tussen Aristoteles en Martin Heidegger; de tweede vraag vormt de aanleiding tot een historisch overzicht van de klassieke metafysica(kritiek). Na de middeleeuwse universaliënstrijd, komt de moderne metafysica van Descartes en Kant aan bod. We eindigen met Heideggers ontologie en het hedendaagse speculatief realisme. Van de betrokken auteurs wordt een selectie van teksten besproken, en de uiteenzetting over hun opvattingen wordt vanuit de tekstlectuur opgebouwd. 

 

Studiemateriaal

Syllabus met een reader van de besproken teksten

Toelichting werkvorm

Hoor- en responsiecollege met lectuur van teksten.

Metafysica: werkcollege (B-KUL-W0Y23a)

2 studiepunten : College 13 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Het werkcollege bestaat uit lectuur van teksten, geselecteerd rond een thema uit de klassieke metafysica. De teksten en de thema’s veranderen jaarlijks.

In 2024-2025 zal het werkcollege gedoceerd worden door Vinsent Nollet.

Studiemateriaal

Alle teksten zullen beschikbaar gemaakt worden op Toledo.

Alle teksten zijn voorzien van een Nederlandse of Engelse vertaling.

Toelichting werkvorm

Werkcollege met tekstlectuur, twee tussentijdse essays en actieve deelname.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Metafysica (B-KUL-W2Y22a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling, Paper/Werkstuk, Presentatie
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Hoor- en responsiecollege: klassiek mondeling examen

Werkcollege: permanente evaluatie (presentaties) en afsluitende paper of meerdere kleinere schrijfopdrachten.

Bij bepaling van het eindresultaat is de verhouding 60% voor het hoor- en responsiecollege en 40% voor het werkcollege.

Studenten krijgen enkel een eindresultaat voor het opleidingsonderdeel als ze aan de evaluaties van beiden onderdelen hebben deelgenomen. In het andere geval krijgen ze een beoordeling ‘NA’ (niet afgelegd). Studenten kunnen niet slagen voor het opleidingsonderdeel als ze voor één van beide onderdelen een onvoldoende hebben behaald. In dat geval kunnen ze ten hoogste een eindscore van 9/20 behalen.

Van de studenten wordt verwacht dat ze zich informeren over de facultaire richtlijnen voor papers en bibliografisch refereren en over de facultaire richtlijnen inzake plagiaat.

Toelichting bij herkansen

Hoor- en responsiecollege: tweede examenmoment

Werkcollege: het cijfer voor permanente evaluatie (presentaties) blijft onveranderd, de afsluitende paper wordt opnieuw geschreven en geëvalueerd.

Indien de student geslaagd is voor één van beide delen (hoor- en responsie- vs. werkcollege) worden de deelpunten overgedragen naar de tweede examenkans binnen hetzelfde academiejaar.

ECTS Middeleeuwse wijsbegeerte (B-KUL-W0Y24A)

6 studiepunten Nederlands 39 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Dit opleidingsonderdeel maakt de student vertrouwd met de historische context en de belangrijkste denkers en thema's in de middeleeuwse wijsbegeerte.

Na het voltooien van dit opleidingsonderdeel kan de student:

  • de algemene ontwikkeling schetsen van de middeleeuwse filosofie, van ca. 400 tot ca. 1400 na Christus, in de Christelijke, Arabische, en Joodse wijsgerige tradities;
  • met betrekking tot een aantal specifieke thema's in de middeleeuwse filosofie: hun achtergronden en wortels in de antieke en middeleeuwse filosofie, in het jodendom, christendom of islam, en in de onderwijsinstellingen en religieuze instellingen in het middeleeuwse Europa (bv. universiteiten, bedelordes) bespreken;
  • de opvattingen van verschillende auteurs over bepaalde specifieke thema's (thema's en auteurs kunnen jaarlijks wijzigen) samenvatten, uitleggen en vergelijken, met verwijzing naar de gelezen teksten;
  • op basis van verworven achtergrondkennis en oefening in het lezen van teksten, zichzelf oriënteren in een middeleeuwse filosofische tekst en de hoofdthema's en -argumenten eruit halen en beschrijven in een korte paper;
  • beschrijven hoe de middeleeuwse filosofie een aantal alternatieve filosofische intuïties biedt tegenover de hedendaagse filosofie en inzien hoe aan de hand daarvan bepaalde hedendaagse filosofische vooronderstellingen in vraag kunnen worden gesteld.

Begintermen

  • Kennis van Latijn of van middeleeuwse filosofie zijn niet vereist. Niettemin komt enige achtergrond in antieke en middeleeuwse filosofie, in westerse religie en in metafysica, ethiek en logica goed van pas.
  • Een open geest en de bereidheid om de eigen filosofische vooronderstellingen in vraag te stellen
  • Kennis van het Engels (er worden Engelse vertalingen van de primaire teksten gebruikt)

Identieke opleidingsonderdelen

W0AC3B: Geschiedenis van de wijsbegeerte van de Middeleeuwen

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Middeleeuwse wijsbegeerte (B-KUL-W0Y24a)

6 studiepunten : College 39 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

De cursus biedt een historische overzicht van de middeleeuwse wijsbegeerte. De klemtoon ligt op de Christelijke wijsbegeerte, maar er wordt ook aandacht besteed aan Arabisch en Joodse wijsbegeerte

De cursus behandelt de historische context en de basisbegrippen:

  • Middeleeuwse filosofie: probleem van karakterisering en periodisering
  • Algemeen overzicht van de middeleeuwse wijsbegeerte
  • Bronnen van het middeleeuwse denken
  • Literaire genres (commentaar, disputatie) en instituties (hoven, scholen, universiteiten)
  • Logica en filosofie in de middeleeuwen
  • Theologie en filosofie in de middeleeuwen

Elke les is opgebouwd rond een of meerdere teksten van een of meerdere auteurs over een specifiek onderwerp in de middeleeuwse wijsbegeerte.

Voorbeelden van thema's: vrije wil, goddelijke namen, cognitie en kennis, (deugden)ethiek, geloof en reden, goddelijke voorkennis en toekomstige contingenties, eeuwigheid van de wereld, beweging en verandering

Voorbeelden van auteurs: Augustinus, Boethius, Johannes Scotus Eriugena, Anselmus, Avicenna, al-Ghazali, Petrus Abaelardus, Averroes, Maimonides, Thomas van Aquino, Hendrik Van Gent, Johannes Duns Scotus, Meester Eckhart, Gersonides, Willem van Ockham, Johannes Buridanus, Christine de Pizan

In 2024-2025 zal het seminarie gedoceerd worden door N.

Studiemateriaal

  • Een reader met middeleeuwse filosofische teksten (in Engelse vertaling) en ondersteunend cursusmateriaal van de docent wordt verspreid via de NFK cursusdienst.
  • Handboek: John Marenbon, Medieval Philosophy: A Very Short Introduction (Oxford University Press, 2016)
  • Aanbevolen lectuur (facultatief, voor de ambitieuze student): Armand Maurer, Medieval Philosophy: an Introduction (Toronto: PIMS, 1982) of John Marenbon, Medieval Philosophy. An Historical and Philosophical Introduction (Routledge, 2007)

Toelichting werkvorm

Dit opleidingsonderdeel bestaat uit colleges (2 uur/week) en een verplicht, bijkomend seminarie, dat elke week (1 uur) of elke twee weken (2 uur) plaatsvindt.

Voor de colleges moeten studenten de opgelegde teksten lezen en analyseren, het handboek studeren, notities nemen en de inhouden verwerken. Studenten worden aangemoedigd om vragen te stellen tijdens de hoorcolleges en in discussie te treden met de docenten, alsook met de filosofische visies de tijdens de colleges voorgesteld worden.

In het seminarie krijgen de studenten de gelegenheid om aanvullende thema's te bestuderen en bediscussieren. Aanwezigheid in het seminarie is verplicht.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Middeleeuwse wijsbegeerte (B-KUL-W2Y24a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk, Paper/Werkstuk, Medewerking tijdens contactmomenten, Take-home
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

De evaluatie voor dit OPO bestaat uit de volgende onderdelen:

1. Een schriftelijk examen tijdens de examenperiode. Dit examen bestaat uit essayvragen die betrekking hebben op de leerstof die behandeld werd tijdens het semester en op het handboek. Het examen is gesloten boek. Wel is het toegestaan om een compact vertaalwoordenboek (Engels <-> Nederlands) te gebruiken (50%)
2. Een schriftelijke lesvoorbereiding, in te dienen in de loop van het semester, over de lectuur ivm een hoorcollege (15%)
3. Een paper van beperkte omvang in aansluiting bij het thema van het seminarie (35%)
4. Aanwezigheid en actieve participatie in het seminarie (pass/fail)

Studenten die in de loop van het semester geen lesvoorbereiding hebben ingediend krijgen een nul (0) voor dat onderdeel, zonder mogelijkheid tot herkansing. Onvoldoende aanwezigheid in het seminarie zal resulteren in de eindbeoordeling ‘NA’.

Van de studenten wordt verwacht dat ze zich informeren over de facultaire richtlijnen rond papers en bibliografisch refereren en over de facultaire richtlijnen inzake plagiaat.

Toelichting bij herkansen

Herkansing is slechts mogelijk voor onderdelen 1. en 3. Wanneer de student niet geslaagd was voor het opleidingsonderdeel, geldt de herkansing slechts voor het onderdeel/de onderdelen waarvoor de student een onvoldoende haalde.

Studenten die het opleidingsonderdeel moeten hernemen in een volgend academiejaar moeten alle onderdelen van het examen opnieuw afleggen.

ECTS Wijsgerige psychologie (B-KUL-W0Y26A)

6 studiepunten Nederlands 52 Eerste semesterEerste semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Aan het eind van dit opleidingsonderdeel hebben de studenten kennis van en inzicht in de centrale concepten en de voornaamste theorieën van de hedendaagse, analytische (Anglo-Amerikaanse, Engelstalige) wijsgerige psychologie (philosophy of mind) met betrekking tot twee kernthema’s: persoonsidentiteit en geest-lichaam relatie.

Ook hebben de studenten de volgende vaardigheden geoefend:

  • logische vaardigheden: conceptuele en argumentatieve vaardigheden, meer specifiek conceptuele analyse en argumentatie-evaluatie (geldigheid en soliditeit);
  • discussievaardigheden (toepassing logische vaardigheden): pro- versus contra-stellingen, disputanten-rollenspel.

Begintermen

Kennis van de symbolische (eerste orde) propositie- en predikatenlogica

Identieke opleidingsonderdelen

W0AA6A: Philosophy of mind

Onderwijsleeractiviteiten

Wijsgerige psychologie (B-KUL-W0Y26a)

6 studiepunten : College 52 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

Deze cursus geeft een thematische inleiding tot de wijsgerige psychologie (philosophy of mind) binnen het kader van de hedendaagse, analytische filosofie. De onderwerpen zijn 1) persoonsidentiteit en 2) geest-lichaam relatie.

De cursus bestaat uit drie delen:

1) Het probleem van de persoonsidentiteit: lichaamstheorie en geheugentheorie, bundel- vs. ego-theorie, breintheorie, onpersoonlijke theorie
2) Het geest-lichaam probleem: Folk Psychology, qualia, intentionaliteit, mentale causaliteit, dualisme, materialisme, behaviourisme, identiteitstheorie, functionalisme, niet-reductief en eliminatief materialisme
3) Verdiepende tekststudie: Jaegwon Kim, Daniel Dennett, Jerry Fodor

In 2024-2025 zal het seminarie gegeven worden door N.

.

 

Toelichting werkvorm

Tijdens de hoorcolleges maken studenten kennis met allerlei concepten, argumenten en theorieën in de wijsgerige psychologie. Ze worden uitgedaagd om vragen te stellen. Tijdens de seminarie worden studenten verwacht om primaire literatuur in het domein te lezen, te structureren, te presenteren en erover te discussiëren

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Wijsgerige psychologie (B-KUL-W2Y26a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk, Paper/Werkstuk, Presentatie, Self assessment/Peer assessment, Medewerking tijdens contactmomenten
Vraagvormen : Open vragen, Meerkeuzevragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

De hoorcolleges worden bevraagd door middel van een schriftelijk examen met meerkeuzevragen (met giscorrectie) en/of open vragen. Dit examen telt mee voor 60 procent van het eindresultaat van dit vak. De overblijvende 40 procent hangt samen met het seminariewerk dat uit verschillende delen bestaat: a) het presenteren en bediscussiëren van sleutelteksten tijdens het seminarie; b) het beoordelen van de presentaties en participatie van andere studenten (peer review); en c) het schrijven van een paper. Om te slagen voor dit vak moeten alle onderdelen (hoorcollege en seminarie) afgelegd worden.

Van studenten wordt verwacht dat zij zich informeren over de facultaire richtlijnen voor werkstukken en bibliografische verwijzingen en over de facultaire richtlijnen met betrekking tot plagiaat.

 

Toelichting bij herkansen

Bij herkansing blijven de resultaten voor a) en b) behouden. Studenten kunnen enkel herkansen bij de onderdelen waarvoor ze niet slaagden.

ECTS Politieke filosofie (B-KUL-W0Y27A)

6 studiepunten Nederlands 48 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

In dit opleidingsonderdeel krijgen de studenten een systematische inleiding in de politieke filosofie. Aan het einde van dit opleidingsonderdeel zijn studenten in staat om:

  • de in de cursus besproken politiek filosofische debatten te analyseren (d.w.z. dat ze in staat zijn om de inzet van het debat helder te karakteriseren, de besproken filosofische posities inhoudelijk te reconstrueren en deze posities kritisch van elkaar te onderscheiden);
  • een beargumenteerde positie in te nemen met betrekking tot deze filosofische debatten;
  • over relevante maatschappelijke feiten, fenomenen of ontwikkelingen te reflecteren op basis van de in de cursus opgedane kennis en inzichten.


In dit opleidingsonderdeel oefenen en versterken studenten de volgende vaardigheden:

  • nauwgezet en kritisch lezen van de geselecteerde (primaire en secundaire) teksten,
  • maken van een accurate analyse en synthese van de gelezen teksten,
  • blootleggen van de structuur van de teksten en identificeren van de argumenten,
  • hun inzichten in de teksten helder verwoorden in klassikale discussies,
  • in klassikale discussies luisteren naar medestudenten en kritisch maar respectvol reageren,
  • zelf bedenkingen formuleren bij de teksten en argumenten of/en argumenteren waarom ze het ene standpunt verkiezen boven een ander,
  • op kritische wijze verbanden leggen tussen de teksten en actuele problemen en debatten in de samenleving.

Begintermen

Studenten die aan deze cursus deelnemen worden verondersteld al een basiscursus ethiek of moraalfilosofie gevolgd te hebben. Aan diegenen voor wie dat niet het geval zou zijn, wordt ten zeerste aangeraden om zelf een inleidend handboek moraalfilosofie door te nemen. Suggesties in dit verband zijn:

  • Bart Raymaekers (2016), Ethiek: de basis, Lannoo Campus
  • Martin van Hees, Thomas Nys, Ingrid Robeyns (red.) (2014), Basisboek Ethiek, Boom
  • Govert den Hartogh, Frans Jacobs, Thoe van Willigenburg (red.) (2013), Wijsgerige ethiek. Hoofdvragen, discussies en inzichten, Damon

Identieke opleidingsonderdelen

W0AA7B: Politieke filosofie

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Politieke filosofie (B-KUL-W0Y27a)

6 studiepunten : College 48 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Deze cursus vormt een inleiding op de politieke filosofie. Het vak geeft aan hoe de politieke filosofie ons kan helpen reflecteren op maatschappelijke en politieke uitdagingen waar onze samenleving vandaag mee geconfronteerd wordt, in zowel een historische als theoretische kader. Hoewel een aantal belangrijke historische en hedendaagse auteurs (Hobbes, Locke, Rousseau, Rawls, Habermas, Mouffe,...) daarbij uitgebreid aan bod komen, is de benadering in essentie thematisch en niet chronologisch. Volgende onderwerpen komen onder andere aan bod: het sociale contract, herverdelende rechtvaardigheid, mondiale rechtvaardigheid, nationalisme, multiculturalisme, democratie, representatie, populisme en neoliberalisme.

In 2024-2025 zal het seminarie gedoceerd worden door Claudia Galgau.

 

Studiemateriaal

De hoorcolleges worden ondersteund door een cursus die geschreven werd door de docent en die via ACCO beschikbaar zal zijn.

De powerpoint presentaties gebruikt tijdens de hoorcolleges worden beschikbaar gesteld via Toledo.

De teksten voor de seminaries zullen beschikbaar gesteld worden via NFK en/of via Toledo.

Toelichting werkvorm

Het opleidingsonderdeel bestaat uit 16 hoorcolleges van telkens 2 uur. Het gaat daarbij om interactieve hoorcolleges waarbij voldoende tijd voorzien wordt voor vragen en discussies.

Daarnaast zijn er 7 seminaries van telkens 2 uur in kleinere groepen. Hier worden primaire en secundaire teksten gelezen en bediscussieerd die aansluiten bij de leerstof die in de hoorcolleges aan bod komt. Bij elk seminarie hoort een kleine schriftelijke opdracht die de studenten op voorhand moeten maken (samenvatting, leesvragen, discussiepunten,…) en inleveren tijdens de bijeenkomst. De studenten worden geacht aanwezig te zijn tijdens deze seminaries en actief aan de discussies deel te nemen.

 

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Politieke filosofie (B-KUL-W2Y27a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling, Medewerking tijdens contactmomenten
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

De score voor dit opleidingsonderdeel komt als volgt tot stand:

  • 80% van het eindresultaat op basis van het mondelinge examen
  • 20% van het eindresultaat op basis van de participatie tijdens de seminaries


Tijdens het mondelinge examen (gesloten boek) worden de studenten ondervraagd over de leerstof die tijdens de hoorcolleges aan bod is gekomen.

Tijdens de seminaries moeten de studenten aanwezig zijn en actief deelnemen aan de discussies. De schriftelijke opdrachten zijn verplicht en moeten bij elke bijeenkomst ingeleverd worden. Studenten die herhaaldelijk afwezig zijn tijdens de seminaries en/of hun opdrachten niet inleveren krijgen een NA score voor het hele opleidingsonderdeel. Deze NA is definitief en betekent dat de student dit academiejaar niet voor dit vak kan slagen. De studenten worden tijdens de seminaries beoordeeld op de mate waarin ze actief participeren aan de discussies. Wanneer een student om zwaarwichtige redenen gedurende een langere periode of regelmatig niet kan deelnemen aan de seminaries, verwittigt die zo spoedig mogelijk de examenombuds.

 

Toelichting bij herkansen

De studenten kunnen alleen herkansen voor het mondelinge examen (gesloten boek). De score die behaald werd voor de participatie tijdens de seminaries wordt overgedragen naar de herkansing en telt opnieuw mee voor 20% van het eindresultaat. Wie een NA haalde voor de seminaries, kan deze niet herkansen en kan dus dit academiejaar niet lagen voor dit vak.

ECTS Wijsgerige antropologie: continentale perspectieven (B-KUL-W0Y28A)

6 studiepunten Nederlands 39 Eerste semesterEerste semester Uitgesloten voor examencontract
N. |  Micali Stefano (plaatsvervanger)

Doelstellingen

Het doel van deze cursus is studenten vertrouwd te maken met belangrijke benaderingen, sleutelconcepten en centrale thema's in de continentaal-filosofische antropologie.

Aan het einde van de cursus zouden studenten in staat moeten zijn om:

  • nauwgezet en kritisch de geselecteerde (primaire en secundaire) teksten te lezen;
  • de belangrijkste benaderingen en kernconcepten van de continentaal-filosofische antropologie samen te vatten, toe te lichten en kritisch te beoordelen;
  • relevante filosofische concepten te gebruiken bij het formuleren van hun eigen ideeën en argumenten betreffende de menselijke conditie, belichaming, relaties tussen zelf-anderen, de rol van affectiviteit en stemmingen voor menselijke ervaring en gedrag;
  • een academische paper volgens de academische standaarden te schrijven;
  • verschillende noties van menselijke subjectiviteit en van de menselijke conditie kritisch te bespreken, inclusief transcendentale-, historische- en culturele- en/of genderspecifieke aspecten;
  • de relevantie van niet-filosofische disciplines en interdisciplinair onderzoek voor filosofische antropologie te duiden;

Begintermen

Kennis op beginniveau van de westerse filosofie, vooral de Europese traditie, is vereist. Zeer goede kennis van Engels en academisch basisschrijven, alsmede argumentatieve vaardigheden worden verwacht. Studenten moeten bereid zijn kritisch na te denken over hun eigen aannames en actief deel te nemen aan discussies in de klas.

Identieke opleidingsonderdelen

W0AA9B: Wijsgerige antropologie

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Wijsgerige antropologie: continentale perspectieven (B-KUL-W0Y28a)

6 studiepunten : College 39 Eerste semesterEerste semester
N. |  Micali Stefano (plaatsvervanger)

Inhoud

Deze cursus introduceert studenten in belangrijke benaderingen, sleutelconcepten en centrale thema's in de continentaal-filosofische antropologie.

Hoofdthema's van de continentaal-filosofische antropologie zullen worden besproken, zoals menselijke subjectiviteit, de menselijke conditie, belichaming, de relatie tussen zelf-anderen, de rol van affectiviteit en stemmingen voor menselijke ervaring en gedrag. Deze verschillende dimensies van de menselijke ervaring zullen onderzocht worden door middel van de analyse van een specifiek fenomeen: angst. Zowel historische als systematische benaderingen die centraal staan in de continentaal-filosofische antropologie zullen worden geïntroduceerd, inclusief fenomenologie, existentialisme en poststructuralisme.

Filosofische benaderingen zullen worden gerelateerd aan niet-filosofische disciplines en interdisciplinair onderzoek.

De seminariesessies lopen parallel aan de hoorcolleges en zullen di thema's van de hoorcolleges meer in detail behandelen. 

In 2024-2025 zal het seminarie gedoceerd worden door Rik Ouwerkerk.

 

Studiemateriaal

Een reader met primaire teksten zal ter beschikking worden gesteld, zowel voor de colleges als voor het seminarie.

Toelichting werkvorm

De cursus bestaat uit (1) hoorcolleges (2 uur per week) die een introductie bieden op het gebied van de wijsgerige antropologie vanuit een continentaal perspectief EN (2) een seminarie (2 uur elke twee weken) over een specifiek thema binnen de continentaal-wijsgerige antropologie.

Studenten moeten actief deelnemen aan beide delen van de cursus.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Wijsgerige antropologie: continentale perspectieven (B-KUL-W2Y28a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Schriftelijk, Paper/Werkstuk, Presentatie, Medewerking tijdens contactmomenten
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

Tijdens de examenperiode is er een schriftelijk examen op basis van het materiaal dat is behandeld in de hoorcolleges (50%). Een korte paper (max. 1500 woorden), aansluitend bij het materiaal behandeld in de seminaries, moet worden ingediend in de loop van het semester (30%). Actieve participatie (20%) is essentieel, vooral tijdens het seminarie, en kan - afhankelijk van de groepsgrootte - een korte presentatie, een schriftelijk rapport of een equivalent daarvan inhouden.

Studenten die niet aan alle onderdelen van het examen hebben deelgenomen, krijgen een eindbeoordeling ‘NA’ (niet-afgelegd).

Van de studenten wordt verwacht dat ze zich informeren over de facultaire richtlijnen voor papers en bibliografisch refereren en over de facultaire richtlijnen inzake plagiaat.

 

Toelichting bij herkansen

Het examen en de paper kunnen worden herkanst. De punten voor deelname worden overgezet naar de derde examenperiode en zijn niet-herkansbaar. Wanneer een student niet geslaagd was voor het geheel, maar wel voor het examen of de paper, wordt het geslaagde deelcijfer overgedragen naar de derde examenperiode.

Studenten die het opleidingsonderdeel moeten hernemen in een volgend academiejaar moeten alle onderdelen van het examen opnieuw afleggen.

ECTS Fenomenologie (B-KUL-W0Y31A)

6 studiepunten Nederlands 39 Eerste semesterEerste semester Uitgesloten voor examencontract
Wolff Ernst |  Caminada Emanuele (plaatsvervanger)

Doelstellingen

Het doel van deze cursus is om de studenten hun kennis van en inzicht in de fenomenologie te ontwikkelen. Fenomenologie in zowel de strikte als de brede zin van het woord zal worden onderzocht. Dit zal gebeuren door het bestuderen van een selectie van belangrijke auteurs, voornamelijk in de originele tekst. Deze aanpak geeft de studenten een zicht op de diverse dimensies van de fenomenologie. Een van deze dimensies is de praktijk van zelfkritiek, die in deze cursus zou kunnen worden aangevuld met een verwijzing naar kritiek vanuit andere vormen van filosofie.

Aan het einde van de cursus hebben de studenten kennis verworven van diverse aspecten van de fenomenologie. Ze zullen in staat zijn om sleutelbegrippen als intentionaliteit, tijdbewustzijn, reductie, belichaming, verbeelding, betekenis, levenswereld, intersubjectiviteit, zelf en andere te gebruiken. Zij hebben kennis gemaakt met een selectie van klassieke auteurs uit de traditie (zoals Husserl, Heidegger, Merleau-Ponty, Beauvoir), kernbegrippen, hedendaagse debatten en lopend onderzoek.

De opdrachten zijn gericht op het verbeteren van de lees- en schrijfvaardigheid van de studenten (het accent ligt op het herkennen, analyseren en evalueren van argumenten). Het examen geeft studenten de mogelijkheid om belangrijke argumenten te reconstrueren, kritisch om te gaan met het studiemateriaal en een onafhankelijke visie op een relevante vraag te formuleren.

Begintermen

Kennis op beginniveau van de westerse filosofie, vooral de Europese traditie, is vereist. Zeer goede kennis van Engels en academisch basisschrijven, alsmede argumentatieve vaardigheden worden verwacht. Studenten moeten bereid zijn kritisch na te denken over hun eigen aannames en actief deel te nemen aan discussies in de klas.

Identieke opleidingsonderdelen

W0AO1A: Fenomenologie en hedendaagse continentale wijsbegeerte

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Fenomenologie (B-KUL-W0Y31a)

6 studiepunten : College 39 Eerste semesterEerste semester
Wolff Ernst |  Caminada Emanuele (plaatsvervanger)

Inhoud

De cursusinhoud is bedoeld om de studenten hun kennis over fenomenologie als methode en de bredere fenomenologische beweging te consolideren en uit te bouwen. Hiertoe bestaat de cursus in de eerste plaats uit een inleidende component en in de tweede plaats uit een thematische verdieping die elk jaar wordt gekozen.

De inleidende component richt zich op de basisbegrippen en -problemen van de fenomenologie. Een studie van klassieke fenomenologen maakt deel uit van deze component.

De thematische component zoomt in op een thema (of een aantal thema's) waarover fenomenologen - zowel klassieke auteurs als auteurs van de bredere fenomenologische beweging - werken. De diepgang van fenomenologische benaderingen van specifieke thema's wordt op deze manier geïllustreerd. Verder zal de betekenis van fenomenologische inzichten in de ruimere sfeer van filosofie en sociale wetenschappen worden onderzocht.

In 2024-2025 zal het seminarie gedoceerd worden door Rik Ouwerkerk.

Studiemateriaal

Een selectie van teksten wordt als cursusmateriaal gekozen en aan de studenten bekend gemaakt. Deze teksten zullen beschikbaar zijn in Nederlandse of Engelse vertaling.

Toelichting werkvorm

De cursus bestaat uit twee uur hoorcollege (elke week) en een aantal seminariesessies (verspreid over het semester) voor de ontwikkeling van vaardigheden of, uitzonderlijk, aanvulling op de hoorcolleges.

De vaardigheidstraining bestaat uit het volgende:

- Groeps- of individueel werk: dit is toepassingsgericht. Studenten werken aan een bepaald filosofisch probleem, dat vervolgens met de hele klasgroep wordt besproken. Het doel is om het vermogen van studenten om fenomenologisch te denken aan te scherpen.

- Close reading van teksten: een kleine selectie van teksten in het Duits en Frans wordt in de klas aandachtig bestudeerd. Het doel is de studenten vertrouwd te maken met de praktijk van het werken in de oorspronkelijke taal (NB: al het andere voorgeschreven cursusmateriaal is beschikbaar in Engelse of Nederlandse vertaling).

- Feedback op opdrachten: in de loop van de cursus moeten de studenten drie korte opdrachten indienen, met als doel hun vermogen te verfijnen om fenomenologische teksten te interpreteren en te beoordelen of om hun eigen fenomenologische studies te schrijven. De feedback op deze opdrachten is collectief, in het derde uur.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Fenomenologie (B-KUL-W2Y31a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling, Paper/Werkstuk, Medewerking tijdens contactmomenten
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Geen

Toelichting

De beoordeling bestaat uit 3 componenten:

Het examen (70%) is gebaseerd op het studiemateriaal en de colleges. Het bestaat uit een mondeling examen, 15 minuten per student, met 2-3 vragen. De vragen zijn bedoeld om enerzijds de kennis van de leerstof te toetsen en anderzijds het inzicht en de kritische betrokkenheid van de studenten bij de problemen die in de leerstof naar voren komen.

Drie korte opdrachten (30%) dienen om de studenten tijdens de cursus te activeren en hen te helpen vertrouwen en competentie in de fenomenologie te verwerven. Inzending van de opdracht telt voor de helft van de score, de andere helft is een beoordeling van de kwaliteit van de opdracht.

Deelname aan lezingen is verplicht - dit moet worden beoordeeld aan de hand van random roll calls. Om deel te nemen aan het examen moeten studenten aanwezig zijn geweest bij 75%< van de colleges.

Toelichting bij herkansen

Een herkansing van het examen kan worden gedaan.

De deelname aan lessen en de opdrachten zijn niet herhaalbaar. De scores voor opdrachten worden overgedragen naar het tweede examen.

ECTS Moderne wijsbegeerte (B-KUL-W0Y32B)

6 studiepunten Nederlands 46 Tweede semesterTweede semester Uitgesloten voor examencontract
de Boer Karin (coördinator) |  Breeur Roland |  de Boer Karin |  Vermeiren Florian (plaatsvervanger)

Doelstellingen

Deze cursus heeft als doel om studenten vertrouwd te maken met de historische context, belangrijkste filosofen, thema’s en debatten in de geschiedenis van de moderne filosofie (Descartes t/m Nietzsche).

Aan het einde van de cursus is de student in staat om

  • de behandelde teksten te begrijpen tegen de achtergrond van de belangrijkste fasen en stromingen in de geschiedenis van de moderne filosofie;
  • de primaire literatuur die tijdens de cursus behandeld wordt kritisch te analyseren;
  • de structuur en samenhang van een relatief complexe filosofische tekst bloot te leggen;
  • de ideeën en argumenten van de behandelde filosofen uit te leggen, te vergelijken en te beoordelen;
  • bovengenoemde elementen op heldere en overtuigende wijze mondeling over te brengen;
  • bovengenoemde elementen te presenteren in schriftelijke opdrachten;
  • gestructureerde bijdrages te leveren aan groepsdiscussies over de behandelde teksten en onderwerpen.

Begintermen

De cursus vooronderstelt basale kennis van de filosofie en haar geschiedenis.

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Vroegmoderne wijsbegeerte (B-KUL-W0Y32a)

3 studiepunten : College 24 Tweede semesterTweede semester

Inhoud

Deze cursus staat in het teken van de betekenis en de grenzen van de moderniteit voor zover deze in de filosofie van de zeventiende tot en met de negentiende eeuw weerspiegeld wordt. De moderne visie op cultuur, religie, politiek en wetenschap die zich vanaf de zeventiende eeuw begon te ontwikkelen berust op de gedachte dat de mens in staat is om te kennen en te handelen onafhankelijk van autoriteiten, tradities en vooronderstellingen. In het eerste deel van de cursus staat het mens- en wereldbeeld van het zeventiende-eeuwse rationalisme centraal. Uitgaande van Descartes’ teksten over de wetenschappen (o.a. Regulae ad directionem ingenii, Traité de l’Homme, Les passions de l’âme) onderzoeken we de Cartesiaanse opvatting omtrent kennis, de wil, het lichaam en de passies. Tegen deze achtergrond wordt vervolgens ingegaan op de invloed van Descartes op filosofen zoals Malebranche, Pascal, Locke en Spinoza.

Studiemateriaal

Cursusnota’s en verplichte primaire literatuur (beschikbaar op Toledo)

Secundaire literatuur (meegedeeld tijdens de colleges)

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

W0Y32A : Moderne wijsbegeerte

Laatmoderne wijsbegeerte (B-KUL-W0Y33a)

3 studiepunten : College 22 Tweede semesterTweede semester
de Boer Karin |  Vermeiren Florian (plaatsvervanger)

Inhoud

Deze cursus staat in het teken van de betekenis en de grenzen van de moderniteit voor zover deze in de filosofie van de zeventiende tot en met de negentiende eeuw weerspiegeld wordt. In de achttiende eeuw nam deze ontwikkeling de vorm aan van de culturele en intellectuele stroming die vaak als de Verlichting wordt aangeduid. Binnen de filosofie ontstond in deze periode een conflict tussen de vorm van metafysica die altijd in dienst had gestaan van de religie en het wetenschappelijke wereldbeeld. Dit tweede deel van de cursus vertrekt vanuit Kants poging om de plaats van de metafysica binnen de moderne wereld te bepalen. We bespreken de opkomst van het Duits idealisme vanuit de kritische reacties van met name Fichte en Hegel op Kant. Vervolgens gaan we in op de manieren waarop Kierkegaard, Feuerbach en Marx zich aan Hegel trachtten te ontworstelen. De cursus sluit af met een bespreking van de fundamentele kritiek van Schopenhauer en Nietzsche op de vooronderstellingen van het moderne wereldbeeld als zodanig.

Studiemateriaal

Reader met primaire teksten

Toelichting werkvorm

Interactief college

Komt ook voor in andere opleidingsonderdelen

W0Y32A : Moderne wijsbegeerte

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Moderne wijsbegeerte (B-KUL-W2Y32b)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling, Paper/Werkstuk

Toelichting

Het examen bestaat uit twee delen: (1) een mondeling examen (Vroegmoderne Wijsbegeerte, 50%), en (2) vier tussentijdse schriftelijke opdrachten (Laatmoderne Wijsbegeerte, 50%).

Om te slagen voor de cursus, dienen studenten:

  • alle onderdelen van het examen te hebben afgelegd/ingeleverd. Studenten die niet aan deze eis voldoen krijgen het eindresultaat ‘NA’ (niet afgelegd examen).
  • minimaal 9/20 te behalen voor de twee delen van het examen. Studenten die niet aan deze eis voldoen kunnen geen eindscore hoger dan 9/20 behalen.

Studenten kunnen onafhankelijk van alle andere resultaten deelnemen aan het mondeling examen. Opdrachten die te laat worden ingeleverd (zonder ombuds-gerelateerde of andere goede reden) krijgen een lager cijfer of worden niet meer nagekeken.

Toelichting bij herkansen

Alle onderdelen kunnen worden herkanst.

Herkansing binnen hetzelfde academiejaar: studenten die niet geslaagd zijn voor het geheel moeten alle (herkansbare) onderdelen waarvoor ze niet geslaagd waren opnieuw afleggen. Ze kunnen niet herkansen voor de onderdelen waarvoor ze geslaagd waren.

Herkansing in een volgend academiejaar: studenten moet alle onderdelen opnieuw afleggen.

ECTS Analytische wijsbegeerte en taalfilosofie (B-KUL-W0Y36A)

6 studiepunten Nederlands 39 Eerste semesterEerste semester Uitgesloten voor examencontract

Doelstellingen

Student verwerven grondige kennis van sleutelargumenten in de analytische filosofie en de analytische taalfilosofie. De methode is zowel historisch als systematisch, met veel aandacht voor nieuwe ontwikkelingen in het hedendaagse landschap van de analytische filosofie.

Studenten leren complexe argumentaties reconstrueren en die ook verdedigen tegen kritische vragen.

Studenten beheersen kernconcepten uit de analytische wijsbegeerte en de taalfilosofie en kunnen het belang ervan toelichten.

Studenten kunnen ook ‘in depth’ commentaar geven bij teksten die verband houden met de gelezen thema’s, maar niet expliciet behandeld werden tijdens de colleges.

Begintermen

Studenten beschikken over basiskennis van de propositie- en predicatenlogica of van de taalkunde en over een gedegen filosofische achtergrond in epistemologie en wetenschapsfilosofie.

Plaats in het onderwijsaanbod

Onderwijsleeractiviteiten

Analytische wijsbegeerte en taalfilosofie (B-KUL-W0Y36a)

6 studiepunten : College 39 Eerste semesterEerste semester

Inhoud

De inhoud bestaat uit een selectie uit de volgende vier modules:

Module 1 – Waarheidstheorieën in de analytische filosofie: Wittgenstein, Frege, Ramsey, Tarski en Carnap. We onderzoeken de kenmerkende beweging in de richting van minimalistische waarheidstheorieën en tegen substantiële waarheidstheorieën bij deze auteurs. We bekijken ook de relatie tussen waarheid en betekenis in het werk van Frege en de hedendaagse analytische taalfilosofie.

Module 2 – Hedendaagse theorieën over de waarde van waarheid. Bouwend op inzichten uit module 1 onderzoeken we hoe hedendaagse auteurs de waarde van waarheid inschatten, ten dele in reactie op postmoderne en ‘relativistische’ waarheidsopvattingen. Auteurs: Richard Rorty, Ernest Sosa en een selectie hedendaagse auteurs.

Module 3 – Betekenis, communicatie en coöperatie. Vertrekkend van de filosofie van de late Wittgenstein kijken we naar communicatie vanuit naturalistisch perspectief, de structuur van taalhandelingen en de rol van taal in coördinatie. Auteurs: Wittgenstein, Peter Godfrey-Smith, Bryan Skyrms, Dan Sperber.

Module 4 – Sociale Ontologie. Hoe kan taal de wereld veranderen? In deze module (een case study in hedendaagse analytische filosofie) verkennen we sociale ontologie en de creatieve rol van taal in het vormgeven van de sociale werkelijkheid. Auteurs: John Searle, Edna Ullman-Margalit, Ian Hacking, Francesco Guala.

Studiemateriaal

Teksten en artikels van auteurs

Toelichting werkvorm

De contactmomenten bestaan uit een combinatie van hoorcolleges en werkcolleges.

Evaluatieactiviteiten

Evaluatie: Analytische wijsbegeerte en taalfilosofie (B-KUL-W2Y36a)

Type : Partiële of permanente evaluatie met examen tijdens de examenperiode
Evaluatievorm : Mondeling, Take-home
Vraagvormen : Open vragen
Leermateriaal : Cursusmateriaal

Toelichting

Het take home examen wordt vooraf gemaakt, en gevolgd door een mondelinge toelichting door de student. Zowel het schriftelijke examen als de mondelinge toelichting bepalen het eindcijfer.

In het take home examen moeten studenten aan de hand van open vragen en enkele nieuwe tekstfragmenten verbanden kunnen leggen met de leerstof en laten zien dat ze in staat zijn zelfstandig over een filosofisch probleem na te denken. De voorziene tijd voor het take home examen bedraagt twee dagen.